Tirade. Jaargang 27 (nrs. 284-289)
(1983)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 44]
| |
Charles B. Timmer
| |
[pagina 45]
| |
in een kleine cyclus bij voorbeeld, Kamermuziek geheten, van gevangenisen kampgedichten uit 1964-1965, met o.a verzen als:
De nacht. De cel. De spil
van 't kijkgat tolt in mijn pupil.
Cipiers. Hun thee. Hun slurpen.
Ikzelf - een van de urnen
waarin het lot zijn afval stort
en fluim op fluim gespogen wordt.Ga naar eind1.
(1964)
Een echo hiervan klinkt door tot in zijn laatste bundel Romeinse Elegieën (1982)Ga naar eind2., in de Zesde elegie bij voorbeeld een regel als ‘Daardoor zijn wij gelukkig dat wij zo nietig zijn’, met even later ‘... en ongelukkig ook daardoor’ - dus nietigheid, leegte, vernedering en troost, elementen die dan weer als een beaming klinken op het slot van Rilke's eerste Duineser Elegie: ‘dass erst im erschrockenen Raum... das Leere in jene Schwingung geriet, die uns... tröstet und hilft.’ Iosif Brodski wordt terecht (alleen niet in de Sovjetunie) de grootste levende Russische dichter genoemd, tegelijk is hij een dichter, van wie in zijn geboorteland tot op heden niet meer dan enkele versregels zijn gepubliceerd. Van Brodski kan men zeggen dat zijn poëzie op een onheilspellende manier ‘ón-sovjetrussisch’ en op een heil voorspellende manier Russisch is. Dit overdenkend kom ik tot de conclusie dat de geciteerde opmerking van de Nederlandse dichter zin en perspectief heeft: inderdaad - voorwaarde voor het verschijnen van een bundel verzen van Iosif Brodski in Moskou is een totale omwenteling in Rusland. Het merkwaardige hierbij is dat geen regel van de dichter Brodski politiek gekleurd is; zijn gedichten bezitten geen politieke lading, geen aanbevelingen voor vijfjaarplannen, zij hebben geen anti-sovjet tendens, leiden niet tot dissidentachtige aanvechtingen. Het enige politieke dat je erin ontdekken kunt is dat zij in hun verbluffende inhoudelijke rijkdom volslagen apolitiek zijn - althans de schijn wekken te zijn. Van Iosif Brodski zijn in de Russische taal drie omvangrijke bundels | |
[pagina 46]
| |
gedichten uitgegeven, naast veel verspreide gedichten in tijdschriften. Alle bundels verschenen in Amerika. Vertalingen van zijn werk zagen het licht o.a. in het Duits, Engels, Frans en Nederlands, vaak in boekvorm, alles in Amerika of Westeuropa. Maar in zijn eigen land, in Rusland, zijn niet drie bundels, maar in totaal slechts vier korte gedichten van Brodski ooit waardig gevonden om in een ‘officiële’ periodiek gepubliceerd te worden. Het zijn: twee verzen, elk zestien regels lang, in 1966 in de almanak Molodoj Leningrad (Jong Leningrad), een bloemlezing proza en poëzie van jonge Leningradse dichters onder redaktie van de bekende literator Vera Ketlinskaja. En een jaar later twee gedichten in het poëtische jaarboek Den' poëzii (Dag van de poëzie), 1967, namelijk: ‘Op het dorp woont God niet ergens in een hoek’ en het gedicht ‘Ter herdenking van T.S. Eliot,’ in totaal drie pagina's poëzie. Vooral het Eliot- gedicht is opmerkelijk, niet in de laatste plaats als voorbeeld van wat er in de tweede helft van de jaren zestig in de Sovjetunie gepubliceerd kon worden. Deze hommage van de ‘arbeidsschuwe’ Russische dichter Iosif Brodski aan zijn ‘kapitalistisch-reactionaire’ collega-dichter T.S. Eliot in Engeland bestaat uit een drieluik, waarvan ik het derde vertaalde: In memoriam T.S. Eliot
(derde luik)
Leg je krans, Apollo, af
aan het denkmaal, aan het graf,
aan de voet van Eliot,
aan de grens van mens en lot.
