De Tweede Ronde. Jaargang 8(1987)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 108] [p. 108] Twee gedichten Rob Wervers Vervreemding Ze zaten beiden op de tweezitsbank verveeld te bladeren in Beter Wonen. Zijn vingers streken langs haar rechterflank, maar joegen haar geen bloed meer naar de konen. Weg was de bliksem, weg de vonkenzee. Weg was het licht dat in hun ogen speelde. Hun bleke stemmen deelden niets meer mee. Ze waren twee steriele wassen beelden. Van het verleden restte hun geen spoor. Een nieuwe ijstijd had hun hart bevangen. Ze waren schimmen, doelloos dwalend door het Hirosjima van een dood verlangen. [pagina 109] [p. 109] Complainte 1 Een oceaan vergeefse villanellen wordt over Nederland weer uitgestort. Ze hebben niets tot weinig te vertellen. Het is een plompe rederijkerssport. Poëtisch scrabble voor gepensioneerden met veel clichés en veel verbaal cement, waarmee men schaamteloos de Muze onteerde! Leest u maar mee. Een fluitje van een cent. 2 Je morsig vreemdgaan heeft me zeer verdroten. Ons samenzijn is niet meer wat het was. Je snijdt de haring lusteloos aan moten. Van alles rest niets meer dan schuim en as. Over het water scheren motorboten. De grijze man toont zijn bejaardenpas. De catastrofe laat zich slechts vergroten. De bijstandsmoeder zit weer krap bij kas. Je morsig vreemdgaan heeft me zeer verdroten. Ik voel een steek van afgunst in mijn kloten. Vorige Volgende