Wie niet met zijn hoge, zware laarzen van de evenwichtsbalk af de hurksprong durfde te maken - die gevaarlijke sprong door de lucht met hoog opgetrokken knieën - werd officieel tot klootzak verklaard. Bij de dienst in de stallen was het streng verboden die anders dan met blote handen uit te mesten. Graff had voor de duur van de rijlessen een paard dat vals was en als een gek om zich heen sloeg en beet. Iedere dag weer beet het zijn hemd en vel stuk, en iedere dag weer sleurde het hem onder wild hoefgetrappel de doorgang tussen de boxen in. Op een keer kwam hij zo ongelukkig terecht dat hij een half uur lang kermend van de pijn op de grond bleef liggen. De onderofficieren kwamen om hem heen staan en maakten gemene grappen. Hij vroeg tevergeefs om een ander paard.
De rechterhand van le luitenant Kinne heette Aurich. Dat was een kerel die wegens doldrieste heldendaden aan het front reeds plaatsvervangend officier was geweest, maar wegens ongehoord barbaarse delicten was gedegradeerd. Nu was hij sergeant, 's Avonds liet hij zich door de rijke jongens uitnodigen, nam geldgeschenken aan, maar vergold zulke omkopingen met verdubbeld sadisme.
Graff kreeg een hartkwaal. Bij het strafexerceren zakte hij in elkaar. Sergeant Aurich gaf de dienstdoende korporaal het bevel rekruut Graff onder arrest te plaatsen. Wegens insubordinatie. Toen krabbelde Graf half overeind, hees zich op aan zijn karabijn en strompelde achter de tirailleurscolonne aan.
Op de terugmars, toen er bevel gegeven was te zingen en Graff, die in het gelid liep te wankelen, niet meezong, kwam Aurich met een achterbakse grijns op zijn gezicht op hem af en riep: ‘Nou, Graff, als je daarnet een revolver had gehad, had je me dan overhoop geschoten?’ Graff hief met een ruk zijn hoofd op en brulde, zodat zijn kameraden ervan schrokken: ‘Jawel, sergeant!’
's Avonds, een uur nadat hij was thuisgekomen, kreeg de jongen een huilbui. Hij lag op zijn bed te kronkelen en met zijn armen te zwaaien en schreeuwde voortdurend: ‘Ik schiet die schoft dood! Ik schiet die schoft dood! Ik schiet die schoft dood!’
Zijn moeder stond naast zijn bed.
De volgende dag kwam zij, in het diepste geheim, de sergeant een kistje sigaren brengen en smeekte hem of hij haar jongen wilde ontzien. Aurich pakte de sigaren aan en lachte.
Graff kon geen trap meer oplopen zonder last te krijgen van