De Tweede Ronde. Jaargang 3
(1982)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 101]
| |
Postscriptum bij de Russische uitgave van Lolita (1965)
| |
[pagina 102]
| |
(hoe vreemd het mag klinken!), en ook al het boerse, grove, sappig-schunnige, gaat het Russisch niet slechter, zo niet beter af, dan het Engels; maar het aan het Engels zo eigen aan een half woord genoeg hebben, de gedachtenpoëzie, de spontane resonantie tussen de allerabstractste begrippen, de zwermen eenlettergrepige epitheta, dat alles, en ook alles wat te maken heeft met techniek, mode, sport, natuurwetenschappen en tegennatuurlijke hartstochten - dat wordt in het Russisch lomp, woorderig en vaak weerzinwekkend qua stijl en ritme. Deze kloof weerspiegelt op historisch niveau het fundamentele verschil tussen de groene Russische literaire taal en de als een overnaads barstende vijg zo rijpe Engelse taal: tussen een geniaal, maar nog onvoldoend gemanierd en bij wijlen nogal onappetijtelijk jongmens en het bezadigd-eerbiedwaardige genie dat de reserves van een rijkgeschakeerde kennis paart aan volledige geestesvrijheid. Geestesvrijheid! De hele ademtocht van de mensheid zit in deze woordkoppeling. De in het nawoord van de eerste Amerikaanse editie verstrekte bibliografische gegevens (Putnam, 1958) kunnen nu aangevuld worden. De eerste, van zetfouten wemelende tweedelige Parijse uitgave (Olympia Press, 1955) vond een nogal flauwe aftrek onder Engelse toeristen, totdat zij Graham Greene onder ogen kwam, die zich lovend uitliet over het boek in een Londens blad. Dat haalde hem, en Lolita in een ander Londens blad, de toorn op de hals van een reactionaire columnist, een zeker John Gordon, en juist diens vrome ontzetting vestigde op Lolita de algemene aandacht. Aangaande haar lot in Amerika dient opgemerkt te worden dat zij daar nooit verboden is geweest (zoals ze tot heden toe in bepaalde landen nog steeds wél is). De eerste exemplaren van de Parijse uitgave van Lolita, door particulieren besteld, werden bij de Amerikaanse douane opgehouden en daar doorgelezen, maar de onbekende daar dienstdoende vriend en lezer verklaarde mijn Lolita tot legale lectuur en de exemplaren werden naar hun respectieve bestemmingen gestuurd. Dat maakte een einde aan de bedenkingen van de voorzichtige Amerikaanse uitgevers en nu kon ik uit hen degene kiezen die mij het best schikte. Het succes van de Putnam-uitgave (1958) overtrof, zoals dat heet, alle verwachtingen. Paradoxalerwijze evenwel werd nu de eerste, al in 1955 in Parijs uitgekomen Engelse editie door een verbod getroffen. Ik vraag me vaak af hoe ik gehandeld zou hebben in die dagen dat de | |
[pagina 103]
| |
onderhandelingen met Olympia Press begonnen, als me destijds bekend was geworden dat de uitgever, behalve uit talentvolle, zij het libertijnse geschriften, zijn voornaamste inkomsten putte uit op bestelling gemaakte veile prullen, vieze boekjes van precies hetzelfde allooi als de in donkere hoekjes uitgeleurde fotootjes van de non met de Sint Bernard of twee matrozen die het met mekaar doen. Hoe dan ook, de Engelse douaniers namen die pornografische rommel, in de norse en nuchtere nevelen van het vakantie terugkomen - in net zulke laffe omslagen als mijn Lolita - steevast in beslag. Maar nu verzocht de Engelse minister van Binnenlandse Zaken zijn even ongeletterde als serviele Franse ambtgenoot het hele in omloop zijnde fonds van ‘Olympia’ te verbieden en gedurende enige tijd deelde Lolita in Parijs het lot van de schuttingtaaluitgaven van ‘Olympia’. Inmiddels bleek een Londense uitgever bereid haar te drukken. Dit feit viel samen met de deliberaties over de nieuwe wet op de censuur (1958-59), waarbij Lolita als argument werd gehanteerd door zowel de liberalen als de conservatieven. Het parlement liet uit Amerika een zekere hoeveelheid exemplaren komen en de leden maakten kennis met het boek. De wet werd aangenomen en Lolita kwam uit in Londen bij Weidenfeld & Nicolson in 1959. Tegelijkertijd