De Tweede Ronde. Jaargang 10(1989)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 46] [p. 46] In mijn tuin Leo Verzuu Het water in de vijver roerloos, rimpelloos en atonaal oogt als het marmer van een tombe de goddelijke goudvissen lijken in zwart verdronken deze zomer nog stond die ik liefheb in mijn tuin een lage avondzon fonkelend als een karbonkel deed haar weelderige haar gloeien als granaat vanuit de keukendeur zag ik haar staan onder de kerseboom haar sterke voeten bloot op 't warme tegelpad onzegbaar lieflijk op een geduchte wijze, vrouw als in een visioen [pagina 47] [p. 47] met tastend aandachtige handen nam zij twee donkerrode kersen van een tak en stak daarvan één bij wijze van proef tussen haar prachtige krachtige tanden een merel zong van vér nog voor de zondeval en door het kloofdal van mijn ziel stroomde als bij toverslag een paradijsrivier nu ligt bruin en nat opgewaaid blad waar eens haar voeten stonden hoog in het filigraan van de radijsboom steken nog wat witte bessen als een reikhalzend skelet steekt het silhouet van de kerselaar af tegen sombere wolken mijn tuin die ik mijn Eden dacht oogt als versteende leegte duldt en wacht Vorige Volgende