De Tweede Ronde. Jaargang 12(1991)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 125] [p. 125] Stanza's Vladislav Chodasevitsj (Vertaling Margriet Berg en Marja Wiebes) Reeds nu bedek ik met een streng van zwart Mijn aan de slaap vergrijsde lokken, Bij een kop thee teveel voel ik mijn hart, Als in een bankschroef, bijna stokken. Reeds nu vermoeit langdurig werk me gauw, Van de te scherpe vrucht van 't weten, En van de zwoele kussen van een vrouw, Zijn de verlokkingen vergeten. Met kille weerzin kijk ik naar de roem Die in de toekomst nog zal komen, Terwijl de woorden: kind, of dier, of bloem - Steeds vaker naar mijn lippen stromen. Afwezig zal ik nog van tijd tot tijd Het leeg geklets der dichters horen, Maar in mijn ziel welt zoete zaligheid Bij 't stille kiemen van het koren. Стансы Уж волосы седые на висках Я прядью черной прикрываю, И замирает сердце, как в тисках, От лишнего стакана чаю. Уж гяжелы мне долгие труды, И не таят очарованья Ни знаний слишком пряные плоды, Ни женшин душныс лобзанья. С холодностью взираю я теперь На скуку славы предстоящей... Зато слова: цветок, ребенок, зверь - Приходят на уста все чаще. Рассеянно я слушаю порой Поэтов праздные бряцанья, Но душу полнит сладкой полнотой Зерна немое прорастанье. Vorige Volgende