bereidde Gallimard in Parijs een Franse editie voor, - en de onfortuinlijke eerste Engelse uitgave van Olympia Press poetste zich met bekwame spoed en beledigd op en verscheen andermaal in de kiosken. Sindsdien is Lolita in vele talen overgebracht: zij verscheen in boekvorm in de Arabische landen, Argentinië, Brazilië, China, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Israël, India, Italië, Japan, Mexico, Nederland, Noorwegen, Turkije, Uruguay en Zweden. Onlangs werd zij voor verkoop vrij gegeven in Australië, maar ze is nog steeds verboden in Spanje en Zuid-Afrika. Ook in de puriteinse landen achter het ijzeren gordijn is zij niet verschenen. Wat betreft volledigheid en juistheid van al deze vertalingen sta ik alleen in voor de Franse die ik zelf voor het ter perse gaan heb gecontroleerd. Ik kan me levendig voorstellen wat de Egyptenaren en Chinezen met de arme meid hebben uitgevoerd; en nog levendiger kan ik me voorstellen, als ik het had toegestaan, wat een ‘displaced lady’ met haar kersvers opgedane Engels, of een Amerikaan die Russisch op de universiteit ‘took’ van haar gebrouwen zouden hebben. | |
[pagina 104]
| |
De vraag nu voor wie Lolita eigenlijk vertaald werd hoort thuis in het domein van de metafysica en de humor. Liberaal of totalitair, ik kan me in mijn steile geboorteland moeilijk een regime voorstellen waaronder de censuur Lolita voor publicatie zou vrijgeven. Ik weet eerlijk gezegd niet wie ze momenteel in Rusland speciaal lezen, ik geloof Hemingway, in onze dagen de plaatsvervanger van Mayne-ReidGa naar voetnoot* en de onbenullen Faulkner en Sartre, die troeteldieren van de westerse bourgeoisie. En de buitenlandse Russen lezen zich wezenloos aan sovjetromans, dwepen met van die bordkartonnen stille Donfiguren op van die al even bordkartonnen omvouwbare steunvoetjes, of met die lyrische dokter met zijn aanvechtingen van driestuivers-mystiek, kleinburgerlijke zinswendingen en zijn uit de boeken van Tsjárskaja weggelopen tovenares, die de sovjetoverheid zo veel harde vreemde valuta inbracht.Ga naar voetnoot1 Mijn doel met een Russische editie van Lolita is eenvoudig: ik wil van mijn beste Engelstalige boek - of om het nog bescheidener te zeggen, één van mijn beste Engelstalige boeken - een correcte versie in mijn moedertaal hebben. Dat is de gril van een bibliofiel, meer niet. Als schrijver ben ik er maar al te zeer aan gewend geraakt dat er nu al bijna een halve eeuw een blinde vlek schemert in het oosten van mijn bewustzijn - sovjet-uitgaven van Lolita, kom nou toch! Als vertaler ben ik niet ijdel, onverschillig tegenover verbeteringen van kenners en ik ga er alleen prat op dat ik de demonen die aanzetten tot weglatingen en toevoegingen met ijzeren hand heb weten te bedwingen. Als lezer kan ik mij eindeloos vermenigvuldigen en ik zie makkelijk kans een enorme, welwillende zaal af te laden met mijn eigen dubbelgangers, representanten, figuranten en in te huren dames en heren, die zonder enig bedenken uit de diverse rangen het toneel opkomen, zodra de tovenaar het publiek maar voorstelt er zich van te overtuigen dat er geen zwendel in het spel is. Maar wat moet ik zeggen over andere, normale, lezers? In mijn kristallen bol spelen regenbogen, spiegelen zich schuins mijn brilleglazen, tekent zich een miniatuur- | |
[pagina 105]
| |
feestverlichting af - maar hij laat maar weinig volk zien: een paar oude vrienden, een plukje emigranten (die over het algemeen de voorkeur geven aan Ljeskóv), een dichter die voor een gastoptreden uit het sovjetland is overgekomen, de grimeur van een rondreizend toneelgezelschap, drie Poolse of Joegoslavische gedelegeerden in een café vol met spiegels en helemaal op het achterplan - een aanzet van wazige beweging, tekenen van geestdrift, naderbij komende gedaanten van jongelui die met de armen zwaaien... maar die vragen me gewoon uit de weg te gaan - zo meteen gaan ze de aankomst van deze of gene president in Moskou filmen. Palermo, 7 november 1965 |
|