De Tweede Ronde. Jaargang 3
(1982)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 190]
| |
Twee gedichten
| |
From the Gray NorthFrom the gray North
now come these photos.
Not all its arrears
life has had time to defray.
A familiar tree reappears
out of the gray.
This is the highway to Luga.
My house with the pillars. The Oredezh.
Almost from anywhere
homeward even today
I can still find my way.
Thus, sometimes, to the bathers
on the seaside sand
a small boy will bring over
something in his clenched hand.
Everything-from a pebble
with a violet rim
to the dim greenish part of a
glass object-is festively
brought over by him.
This is Batovo.
This is Rozhestveno.
Montreux, 1967 | |
[pagina 191]
| |
Hoe ookHoe ook op 't doek der strijdende partijen
het klatergoud der Sovjets glinsteren kan,
hoe ook de ziel versmelt in medelijden,
ik buig niet, ik blijf walgen van
de smerigheid, geestdodendheid en wreedheid
van stomme slavernij. Nee, schreeuw ik, nee.
Nog leeft mijn geest, is nog ballingschap-gretig;
nog ben ik dichter, 'k doe niet mee!
(1944) | |
No Matter HowNo matter how the Soviet tinsel glitters
upon the canvas of a battle piece;
no matter how the soul dissolves in pity,
I will not bend, I will not cease
loathing the filth, brutality, and boredom
of silent servitude. No, no, I shout,
my spirit is still quick, still exile-hungry,
I'm still a poet, count me out!
Cambridge, Massachusetts, 1944 | |
[pagina 192]
| |
Als wat voor(Vertaling Marko Fondse) Als wat voor krijgstableau zich ook moge ontvouwen
het klatergouden Sovjet-Russenland
en wat voor meegevoel de ziel ook mag benauwen,
steil, onverzoenlijk weer 'k met hand en tand
mij tegen alle gruwel, dufheid, ruwheid, lafheid
van doffe knechtschap en mijn nee blijft nee.
Nog levendig van geest, nog steeds niet zat van 't afscheid,
ben ik een dichter, reken mij niet mee.
Cambridge, Massachusetts, 1944Ga naar voetnoot* |
|