De Tweede Ronde. Jaargang 24(2003)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 82] [p. 82] Twee gedichten Drs. P [1] Mens, ken uzelf, zei ooit een filosoof En ach, ik ken mezelf maar al te goed Ik ben een vat vol ongerechtigheden De hang naar 't kwade zit me in het bloed Verachting slechts kan men aan mij besteden Dat heb ik lang geleden al beseft Maar vele zondaars, denk ik dan tevreden Bezitten dat wat hen, ook mij, verheft: Het enig ware, heilige geloof Waaruit dan toch maar blijkt (en dat is fijn) Dat wij aldus het zout der aarde zijn [2] Een leger, onderneming of orkest Is grotendeels zo goed als anoniem Maar generaals, bestuurders en solisten Staan meest bekend als knap, zo niet subliem Zelf zullen zij dit oordeel niet betwisten Zo iemand vindt zichzelf een hele piet Wie niet hovaardig is? De vrome christen ‘Ik ben ootmoedig - slechts een denkend riet (En als zodanig beter dan de rest)’ Die nederige zelfgenoegzaamheid Heeft heel wat onderdrukking begeleid Vorige Volgende