Stapgedreun, klank van de lier,
in memoriam bos en dier.
Voor 't geheugen dient alleen
wat aan toekomst kracht ontleent.
Weten zal bos, man en kind
en de god ook van de wind,
| |
[pagina 47]
| |
weten zal het, ieder gras,
wat Horatius willens was.
Thomas Stearns, vrees niet de geit,
hooien schenkt ons veiligheid.
't Geheugen vindt graniet een last,
maar houdt paardebloemen vast.
Zo gaat liefde spoorloos heen,
en voor goed. Voor iedereen
breekt de kreet af, ieder woord
wordt onzichtbaar, maar gehoord.
Jij nam elders heen de wijk,
naar wat hier heet dodenrijk,
een gebied, verzegeld, dicht -
afgunst heeft het zo beslist.
In herdenking - blijf bewaard
in bos en wei, waar ook ter aard'
Zo als 't lichaam (een geschenk)
kus en handdruk warm gedenkt.Ga naar eind3.
Het eerste in de almanak Molodoj Leningrad van 1966 afgedrukte gedicht van Iosif Brodski draagt geen titel, het is opgedragen aan M.B. en verscheen in een Engelse vertaling, zonder die opdracht, in de Amerikaanse periodiek Russian Literature Triquarterly,Ga naar eind4. in een herdichting van George L. Kline, met onder het vers de datering February 2, 1962. Een Duitse vertaling ervan verscheen in 1966 in Lyrische Hefte 26, door Vera Strassburger.Ga naar eind5. De Russische tekst verscheen opnieuw in de verzamelbundel Ostanovka v poestyne (Pleisterplaats in de woestijn).Ga naar eind6. In de inleiding tot het boek wordt met name de tweede strofe van dit gedicht uitvoerig besproken. De belangstelling die zich op dit gedicht internationaal heeft geconcentreerd is derhalve opmerkelijk groot. Om die reden is een vergelijking der vertalingen niet | |
[pagina 48]
| |
oninteressant; for good measure heb ik mijn eigen Nederlandse vertaling toegevoegd. Als uitgangspunt eerst de originele Russische tekst met een zo letterlijk mogelijke vertaling: Ja obnjal eti pletsji i vzgljanoel / na to, sjto okazalosj za spinojoe / i oevidal, sjto vydvinoetyj stoel / slivalsja s osvesjtsjonnojoe stenojoe. / Byl v lampotsjke povysjennyj nakal, / njevygodnyj dlja mebeli istjortoj, / i potomoe divan v oegloe sverkal / koritsjnevojoe kozjej, slovno zjoltoj. / Stol poestoval. Pobleskival parket. / Temnela petsjka. V rame zapyljonnoj / zastyl pejzazj. I lisj odin boefet / kazalsja mne togda odoesjevljonnym. / No motyljok po komnate kroezjil, / i on moj vzgljad s njedvizjimosti sdvinoel. / I jesli prizrak zdesj kogda-to zjil, / to on pokinoel etot dom. Pokinoel.
De letterlijke overzetting: Ik omarmde die schouders en wierp een blik / op wat achter de rug bleek te zijn/ en zag dat de naar voren geschoven stoel / samenvloeide met de verlichte muur. / Het lampje had een verhoogde stroomsterkte / onvoordelig voor de versleten meubels / en daardoor glansde de divan in de hoek / met zijn bruine leer alsof dat geel was.
/
De tafel werd leeg. Het parket glom. / De kachel werd donkerder. In het verstofte raam / stond het landschap verstard. En slechts het buffet / kwam mij toen bezield voor. / Maar er cirkelde een mot in de kamer rond / en maakte mijn blik uit zijn starheid los tot beweging. / En indien hier ooit een spook heeft gewoond, / dan heeft dat dit huis verlaten. Verlaten.
De Engelse tekst van dit gedicht luidt bij George L. Kline als volgt:
I bent to kiss your shoulders, and I saw
your room as it was now revealed beyond you.
I saw how a straight chair pushed from the wall
| |
[pagina 49]
| |
had blended with the brilliant glow behind it.
The huge bulb in the lamp was far too strong -
its fierce glare made worn furniture look hollow;
the threadbare cover of the sofa shone
so greenly brown as to seem almost yellow.
