De Tweede Ronde. Jaargang 13(1992)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 22] [p. 22] Nederlandse poëzie [pagina 23] [p. 23] Uit: Het vrolijke schreeuwen Wim Brands Je kunt in jezelf praten. Wat ik nog wel 'ns doe. Voor een ruit, of een achteruitkijkspiegel voor mijn part. Het kan ook voor een etalage vol naakte poppen. Hoewel dan altijd weer die ruis in het hart als ze transformeren tot de vertrouwde koppen. Die je onherroepelijk gaat haten. Beter is het om 's ochtends pardoes het huis te verlaten om aan het einde van een laan die kwettert van plezier rechtsaf te slaan. Tot je voor haar domein staat. Honderden kilo's hemels geluk weegt mijn geloof dat mij tegen de avond pas verlaat, na urenlang tegen de staldeur te hebben staan schuren. Ik maak mezelf nooit van kant zolang dit geloof mag blijven duren: praten tegen een olifant. We lopen onder een hemel vol kraaien, maar m'n vriend ziet kralen, een slordig snoer zwarte kralen en als ik wil [pagina 24] [p. 24] schreeuwt hij om dat vliegtuig even te laten dralen. Voor m'n vriend is het altijd december met de schijn van mei; kraaien koprollen door de lucht en uit de wei achter het gehucht kruipen slangen naar het water. December met de schijn van mei en nooit wordt het voor hem later. Ik kan zonder, denk ik, en vertrouw op het nieuws over regen en donder. Nooit vraag ik me af waar het is gebleven, dat wonder. Mijn vriend trouwens ook niet. Hij ziet een slordig snoer zwarte kralen en een vliegtuig dat op zijn bevel begint te dralen. Waar is het gebleven, vraag ik, wijzend naar de witte streep. Hij haalt z'n schouders op. Zag ik niet hoe de kraaien het verdreven? Buurvrouw was vandaag voor het eerst in haar leven even niet horig en voor het laatst waarachtig; in een bui die als een kameel schommelde van wispelturig naar ronduit balorig. Er was niemand die rook hoe gezellig haar hoedje stonk. Noch was er iemand die zag hoe gulzig haar Schotse Ruit zich aan de slagregen bedronk. Toch [pagina 25] [p. 25] moet er een reactie zijn geweest op het stille feest van Buurvrouw die haar ziel bij elkaar graaide. Ik denk, eerlijk gezegd, dat ergens op de wereld een haan een aria kraaide voor hij zijn ogen sloot; en dat dit gebeurde vlak nadat Buurvrouw zichzelf hoger dan de dakgoot floot. Vorige Volgende