Hij had geen aanstelling, geloof ik. Maar ongetwijfeld liet hij zich goed betalen. Rijke Amerikanen hebben heel wat geld over voor elk concreet gegeven over de Rembrandt, de Jan Steen, of de Hondecoeter die ze denken te bezitten. En op het gebied van archiefonderzoek was hij een onbetwiste autoriteit, ook al zag hij er tussen al die gladgestreken kunsthistorici niet uit met zijn kaalgeschoren hoofd en zijn voddige t-shirt met de kop van Che Guevara. Het verbaasde me dat ze hem bij de paspoortcontrole zonder probleem lieten passeren. Eenmaal Amerika binnen werd hij meteen geattaqueerd door een opgewonden, zo te zien ruim vijftigjarige, vierkante vrouw, die zich door de wachtende afhalers naar voren drong: ‘Professor Voigels? I am Maria Stone from the National Archives. We are so excited to have you here.’
We keken elkaar verbijsterd aan. En dan paradeerde hij hier nog als professor ook.
De dagen die volgden was het niet anders. Voortdurend cirkelde er wel de een of andere verzamelaar om hem heen, meest vrouwen met naar paars zwemende kapsels, waar hij op zijn bekende belerende manier tegenaan schetterde. De lezingen leken hem nauwelijks te interesseren. Zelf gaf hij geen paper en tijdens de presentaties van de anderen zat hij met een lege blik naar buiten te staren in het altijd eendere stuk blauwe lucht. Behalve één keer bij een theoretisch betoog van iemand uit Chicago, die beweerde dat het verleden als zodanig niet bestond maar een ‘dialogisch tot stand gekomen’ constructie was van de historicus, omdat... Waarom, bleef onduidelijk. Midden in de zin sprong Ries overeind, zijn stoeltje klapte op en hijzelf torende plotseling meters boven iedereen uit.
‘No, no, no!’ schreeuwde hij, priemend met een vinger in de richting van de spreker. ‘What do you know about it, snotneus? Of course it exsists, and more than you think. Everything...’
Hij stopte een moment en keek om zich heen de rijen af, waarin iedereen opzij en achterstevoren gekeerd hem aanstaarde.
‘Everything, you, and you, and you, all of you are defined by it. The past hasn't vanished and it is still less, I say léss, a construction of our blatant self-sufficient present. You yourselves are constructed by the past, that is: by the irreversable, and therefore knowable facts that are for ever fixed in time, not different from, eh, the-e, whatever, the galaxy, the...’
Hij stikte in zijn woorden. Met wijde armbewegingen werkte hij zich zijn rij uit - ‘facts, you know, facts! -, struikelde half het zijpad in en verdween.