Trojaanse held Nestor, overigens met een subtiel gevoel voor ironie, breedsprakig liet beweren dat het vroeger, toen hij nog jong was, toch allemaal een stuk beter was.
Het pleidooi dat kennis van het culturele idioom van het verleden het geestelijk bezit moet blijven van nieuwe generaties, etaleert een statische cultuuropvatting. Ook voor het christendom geldt het panta rhei van de Grieken. Van een dominante levensovertuiging is dat christendom een geloof van weinigen geworden in de marge van de samenleving. Het is uiterst normaal dat jongeren met een a-religieuze opvoeding geen gedetailleerde kennis meer hebben van christelijke tradities, gebruiken, feestdagen enz. Representanten van een oudere generatie die hen hierom belachelijk menen te mogen maken, misdragen zich op een ergerlijke wijze.
Als je Dante's Divina Comedia van regel tot regel wilt begrijpen, zul je een teksteditie met een karrevracht aan voetnoten ter hand moeten nemen. Heeft die eenzame Dante-specialist, die die voetnoten niet nodig heeft, het recht om zijn onwetende medemensen af te schilderen als culturele barbaren?
In de Westeuropese cultuurgeschiedenis is het geloof in Wodan, Donar en Frija in een bepaalde tijdsfase ingeruild voor het geloof in de heilige Drieëenheid. Vanaf die tijd is de historische kennis in de wederwaardigheden van het Germaanse trio steeds meer gaan slinken. Is de afnemende kennis van cristendom en christelijke parafernalia niet even doodgewoon?
Begrijp me goed. Ik spreek Van Oostrom niet tegen als hij vindt dat het onderwijs kennis van het christendom aan scholieren moet meegeven. Een dergelijk streven is even lofwaardig als belastinggeld voor monumentenzorg. Maar de polsstok van het onderwijs heeft maar een beperkte lengte. De gedetailleerde kennis waar Van Oostrom, Fens en Kousbroek op duiden, is in hun geval geen resultaat van goed onderwijs maar een vanzelfsprekend gevolg van het feit dat zij de meest ontvankelijke jaren van hun leven hebben doorgebracht binnen een samenleving waarin het christendom dagelijks gehoord, gezien, geroken en betast kon worden. ‘Gesmaakt’ kan ik er ook nog aan toevoegen, als ik denk aan de vele hosties die ik in mijn jeugd heb genuttigd.
Het wordt tijd dat jongeren eens kwaad worden. Of is hun zwijgen feitelijk nog veel vernietigender?