De Tweede Ronde. Jaargang 10(1989)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 49] [p. 49] Twee gedichten Victor Vroomkoning Hereniging Daar verschijnt zij op het gele pad dat door de herfst is aangelegd. Zoals toen, toen ik me in haar begroef en nooit zo leefde, nooit zo ‘dood, dood’ stamelde omdat ik voelde dat ik haar alleen kon houden als ik haar kon toevertrouwen aan de bladeren waarin wij lagen. Onveranderd jong lacht zij om de grauwe man die ik geworden ben. Hoe eerder je komt, zegt zij, hoe minder we schelen. Stijf wankel ik haar binnen, zij is warm gebleven. [pagina 50] [p. 50] De eeuwige Dat het in Antwerpen gebeurt waar moeder negen is geweest als ze uit de oorlog naar vader vlucht. 's Morgens dwalend tussen de vrouwen die Masereel uit hout sneed, 's middags ezelsoren draaiend aan een jonge dichteres vind ik haar 's avonds bij vrienden onbevangen in mijn schoot, veulen van een vrouw. Ik haal adem in haar manen. Ze danst de hele nacht voor mij, laat al haar kleren zien en vlees, alle vrouwen die ik begeerde. Wat zich tussen mijn benen spant is te groot voor haar. Wij schelen veertig jaar omdat zij negen is. Vorige Volgende