The table stood deserted, and the floor
lay gleaming, while the stove seemed dark; a dusty
wood frame held a stiff landscape. The sideboard
appeared to be alone among the living.
A moth, aflutter in this empty blaze,
shook my fixed stare out of its frozen orbit.
If ever ghosts had come to haunt this place
they must have left, for surely they abhorred it.
En nu de Duitse lezing van Brodski's gedicht:
Ich umarmte diese Schultern und blickte
auf das, was sich hinter dem Rücken zeigte,
und sah, dass der vorgeschobene Stuhl
zusammenfloss mit der beleuchteten Wand.
In der kleinen Lampe war gesteigerte Glut,
ungünstig für die zerschlissenen Möbel,
und deshalb funkelte der Divan in der Ecke
mit braunem Leder, gelb gleichsam.
Der Tisch verödete, leicht glänzte das Parkett,
der Ofen wurde dunkel, im verstaubten Rahmen
erstarrte eine Landschaft, und das Buffet allein
schien mir damals beseelt.
Aber ein Nachtfalter kreiste im Zimmer,
und er bewegte meinen Blick weg von der Unbeweglichkeit.
Und wenn je ein Geist hier gelebt hat,
so hat er es verlassen, dieses Haus. Verlassen.
| |
[pagina 50]
| |
Dan ten slotte mijn Nederlandse weergave van dit gedicht van Iosif Brodski:
Ik sloeg mijn armen om die schouders, keek
naar wat zich achter haar tot kijken leende,
hoe de verschoven stoel mijn blik ontweek
en zich met de verlichte muur vereende.
De lichtkracht in het lampje was versterkt,
dit geeft versleten meubels niet veel kansen:
zo leek het divanleer te zijn bewerkt
om meer in geel dan donkerbruin te glanzen.
Leeg was de tafel, glad glom het parket,
de kachel scheen tot zwartheid te verschralen,
landschap in stoffig raam verstard - 't buffet
alleen leek meer bezieling uit te stralen.
Een mot vliegt cirkelend in de kamer rond,
hij maakt mijn blik los uit zijn starre staat en
had een spook ooit in dit huis gewoond,
dan heeft dat het verlaten. Het verlaten.
Wat in dit gedicht van Brodski opvalt is het ‘opsommingseffect’, dat is, de dichter wekt de indruk dat hij met een projectorlamp werkt die bundels licht over het ene voorwerp naar het andere laat glijden, waarbij de in het licht gevangen voorwerpen om beurten genoemd worden. Reeds in de eerste in het buitenland verschenen verzameling der gedichten van Brodski (1965),Ga naar eind7. wordt door Georgi Stoekov in de inleiding de aandacht op deze kunstgreep gevestigd: ‘de vele originele en afwisselende vormen van herhaling...’ ‘In een uitbundige hoeveelheid komen deze herhalingen voor in Brodski's lange gedicht Grote Elegie. Aan John Donne, dat een honderdtal variaties op het thema slaap bevat. Het lange gedicht begint zo:
John Donne sliep in en alles sliep rondom,
de wanden sliepen en de vloer, de tafel,
bed, schilderijen, grendels, elke kom,
| |
[pagina 51]
| |
alles sliep in, 't buffet, gordijnen, kaarsen
en elke fles, en glas en brood en ook het mes...Ga naar eind8.
