maar vermoedde dat ze er zouden leven. Het hoesten van het beest zou er bovendien hoe dan ook voor zorgen dat ik niet verder kwam in het boek dat ik sinds zijn komst niet meer heb opengeslagen. Niemand weet waarom ze in de stad zijn. Sommigen verdenken het weer. De waanzinnige hitte moet goed zijn voor waanzinnige schildpadden.
Op een ochtend ontdek ik dat de meisjes heel ongedwongen en giechelend praten over een Mevrouw Rood. Geschrokken bekent mijn vrouw dat ze het beest zo genoemd hebben, hoewel het geslacht een gokje is. Dat Rood is natuurlijk vanwege het bloed, dat nu zelfs uit haar mond gulpt als ze geen sla krijgt.
Dat betekent misschien dat het einde nadert, maar terwijl de dood aarzelt beginnen mijn tuin en het gedeelte van het huis dichtbij het grote raam te stinken als de pest. Ik vrees dat de vrachtwagens die de regering heeft bestemd voor het ophalen van kadavers me een boete geven voor het in leven houden van dit stuk rottend vlees.
Mijn angsten komen uit. Op een avond, als ik thuiskom van het werk, wacht me de verrassing dat een agent een bon heeft geplakt op het schild van Mevrouw Rood. Zevenhonderd peso! Voor die prijs had ik een praalwagen kunnen huren die haar twee rondjes door de stad had kunnen rijden. Uit wraak bied ik haar twee kroppen sla aan als avondmaaltijd en zet de televisie harder zodra het kokhalzen begint. Hopelijk doet het flink pijn.
‘Geef haar wat chloor te drinken,’ stelt de buurman voor, die ik raadpleeg wanneer ik hem een kadaver in zwarte plastic zak op straat zie zetten. ‘Met één glaasje dat je haar laat drinken ben je van het beest af.’
Maar onze Mevrouw Rood is zo slim dat ze het chloor niet drinkt, maar zorgvuldig uitspuugt op mijn schoenen.
De belangstelling van de meisjes wordt minder, net als het medelijden van mijn vrouw. Nu klagen ze allemaal over de stank en stellen ze mij verantwoordelijk voor het welzijn van het geval. Ze moedigen me aan om een dierenarts te bellen of, in bedekte termen, om haar over de muur naar de tuin van de buren te gooien.
Het tweede idee lijkt niet verkeerd, maar om zo'n massa schild met flipperpoten op te tillen, daarvoor is een herculische kracht nodig die ik niet bezit. Ik struikel als ik haar in mijn armen neem: het beest, ingedrukt als een ketchupfles, kiepert de inhoud van zijn maag over mijn broekspijpen.