Ook haar nieuwe vermaak zette ze een poosje voort, maar helaas voor haar kreeg ze papa niet omver, hoe hard ze ook gromde. Gromde en snoof, strijdkreten slaakte, gierde, tierde, brieste, brulde. Zo schopte ze praktisch evenveel kabaal als daarnet in het heelal van de spookjas. Papa bleef er wankelend bij staan lachen, dit keer bedierf de moeder de pret.
‘Nu laat je papa maar eens los en kom je hier bij mij,’ droeg ze het meisje vanuit de abri op.
‘Maar waarom dan? Ik doe toch niks.’
‘Omdat ik het zeg!’
Pruilend liep het kind naar de moeder toe, waar ze haar broertje onverbiddelijk opzij drukte en het plekje tussen mama's knieën overnam. Het ventje liet zich zonder verzet naar de buitenkant van mama's dijbeen verdringen, en ook de moeder liet het gebeuren: ze berispte het dochtertje niet voor haar daad. De betrokkenen leken de verschuivingen als een natuurlijke zaak te beschouwen. Het meisje keek haar moeder verongelijkt aan. ‘Ik vind het niet eerlijk. Waarom moet ik komen?’
‘Omdat je te rumoerig bent.’
‘Maar mama, ik deed alleen maar zo!’ Ze leunde aanhankelijk tegen mama aan en sloeg haar armen om haar heen, vlijde haar hoofd liefjes tegen haar boezem aan en duwde haar gezicht in de stof van haar jas. Toen deed ze nog eens haar gil voor, zij het lang zo hard niet als zoeven bij papa. Toch stak haar broertje de wijsvingers in zijn oren, terwijl hij ten overvloede de ogen dichtkneep.
‘En hou nou je kop!’ barstte de moeder uit.
Het meisje begon te mopperen dat ze nooit iets mocht. En ze kreeg trouwens ook geen leuke kleren. En, zeker weten, mama hield niet van haar. De moeder hield haar mond. Geen aandacht aan schenken, dacht ze waarschijnlijk, dan houdt het gezeur vanzelf op. Wat kon ze anders doen? Naar rede luistert zo'n kind nog niet; en een draai om de oren mag je ze niet meer geven.
Het gemopper werd er niet minder op; integendeel, het volume steeg weer. Ik besloot dat een wijze man van middelbare leeftijd een kalmerende invloed op deze toestand kon hebben en stapte er voorzichtig op af. Het meisje hield haar gezicht nog altijd in mama's weefsel verborgen, want de grote boze buitenwereld wenste ze niet meer te zien. Ik tikte haar van achteren vastberaden op de schouder, losjes maar