De Tweede Ronde. Jaargang 26(2005)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige [pagina 182] [p. 182] Drie gedichten James Purdy (Vertaling Jos Augustus) Jan Erik, alleen Ik kan alleen de Maan vertellen hoeveel ik van een jonge timmerman houd. Maar de maan geeft me zelfs niet genoeg kracht om mijn kamer uit te gaan. Ik wacht, zie je, totdat hij belt. De reden voor stilte tussen ons: hij heeft nog maar pas een nieuw nummer en dus verbindt de bedrading ons niet. Ik vertel het de Maan maar de Maan kan alleen maar luisteren. Weer voel ik mijn vingers over de welving van zijn borst en hoor ik mijn eigen hartslag als ik mezelf omlaag zie buigen om zijn zachte vlees te bedekken met de honger van mijn kussen. Jan Erik, alone I can only tell the Moon how much I love a young carpenter. But the Moon does not give me even enough strength to go out from my room. I am waiting, you see, for him to call. The reason for silence between us: he has only recently got a new number and so the wires do not reach between us. I tell the Moon but the Moon can only listen. Again I feel my fingers on the curve of his breast and I hear my own hartbeat as I watch myself lean down to cover his sweet flesh with the hunger of my kisses. [pagina 183] [p. 183] In een diepe sluimer Ik droomde van Lars. Hij verscheen net zoals hij gewoonlijk deed toen onze liefde nieuw was. Hij staarde naar mij als in een gebroken spiegel, hurkend op zijn smalle hielen, starend naar mij met één lui oog, het rechter, en in het grote gloeiende linkeroog ving ik een angstige flits op, terwijl zijn lippen half-bloedend van mijn kussen trilden. Daarna, toen de dag zijn licht ontvouwde, stak de storm op. Een overvloedige regen viel op Lars' haar, op zijn tengere vingers, en ten slotte over zijn lippen die zo vaak de mijne hadden gedrukt. Toen stroomde de zondvloed over zijn witte keel, de keel waaruit ik zoveel gesmoorde kreten van extase had horen komen. In a deep slumber I dreamed of Lars. He appeared just as he always used to be when our love was new. He stared at me as in a broken looking-glass, crouching on his small heels, gazing at me with one lazy eye, the right one, and in the big glowing left eye I caught a fearful lightning, while his lips half-bleeding from my kisses fluttered. Then as the day unfurled her light, the storm arose. An overflowing rain fell on Lars' hair, on his slender fingers, and finally over his lips which had pressed mine so often Then the deluge poured over his white throat, the throat from which had come so many choked cries of ecstasy. [pagina 184] [p. 184] Witte schapen Witte schapen lagen in de velden toen ik jou zag naderen op de weg. Je was nat van het zweet van je lange mars, je hemd met hertsleren veter was open gaan staan en openbaarde het vlees van je borst en je jeugdige ribben. Je hief je gevouwen handen in de lucht, en ik zag de aanwezigheid van aarde op je naakte dijen. De mosgeur van wouden beroerde de haren van mijn neusgaten. Ik voelde het trillende weefsel van je lichaam toen ik omlaagboog en dronk uit de tapkraan van je geslacht. White sheep White sheep were lying down in the fields when I saw you approach in the road. You were wet with sweat from your long march, your shirt tied with deer string had come open revealing the flesh of your breast and your youthful ribs. You lifted your clasped hands to the sky, and I saw the presence of earth on your naked thighs. The mossy smell of forests stirred the hairs of my nostrils. I felt the palpitating tissue of your body as I bent down and drank from the spigot of your sex. Vorige