Voorbij de tramhalte draaide de minibus Ice House Street in. Er stapten mensen in en ze stonden weer een minuut of wat stil. Toen reden ze Queen's Road Central in waar het verkeer muurvast stond.
‘O nee, wat een ramp.’ Tsz Mings stem trilde van de zenuwen. Laten we hier uitstappen.’
‘Hier is een verboden zone,’ zei Shuk Fan, ‘we mogen er niet uit.’
‘Chauffeur,’ riep Tsz Ming luid, ‘mogen we eruit?’
‘Verboden zone,’ zei de chauffeur, ‘pas bij On Lok Yuen kun je uitstappen.’
‘Ja maar we hebben haast, anders halen we de boot van tien uur naar Macao niet en het is al kwart voor tien. Als het zo'n file blijft missen we de boot.’
De chauffeur begreep het probleem en keek naar buiten, links en rechts, of er geen politie in de buurt was. Met het risico een bon te krijgen liet hij de deur opengaan in de verboden zone. Tsz Ming gaf de goede man een dollar en sprong lenig met Shuk Fan uit de bus. Door het hek naar de stoep namen ze een sprint, Shuk Fan wist niet waarheen, ze volgde maar gewoon.
Bij het King's theater kwam Tsz Ming tot stilstand, wees naar de taxistandplaats aan de overkant en zei: ‘Oversteken!’ Vanwege de haast letten ze niet op het verkeer en staken blind over naar de taxistandplaats. Gelukkig was het druk en reden de auto's langzamer dan normaal.
Er stonden drie lege taxi's op de standplaats. Het was ochtend en er waren maar weinig mensen die vanuit Central vertrokken. Dus Tsz Ming en Shuk Fan konden meteen instappen.
‘Waar gaat u heen?’ vroeg de chauffeur.
‘Pier van de Hong Kong-Macao ferry,’ zei Tsz Ming, ‘en graag snel want we moeten de boot van tien uur halen.’
De chauffeur knikte en begon te rijden.
Bij het kruispunt stopten ze, ze stonden vast. Het zweet brak Tsz Ming uit. ‘Wat is er aan de hand?’
De chauffeur stak zijn hoofd uit het raam en keek vooruit. ‘Verkeersongeval.’
‘Wat?’ riep Tsz Ming verschrikt uit. ‘Een ongeluk?’ Hij keek weer op zijn horloge. ‘O nee, het is al tien voor tien. Over tien minuten vaart de boot weg.’