[De Tweede Ronde 1997, nummer 1]
Voorwoord
Dit Lentenummer is rijk aan Nederlands proza: met enige trots introduceren we een nieuwe Van der Heijden, debuterend met een doorleefd verslag van een sportieve jeugdervaring (‘Wie wint mag met de ander doen wat hij wil’); vier andere bijdragen zijn van beproefde medewerkers: van Joop van den Berg is er een bezinning op zijn Indische kamptijd (‘Hé, ouwe bloedblaar, de poort is open. We zijn vrij’), van Arnon Grunberg een hoofdstuk uit zijn nieuwe boek, over een held die de lokroep hoort van Hollywood (‘Oh god, weer een wonderkind in de familie’), van Lisette Lewin een beschrijving van haar vaders winterse odyssee door vooroorlogs Midden-Europa (‘De auto hotste over de samengevroren schotsen’) en van Lodewijk Wiener het dramatische begin van een novelle over een jonge vogelaar (‘Uilen waren eigenlijk poezen met vleugels’). In Nederlandse poëzie veel vertrouwde namen, onder wie L.F. Rosen, die zijn rentree maakt met acht gedichten.
Het vertaalde deel van dit nummer is gewijd aan de moderne Franse letteren, met name aan de vier auteurs van de (niet-Parijse) uitgeverij Verbier, die het omslag sieren, die door Van Oorschot worden uitgebracht in zijn Franse Bibliotheek en die binnenkort in Nederland worden verwacht voor een indringende presentatie: Bergounioux, Bon, Michon en Rouaud. Ook twee andere Verbier-auteurs geven acte de présence: Daeninckx en Lercher. Daeninckx levert het enige korte verhaal (de overige auteurs zijn vertegenwoordigd met fragmenten uit langer werk); de aangrijpende bijdrage van Lercher, over het bloedbad in Oradour, leek het best te passen in Essay; in dezelfde rubriek heeft gastredactrice Manet van Montfrans de Franse auteurs verhelderend en liefdevol geïntroduceerd. Vooral de vier schrijvers op het omslag maken het de lezer niet gemakkelijk; het zijn geraffineerde stilisten, detaillistisch in hun waarneming, complex in hun gedachtenwereld. Graag steunen we onze uitgever bij zijn moedig streven dit werk in Nederland ingang te doen vinden.
De tweede gastredacteur van dit nummer, Martin de Haan, heeft voor Vertaalde poëzie de beste hedendaagse Franse gedichten die hij kon vinden geselecteerd en vertaald: werk van Bonnefoy, Bosquet, Goffette, Jaccottet, Marteau en Masson. Eén rubriek is nog niet genoemd, Light Verse. Deze biedt, zoals immer, vele verrassingen.
Redactie