Bijstand
U zult allicht vies bij zijn als poëet
En nijver als een bij (zelfs monomaan)
Een bruikbaar woord blijkt bij u op te komen
Daar komt dan nog een ander bij te staan
Vandaar dat deze versvorm bijstand heet
Het komt wel op de stand der woorden aan
Dan wordt een stand van zaken waargenomen
Waarmee u aan uw stand heeft rechtgedaan
En kwam er iets tot stand door weet en zweet
Men dient bij deze exercitie uit te gaan van veelzijdige trefwoorden - die dus kunnen optreden als zelfstandig naamwoord (liefst in meer dan één betekenis), voorzetsel, werkwoordvorm en/of zo meer. Ze moeten ook in combinatie iets voorstellen. Mijn/streek, was/zak, weer/licht... met wat denkarbeid vindt men wel het een en ander.
Lengte, rijmschema en metrum naar verkiezing, al vind ik drie regels per trefwoord wel het minimum.
Het procédé laat zich uitbreiden door behendig trefwoordengebruik, bijvoorbeeld voet/stuk, stuk/werk, werk/pak, pak/ijs en zo verder.
Om de kolommen goed te profileren, behoort men leestekens achter de woorden te vermijden, terwijl samenstellingen als standpunt en olifantstand al helemaal onwenselijk zijn.
Bij zoveel handicaps is het niet eenvoudig om aan een zinnige tekst te komen, en het verdient dan ook aanbeveling dat men zich van zeer vruchtbare rijmklanken als -aat, -ier, -eden e.d. bedient en aldus over genoeg alternatieven beschikt.
Als de trefwoorden keurig recht onder elkaar staan - een kwestie van competent zetwerk - leveren ze het beeld op van twee (of meer) trappen, onderling verbonden door een overloop.
Het is gewoon rederijkerij, en de aanblik zal vormvrije, hermetische dichters hartkrampen en maagklachten bezorgen, misschien ook (je kunt nooit weten) een ernstige huidaandoening.