Alleen wil ik hier nog mededeelen dat het me spijt dat bij de volksliederen niet van de tweestemmigheid is gebruik gemaakt en - dat bij sommige liedjes omdichtingen voorkomen, die al heel weinig dichterlijke waarde hebben. Een voorbeeld moge hiervan bewijs geven.
In no. 2, eene omdichting van het bekende: ‘Morgen muss ich fort von hier, und muss Abschied nehmen’ - vindt men in het 3de en 4de couplet de volgende regels:
‘Blatt um Blatt sinkt in den Staub
Schüttelt traurig ab ihr Laub
‘Morgen muss ich fort von hier
Singt der Fink mit Grâmen;
Rosen schwindet ihre Zier,
't Is te hopen dat de heer uitgever er spoedig eens toe komt ook een verzameling liederen met Hollandsche woorden het licht te doen zien; onze aankomende jeugd dient toch in de eerste plaats Neerduitsch te zingen.
Zutfen, 3 Augustus '75.
M.A.B.B.