De Tweede Ronde. Jaargang 27(2006)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 76] [p. 76] Twee gedichten Onno-Sven Tromp Möbius een echt gedicht is eindeloos, en in geen enkel opzicht is het te bevatten, het aantal regels is ook niet te schatten en nergens is natuurlijk een begin te zien, je zit er altijd middenin en zult daar moeten constateren dat een gedeelte het geheel zelfs kan omvatten en daarom heeft het dus totaal geen zin om over een betekenis te praten van wat er niet of wel zou kunnen staan, het heeft geen buiten- en geen binnenkant, geen staart of kop, je kunt het beter laten begaan, het blijft ononderbroken aan het woord en slingert eeuwig verder, want [pagina 77] [p. 77] Alpenjagerslied Twee heren met een hoge hoed ontmoeten elkaar op zondagmiddag voor het pand van Hinderickx en Winderickx. Galant tilt elke heer zijn hoed op, want dat moeten ze wel, als heren. Twee gelijken groeten elkaar: de een gebruikt zijn linkerhand, de ander doet het met de rechterhand. Ze maken zich daarna snel uit de voeten. En na het korte treffen, voor de deur van de beroemde hoedenmakers, zetten ze allebei de hoed weer op het hoofd. Het eigen hoofd! Dat is geen willekeur, het is gewoon een van die dwaze wetten waarin door beiden innig wordt geloofd. Vorige Volgende