De Tweede Ronde. Jaargang 23

[p. 174]

Aan Circe
Julio Torri^*
(Vertaling Catharina Blaauwendraad)

Circe, eerbiedwaardige godin! Ik heb uw aanwijzingen stipt opgevolgd maar ik heb mij niet aan de mast laten vastbinden toen we de eilanden van de sirenen ontwaarden, want ik was voornemens mijzelf te verliezen. Temidden van de kalme zee lag daar het noodlottig stuk grond. Het leek wel een lading viooltjes die over de wateren doolde.

Circe, edele godin met de weelderige haren! Wreed is mijn lot. Al was ik voornemens mijzelf te verliezen, de sirenen hebben niet voor mij gezongen.

* Julio Torri werd geboren in Saltillo, Coahuila, in 1889, en overleed in Mexico-Stad in 1971. Hij maakte deel uit van de groep Ateneo de la Juventud (1910). Julio Tom maakt gebruik van klassieke en populaire thema's, die hij in zijn proza-gedichten intrigerend combineert.

A Circe

¡Circe, diosa venerable! He seguido puntualmente tus avisos. Mas no me hice amarrar al mástil cuando divisamos la isla de las sirenas, porque iba resuelto a perderme. En medio del mar silencioso estaba la pradera fatal Parecía un cargamento de violetas errante por las aguas.

¡Circe, noble diosa de los hermosos cabellos! Mi destino es cruel. Como iba resuelto a perderme, las sirenas no cantaron para mí.