die vertelt over de winter van 1657/'58. Hoe streng die was. Van eind januari tot begin maart rijdt men op de Maas met door paarden voortgetrokken sleden. En de Zweedse koning Karel Gustaaf marcheert vanuit het pas veroverde Jutland met een leger van 12.000 man over de bevroren zeeën (en de eilanden Funen, Langeland, Lolland en Falster) vrijwel ongehinderd naar Kopenhagen.
die telkens als een hardrijder hem voorbij raast groot licht op zet, hopend dat de onverlaat denkt dat hij wordt geflitst.
die denkt dat hij kiespijn heeft, maar van dat idee afstapt na het drinken van een glas ijskoud water dat de pijn eerder verzacht dan verergert. Zijn collega vraagt of hij soms knarsentandt in zijn slaap. Dat weet de man niet, natuurlijk. Maar op weg naar huis, realiseert hij zich dat hij zijn kaken spant als hij autorijdt. Datzelfde als hij eten kookt, televisie kijkt - hij spant zijn kaken zelfs als hij in bed ligt te lezen.
die antwoordt: ‘Ik heb de tv zo hard gezet omdat jij zo'n herrie maakte.’ ‘Herrie?’ zegt zijn vrouw. ‘Maakte ik herrie?’ De man denkt na. Hij herinnert zich dat hij de afstandsbediening pakte en de tv harder zette, hij herinnert zich ook nog dat hij dacht: ‘Wat een herrie’, maar de herrie zelf herinnert hij zich niet. Hij kijkt zijn vrouw aan, zijn vrouw kijkt terug. ‘Geintje!’ probeert de man. Maar daar gelooft zijn vrouw niks van.
die al een tijdje niet meer had gekeken in zijn muisvriendelijke muizenval en nu een verhongerde muis aantreft. Hij begraaft de muis en zet twee eierdopjes water en een luciferdoosje vol geraspte kaas in de val en ook een dot katoen, tegen de kou.
die een collega hoort vertellen over haar broer, die model is, zijn laatste klus was een kalender voor defensie, hij droeg alleen een zwembroek, zo'n kleintje, haar moeder was geschokt. De man vraagt zich hardop af of er sprake is van nieuw beleid, daar bij Defensie. Dat ze proberen jonge homoseksuelen te paaien met een stoute kalender. Zijn collega kijkt hem niet begrijpend aan, dan schiet ze in de lach en zegt: ‘De Fancy. De kalender van de Fancy.’
die altijd bereid is mensen berusting aan te praten, desnoods met de vuist op tafel.