De Tweede Ronde. Jaargang 25(2004)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 50] [p. 50] Drie gedichten Renée van Riessen Rattenkoning Dit blijft hetzelfde: uitzicht uit een raam, putdeksel op het erf van grootvaders boerderij. In het beton de scheur even grillig als toen. Die schicht over het erf: voorbode van zwartere gaten. Maar de geur van paarden hangt nog in de schuur, een rat piept in het stro; ik sta hier niet alleen. Hijzelf verschijnt die ooit de rattenkoning ontwarde; steekt ook nu zijn hand uit: hier ben ik. [pagina 51] [p. 51] De laatste dode Het was op een zeker moment voorbij de weemoed, het heimwee voorbij de voiles van het afscheid, de beslagen ruit van de laatste auto dat ik de laatste dode ontdekte. Hij wilde mij niet zien! Is het niet beter, fluisterde hij dat wij ons afzijdig houden, niet luisteren naar jullie stemmen en nieuwe muziek? Zijn glimlach hing in de lucht als de lach van de Cheshire Cat. Hij pikte wat bramen van de schaal, antwoordde op geen enkele vraag en verdween als vanouds in een gele taxi naar het land achter de duinen. Vlierzolder Daar is de oude stal: de regenput verlaten. Framboos bleef ongeplukt, en kust de zwarte braam. Vlier groeit de zolder in, hier liggen honingraten vol stof, maar nog van goud. Zijn hand haalde ze leeg, [pagina 52] [p. 52] de laatste keer. Toen ging er zoetheid van hem uit. In tongen begon te spreken (toch niet dronken?) duistere woorden op zondag de luiken gesloten - hij, zonderling tussen getrouwen (vrouwen natuurlijk). Iets trok hen aan, sprong op als hij sprak, de lezer, honing en druiven mengde met wijngaard en woestijn, zwarte paarden met bloed, regen met sprinkhaan, hagel, hagedissen en bittere tanden. Pijn bracht hij in hun vlees en onrust in hun geest zodat zij prevelden binnensmonds: ‘O jij, mijn uitverkoren wijngaard, hoe ben jij zo verwaarloosd?’ En keken niet naar de braam, de verwarde, maar zichzelf begonnen te geselen, klokgelui te vrezen spoken te zien in de wolken die niet veranderd waren die gebleven waren: zameling geesten uit de lucht boven het dorp, voor altijd. Vorige Volgende