Daar moeten ze in hen eentje of met z'n tweeën een tekst voor gaan dragen. Ze voelen zich meteen klein worden. Onzekerder kun je een leerling niet maken.’ Door alleen vlak voor de eigen voorstelling een doorloop te houden, zorgt ze ervoor dat de angst beperkt blijft. Dan hebben ze ook een decor om zich aan vast te houden en te weinig tijd om alsnog af te haken.
Na het eten zijn ze als eerste aan de beurt om op te treden. Een chaos is het dan. Overal hangen grote borden waarop staat wanneer iedereen op moet. Er gaat een grote groep docenten mee om alles in goede banen te leiden. Marjoleine: ‘De opluchting is zo groot als het allemaal achter de rug is.
Daarin merk je ook een groot verschil met de Duitse leerlingen, die een iets hoger niveau hebben en met zowel jongens als meisjes werken. Bij hen gaat alles een stuk gematigder.’
Ook bij de leerlingen van het Montessori College liep de stress voor de voorstelling hoog op. De een was druk met zichzelf bezig, de ander moest voor de zoveelste keer naar de wc, weer anderen flipten totaal. Maar op het podium was iedereen de rust zelve. Ze maakten een voorstelling met veel muziek en dans, waarbij alle werelddelen in een aantal gedichten gevangen werden. Hoewel Rose zich in het begin van het jaar druk had gemaakt over stemvorming, bleek dit ongegrond. De gedichten kwamen enorm sterk en duidelijk over.
Natuurlijk werd er hier en daar wel eens een zin vergeten of omgedraaid, maar de leerlingen wisten dit zo op te vangen dat het publiek er niets van merkte. Léon: ‘Toen ik het podium opliep, was ik mijn tekst nog in mijn hoofd aan het herhalen. Sneller dan ik had gedacht, moest ik beginnen. Ik begon toen per ongeluk halverwege het gedicht. Niemand heeft het gemerkt. Dat is ook de kunst van het toneelspelen!’
Dat de rappers van de technische school de slappe lach kregen, kon je als publiek niet ontgaan zijn, maar verder verliep alles zonder horten of stoten. Hun voorstelling viel op door de aandacht die was besteed aan de kostuums. De jongens en meisjes zagen er in hun kostuums precies uit als de gedrochten op de schilderijen van Jeroen Bosch. De kostuums zorgden er ook voor dat de stukken van de Duitse en Nijmeegse school echt bij elkaar gingen horen. De scholieren droegen de gedichten over emoties in hun eigen taal voor en sloten af met een tweetalige versie van Boudewijn de Groots Land van Maas en Waal.
De voordracht die het meest opviel was die van Björn. Hij zette een perfecte imitatie van Hans Teeuwen neer. Een week voor de voorstelling viel er een leerling uit, die zijn been gebroken had. Björn vroeg of hij in plaats daarvan dit stuk mocht voordragen. Marjoleine: ‘Dat liep meteen als een trein. Björn heeft drie jaar aan het festival meegedaan, samen met Clifford. Die twee hebben echt talent. Ik vind het dan ook erg jammer dat ze volgend jaar van school zijn. Het is dan maar weer afwachten wie hun plaats in kan nemen.’