[Nummer 3]
Voorwoord
Na de aan Dante en Nabokov gewijde nummers is dit het derde dat compleet in dienst staat van één auteur, Paul Verlaine (1848-1896). Een aanleiding is er niet, of het moest zijn dat Verlaine 110 jaar geleden tijdens zijn toernee door Nederland de Tachtigers betoverde (zie ‘Verlaine in sjamberloek’). Na een tijd van relatieve veronachtzaming is Verlaine in Frankrijk populairder dan ooit: in de recente Pléiade-bloemlezing uit de Franse poëzie is hij met de meeste gedichten vertegenwoordigd; de Revue Verlaine, sinds 1993, bundelt het Verlaine-onderzoek van academische zijde.
Het beperkte aantal van achttien vertaalde gedichten in dit nummer (nog dit najaar verschijnt een ruime keuze bij Van Oorschot) geeft toch een indruk van Verlaines veelzijdigheid, want naast de weemoedige, dromerige dichter is er ook een speelse, amoureuze, burleske en tragische Verlaine die zeker in Nederland weinig bekend is. Daarnaast is er zijn verrassende proza, onderverdeeld in een sectie verhalend, autobiografisch en kritisch proza. In het verhalende deel een romantische, een realistische en een ronduit experimentele tekst (‘Scenario voor een ballet’); in het autobiografische vier navrante schetsen en de zg. Ur-Quinze jours; in het kritische twee opstellen uit zijn Poètes maudits, een polemisch In memoriam bij de dood van Victor Hugo en een interview met de dichter, waarin hij zich kwaad en vrolijk maakt over het begrip symbolisme.
In Light Verse negen gedichten over Verlaine, van zeven medewerkers; in Essay (Nederland) negen bijdragen waarin zaken aan de orde komen als Verlaines poëtica, het Verlainemuseum (met een onthulling van de gardien), Verlaine en het lied, Verlaine en de spitsburgerij, Verlaine en Perec, Verlaines spleen, Verlaines biografie, zijn bezoek aan Amsterdam en zijn fureur d'aimer. Essay (buitenland) biedt nog beschouwingen over zijn status in Duitsland ten tijde van zijn dood, over zijn familieleven en over zijn verhouding met de absint. De rubriek Getuigenissen bevat korte stukken over de geestdrift die Verlaine wist te wekken bij zo velen die jong en vol van dichtlust waren. In Tekeningen tenslotte vijf maal Verlaine zoals gezien door F.-A. Cazals, zijn laatste amitié-passion.
Redactie