Het is de opsommings- en herhalingstechniek, zoals die veelvuldig in het Russische volkssprookje wordt toegepast en zoals wij die ook aantreffen bij Poesjkin (Tsaar Saltan) of bij Nikolaj Zabolotski in diens ‘Merknoet znaki Zodiaka’ (‘De tekens van de Zodiak verbleken’) bij voorbeeld.Ga naar eind9. In wezen gaat het hierbij om het beat-effect, in het John Donne gedicht 92 regels lang volgehouden; ‘alles slaapt’ wordt er elf maal letterlijk verzekerd, alles, meubels, huizen, steden, God en duivel en ook de rijmwoorden van John Donne, en zijn gedichten, en John Donne zelf. Net als in het sprookje gaat zo'n gedicht door dit herhalingseffect de indruk van iets statisch maken: het is de beschrijving, de evocatie van een bevroren wereld geworden, waarin dan de laatste versregels met de kracht van een cycloon inslaan. Iets dergelijks vindt nu ook plaats in ‘Ik sloeg mijn armen om die schouders...’, een gedicht, waarin als het ware wederom een lichtbundel glijdt van stoel naar muur, naar tafel, divan, kachel, buffet, enz. om al die dingen te benoemen. Heel karakteristiek voor Brodski zijn ook hier de laatste, afsluitende versregels, (met een ingebouwde herhaling in de laatste regel), die het verstarde totaalbeeld oplossen in beweging, of liever bewegelijkheid. En het is vooral hier, waar de Engelse dichter Kline zijn lezer in de steek laat: het ‘they abhorred it’ in de laatste regel mag dan een ingenieus rijm op ‘its frozen orbit’ zijn, in de derde regel van onder, maar in de eerste plaats heeft het origineel niets van dit ‘abhor’-element en in de tweede plaats is het herhalingseffect volkomen verdwenen, dat juist hier de belangrijke rol van afsluiting en onderstreping had. De Duitse en Nederlandse vertalingen hebben dit effect van de laatste regel behoedzaam gehandhaafd en daardoor het gedicht op peil gehouden. De Engelse versie geeft bovendien een gedicht dat te nadrukkelijk direct aan een vrouw is gericht: ‘I bent to kiss your shoulders’, en ‘I saw your room...’ enz., terwijl het origineel voor zo'n veronderstelling weinig steun biedt. De Duitse vertaling is qua vorm en metrum in het oog vallend stuntelig, jammer, want inhoudelijk is de adequatie van de vertaling groter dan die der andere versies. In de Nederlandse | |
[pagina 52]
| |
versie is een poging gedaan het uiterst subtiele evenwicht dat tussen vorm en semantische inhoud moet worden gevonden, in tact te houden. En daar gaat het uiteindelijk toch om bij het vertalen van gedichten, zo wil het mij voorkomen. - Dit doet mij denken aan een artikel van Iosif Brodski met de opmerking daarin: ‘I recall how Akhmatova wept when she saw what one English poet's translation had done to her.’ - Zulke tranen te voorkomen - dat is, dunkt me, de voornaamste taak van de dichter-vertaler. | |
2. Een gedicht van Anna AchmatovaDat een auteur over gepubliceerde vertalingen van zijn werk soms tranen vergieten kan, toont Iosif Brodski aan in een artikel, een boekrecensie, die hij in 1973 schreef voor de New York Review over de bundel Poems of Akhmatova, selected, translated, and introduced by Stanley Kunitz with Max Hayward.Ga naar eind10. Brodski legt in zijn bespreking een gedicht van Achmatova in de vertaling van een dichter (Stanley Kunitz) en een slavist (Max Hayward) onder de loupe. Het is een uit de jaren dertig stammend gedicht, geschreven na de arrestatie van Achmatova's zoon in 1934. Het is in zijn verbluffende eenvoud het meest honende ‘Stalin-gedicht’ dat ik ken, bijtender, schrijnender dan het bekende spotvers op Stalin van Osip Mandelsjtam. In het origineel en letterlijk vertaald ziet het gedicht er zo uit:
Podrazjenije Armjanskomoe
Ja prisnjoesj tebje tsjornoj ovtsojoe / na njetvjordych, soechich nogach, / podojdoe, zablejoe, zavojoe: / ‘Sladko lj oezjinal, padisjach? / Ty vselennoejoe derzjisj, kak boesoe, / svetloj volej Allacha chranim... / I prisjolsja lj synok moj po vkoesoe / i tebje i detkam tvojim?’
Dit is:
Imitatie naar het Armeens
Ik zal jou in je droom als een zwart schaap verschijnen / op onvaste, dorre poten / ik zal op je toekomen, ik zal blaten, ik zal brullen: / ‘Heb
| |
[pagina 53]
| |
jij lekker gesoupeerd, padisjah? / Jij houdt het universum als een kraal in je hand, / behoed door de lichtende wil van Allah... / En is mijn zoontje wel naar jouw smaak geweest, / naar de jouwe en die van je kindertjes?’
