Een middag in Bath
Pia Juul (Vertaling Edith Koenders)
‘Daar heb je dat bordje weer,’ zei ze. ‘Stop hier maar.’ Ze hadden een rondje gereden over een plein met in het midden een grasveldje. Toen zagen ze het bordje weer. Er waren geen parkeerplaatsen. Hij zette de auto langs de kant, zij opende het portier en draaide zich om naar de achterbank. De baby sliep, haar neusje stak net boven het dekentje uit.
‘Zodra er een plekje vrijkomt, zet ik de auto neer,’ zei hij.
Ze stapte het trottoir op en keek om zich heen op zoek naar het bordje. Daar was het. Aan één kant van het plein werden de huizen beschenen door de zon, de muren waren mat en gelig, het was frisjes maar niet koud, er hing een soort mist in de lucht, maar het was helder. Ze haalde diep adem, draaide zich om en zwaaide toen hij verder reed; zij liep langs het bordje en volgde de pijl.
Een plek om te slapen. Welk woord moest ze gebruiken? Accommodation? Bed and Breakfast? Hotel? Absoluut niet hotel, dat is te duur. Tourist Information. Daar had je weer zo'n bordje, ze liep een zijstraat in. Al lopend bekeek ze de etalages van de winkels en haar oog viel op een jurk met stippen, die ze graag had willen passen, maar wat zou hij kosten? Te laat, ze was er al voorbij. Het was verder weg dan ze dacht, ze moest vaker een zijstraat inslaan dan haar lief was, een licht gevoel van onrust bekroop haar, maar ze schonk er niet echt aandacht aan, ze constateerde het slechts, terwijl ze in het voorbijgaan naar de etalages keek, als de baby nu maar bleef slapen, ze greep naar haar borst, die stak.
Het pand van de Tourist Information lag een eindje van de weg aan een brede stoep. Binnen ging ze in de rij staan, ondertussen dacht ze aan haar dochtertje. Als het kind nu maar bleef slapen. Zou ze de weg eigenlijk wel terug kunnen vinden? Ze had niet een keer omgekeken toen ze hierheen liep. Hoe vaak was ze een zijstraat ingeslagen? Hoe heette dat plein waar hij de auto zou parkeren? Ze had geen idee. Ze wilde hier zo snel mogelijk weg. Ongeduldig ging ze dichter bij de man voor haar staan. Ze zou geen plattegrond vragen, ze zou gewoon haar gevoel volgen. Het moest mogelijk zijn de weg terug te vinden. Door de bordjes in omgekeerde richting te volgen misschien? Misschien.