nog steeds zag bivakkeren in het schaakcafé. Hij had inmiddels vier romans en een verhalenbundel op zijn conto, alle goed besproken maar slecht verkocht.
Mooie romans schrijven, maar geen publiek vinden, dat doet pijn en is niet fair. In het café kwam dat na een pilsje of wat altijd naar boven. En dan nam ik de benen.
Daarom deed ik nu extra mijn best op de necrologie, beschreef zijn moeilijke jeugd als zoon van een NSB-vader, loofde nog maar eens zijn schrijverskwaliteiten en sprak de hoop uit dat er nu, bij zijn dood, wat meer aandacht voor zijn boeken zou komen.
Ik leverde het stukje in, maar wist natuurlijk dat het laatste onzin was. Dode schrijvers doen niks op de boekenmarkt, want dode schrijvers kunnen niet meer praten op de televisie. En dan komt er dus niets op gang.
*
Er werd aangebeld en ik herkende hem eerst niet.
Dat ronde brilletje en kalende hoofd waren er nog, maar hij had nu iets blozend gezonds waardoor hij niet meer op zichzelf leek. Pas toen hij ‘Dag Henk’ zei en me afwachtend aankeek begon het bij me te dagen. ‘Peter? Hoe kan dat?’
Ik schudde hem in verwarring een paar keer de hand. Zijn wederopstanding schokte me eigenlijk meer dan zijn overlijden, nu zo'n twee jaar geleden. Wat? Hoe? Waar? Waarom?
Gelukkig had ik voldoende pils in huis voor een lange avond.
Zijn dood was een fluitje van een cent geweest, vertelde hij me, toen ik een beetje van de schrik bekomen was. Hij had gewoon een persbericht naar het ANP gestuurd en was vertrokken naar Eindhoven, waar hij onder zijn eigen naam gewoon weer was gaan werken als uitzendkracht. Lekker rustig. Hij keek er voldaan bij.
‘Jawel, maar waarom doe je zoiets idioots?’
‘Ik had er gewoon genoeg van om lucht te zijn, Henk. Weer twee of drie jaar lang ploeteren aan een boek dat in het water valt en geen enkele rimpel veroorzaakt. En je uitgever die zuchtend de hand over het hart strijkt als je met een nieuw manuscript komt. Met zo'n blik van: vooruit maar weer, je weet nooit hoe een koe een haas vangt. Het werd me te vernederend!’
‘En dan ga je dus maar dood?’
‘Ja, dat zet er tenminste definitief een streep onder. Anders blijf