In het origineel bestaan de acht versregels uit het voor Anna Achmatova zo typische metrum van drie anapesten, met een rijmschema van abab. In mijn poging tot weergave van het gedicht in het Nederlands moest ik het metrum wijzigen, het werd een vijfvoetige jambe; het rijm heeft in dit gedicht een uitzonderlijk evocatieve kracht en moest dus gehandhaafd blijven. Ziehier mijn vertaling: Imitatie naar het Armeens
Jij ziet me in jouw droom als een zwart schaap
dat waggelt op onvaste dorre poten.
Ik kom steeds dichterbij, ga brullen, blaat:
‘En, heb jij, Sjah, van je souper genoten?’
Jij houdt de kosmos als een kraal omklemd
en lichtend zal jou Allah's wil bewaken...
‘Zo - heeft mijn zoontje jouw verhemelte verwend?
en mocht hij ook jouw kindertjes goed smaken?’
De Engelse vertaling van het team Kunitz en Hayward luidt als volgt:
In the form of a black ewe my ghost
will struggle through your dreams
on faltering withered legs,
bleating: ‘Shah of the Shahs,
blessed in Allah's eyes,
how well did you feast?
You hold the world in your hand
as if it were a cold bright bead...
But what about my boy,
did you enjoy his taste?’
| |
[pagina 54]
| |
Welnu, deze Engelse versie heeft Iosif Brodski tot tranen toe bedroefd. En terecht: Kunitz heeft én rijm én metrum als quantités négligeables opgegeven, maar van de aldus gewonnen vrijheid geen gebruik gemaakt om dan in ieder geval inhoudelijk adequaat te vertalen, in tegendeel: bijna geen regel klopt met het origineel. Brodski vraagt zich af, waar Kunitz die pompeuze opening met een ‘door dromen dwalend spook’ vandaan heeft; hij wijst erop, dat Achmatova niet voor niets schreef ‘... ga brullen, blaat’ - door Kunitz alleen met ‘bleating’ weergegeven; hij betreurt de omzetting der regels 4-8 van de vertaling, waardoor aan het geheel een totaal ander accent wordt gegeven; hij ziet niet in, waarom de Engelse versie uit tien regels moest bestaan, terwijl Achmatova aan acht genoeg had. Maar het ergste zijn voor Brodski - trouwens voor iedereen die gedichten lezen kan - de laatste twee regels, waarin de Amerikaanse dichter en de Engelse slavist de ‘kindertjes’ hebben geschrapt (en dat ondanks de twee extra regels die zij zich hebben toegeëigend!). Inderdaad, het ging en gaat in dit gedicht niet om Stalin's smaak alleen, maar ook om die van ‘zijn kindertjes’, dat wil zeggen, zijn duizenden handlangers, beulen, jabroeders en trawanten. Zo als het Engels lezende publiek dit gedicht van Achmatova krijgt voorgeschoteld, lijkt het, of het om een persoonlijke grief van één persoon tegen een andere gaat, maar dit is dan zulk een regelrechte verdraaiing, vervalsing en ontkrachting van een sterk gedicht dat de maker ervan inderdaad in tranen zou zijn uitgebarsten, als het lot er haar niet voor had behoed die vertaling ooit onder de ogen te krijgen. | |
3. Een gedicht van Wilfred SmitHet gebeurde in Amsterdam, in 1972. Ik was toen adjunct-directeur van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis. Wilfred Smit werkte bij dat instituut als slavist op de Oosteuropese afdeling, voornamelijk op de titelbeschrijvingen van binnenkomende Russische en Poolse boeken voor de bibliotheek. In zeker opzicht was mijn positie toen uniek: enkele jaren lang was ik ‘de baas van een dichter’. Misschien lag het aan die situatie, dat wij niet erg veel contact met elkaar hadden. Ik herinner mij slechts één enkel raakvlak: ons beider bewonde- | |
[pagina 55]
| |
ring voor de gedichten van de jonge Pasternak. Zowel Wilfred Smit als ik hadden uit Pasternak's bundel Thema's en variaties (1923) het gedicht ‘Vesna’ vertaald, hij onder de titel Voorjaar, ik onder de titel Lente. Ik geef hier beide versies, maar om de merites der vertalingen te kunnen beoordelen, eerst de originele tekst en een letterlijke overzetting van dit korte gedicht: Vesna, ja s oelitsy, gde topol oedivljon, / gde dalj poegajetsja, gde dom oepastj boitsja, / gde vozdoech sin, kak oezelok s beljom / oe vypisavsjegosja iz bolnitsy. / Gde vetsjer poest, kak prervannyj rasskaz, / ostavlennyj zvezdoj bez prodolzjenja / k njedoöemenjoe tysjatsj sjoemnych glaz / bezdonnych i lisjonnych vyrazjenja.
Letterlijke vertaling: Lente, ik kom van de straat, waar de popel verbaasd is / waar de verte schrikt, waar het huis bang is om te vallen, / waar de lucht blauw is als een bundeltje ondergoed / bij een uit het ziekenhuis ontslagene. / Waar de avond leeg is als een afgebroken verhaal, / door een ster zonder vervolg gelaten, / tot verbluffing van duizenden rumoerige / bodemloze ogen, verstoken van uitdrukking.
Bij Wilfred Smit luidt dit gedicht in het Nederlands (het staat in zijn Verzamelde Gedichten): Voorjaar
Voorjaar, ik kom van straat, waar verte
duizelt, de popel wankelmoedig is en schraal,
de lucht blauw als het bundel je met was
mee teruggekomen uit het hospitaal.
Waar avond is als een onaf verhaal
door een ster al niet meer uitverteld,
tot onbegrip en twinkelend kabaal
in duizend mooie stomme ogen.
(Naar Pasternak) | |
[pagina 56]
| |
Mijn vertaling was aanvankelijk in 1958 verschenen, toen, in een ietwat veranderde vorm in 1970:Ga naar eind11. Lente
Het is lente, waar op straat verbaasd de popel groet,
waar verten schrikken, waar het huis vreest om te kiepen
en waar de lucht blauwt als een bundeltje met goed
in handen van een pas ontslagen zieke.
Waar de avond leeg is als een afgekapt verhaal,
waarin een ster halfweg is blijven steken,
tot schrik van duizend ogen vol kabaal
in diepten waar geen glimp meer door kan breken.
Ik herinner mij dat wij over dit gedicht en over onze vertalingen ervan een keer van gedachten hebben gewisseld. Ik had een opmerking gemaakt over zijn vierde regel, dat ik die niet zo geslaagd vond en dat ik die ‘was mee teruggekomen uit het hospitaal’ als een moedwillig aangebrachte dissonant onderging en dat zulke dingen bij Pasternak niet voorkwamen. Ik weet niet precies meer, wat Wilfred Smit hierop antwoordde, waarschijnlijk niets behalve het brede gebaar, waarmee hij me op de woorden wees die onder zijn gedicht stonden: ‘Naar Boris Pasternak’, met andere woorden, dit is mijn gedicht... Veel verder zijn onze gesprekken, geloof ik, nooit gekomen. Toen ik in 1972 de ‘pensioengerechtigde leeftijd’ had bereikt, is hij mij op mijn verjaardag een exemplaar van zijn toen net bij Meulenhoff verschenen Verzamelde Gedichten (1971) komen aanbieden, met een opdracht erin en met een los vel eraan toegevoegd, waarop een gedicht van zijn hand dat hij aan mij had gericht - om mij te troosten: | |
[pagina 57]
| |
17.II.'72 Een stupa voor zijn 65ste
Iets van de buddha
en van de mammon iets
(hun gladgeschoren wang
hun stasis) -
geen koud perfectum
maar meer ruitenkoning
ironiserend
buitenspel gestapt -
en allereigenlijkst
montgolfier
vertolker van ideeën
in wolken drakenvliegers
zwaluwen ballonnen
ladders naar omhoog.
| |
[pagina 58]
| |
Als een zegel op een oorkonde, zo prijkt onder aan het gedicht zijn signatuur. Een abstracte lijntekening met een sterk verlangen in zich om concreet te worden: wilfred smit. Zo was zijn handtekening en zo was hij zelf. Een half jaar na dit geschenk is hij overleden, hij was achtendertig jaar oud.
15.12.1982 |
|