een scholarship of beurs dingen, wel iets van eene harddraverij, al ontmoet de held van den roman hinderpalen op zijn weg die hem door den schrijver met opzet voor de voeten geplaatst worden; iedere loopbaan naar een eervol doel, ieder zelfbewust streven naar kennis, deugd of geluk heeft moeijelijkheden te overkomen; dit behoefde op den titel volstrekt niet herinnerd te worden. Die ‘hindernissen’ hebben mij althans bij het lezen gehinderd, want zij hadden de verwachting bij mij opgewekt van een veel ernstiger, zeker van een geheel anderen strijd, dan waarin Julian wordt gewikkeld. Zijne makkers Kennedy en Bruce, Hazlet en Brogten hebben veel zwaarder strijd dan hij, en had de Heer Kneppelhout dien strijd op den titel willen uitdrukken, hij had moeten schrijven: ‘De student,’ beter nog: ‘Het studentenleven of eene loopbaan met hindernissen.’ Maar waartoe dat ‘of’? De oorspronkelijke schrijver had het niet en ontnam ons niets van de illusie, waarmede zulk een werk wordt in handen genomen; waarom wil de vertaler wijzer zijn of den lezer het genot ontnemen om zelf de tendenz te vinden? Waarlijk, zulke omschrijvende titels zijn niet alleen smakeloos en tot niets nut, maar verzwaren ook de kunst van den romanschrijver, die een tendenzwerk wil leveren. Het moeijelijke van een goeden roman te dichten wordt grooter als hij eene zedelijke strekking heeft, omdat de kunst hieronder niet lijden en de sluijer, waartoe het verdichte verhaal dienen moet, niet al te doorzichtig zijn mag. ‘Longtemps’ - ik zeg het George Sand na - ‘la critique a prononcé que la recherche de l'idéal social ou religieux n'était pas du domaine du roman, et qu'il fallait l'exclure comme étrangère, intempestive et pédantesque.’ Ik was het met die kritiek nooit
eens; ik heb steeds getracht mijn idéal religieux in novelle of roman aanschouwelijk te maken; en beaamde altijd ten volle wat de begaafde Romancière uitspreekt, als zij volgen laat: ‘Plus tolérante et, selon nous, plus juste aujourd'hui, elle (la critique) loue M. Octave Feuillet d'avoir fait un noble effort pour réhabiliter le roman et pour l'élever à l'état de thèse. Elle reconnait que les luttes de la conscience et l'analyse des idées les plus hautes sont du ressort de l'art littéraire.’ Al qualificeerde dan ook nu nog ten onzent de kritiek Farrar's romans als tendenz-beeren en keurde ze als zoodanig af, ik niet; ik betreur het alleen, dat zijn talent niet grooter is, zoodat, even als bij zoo velen, die zich aan den tendenz-roman waagden, ook door hem niet genoeg aan de eischen der kunst wordt voldaan en de strekking te vroeg en te duidelijk zichtbaar wordt. Zijn Home Julian is de brave student, die zijn Academie-tijd goed besteedt; de hinderpalen, die hem in den weg komen, doen zijn ijver niet verflaauwen, en hij bereikt het doel, dat hij zich heeft voorgesteld. Hij mist echter, wat zijne kameraden doet afdwalen; en, uitgezonderd een enkel oogenblik van hartstochtelijkheid, als hij aan zijne vurige ambitie niet kan voldoen, blijft hij onberoerd door al die jeugdige verzoekingen ten kwade, die zoo menig jong mensch ten val brengen. Bijna is hij de brave Hendrik der studentenwereld; maar hierdoor wordt hij, in plaats van inderdaad de hoofdpersoon te blijven, die den lezer het meest interesseert, slechts eene nevenfiguur, zoodra Kennedy een echten zielestrijd heeft door te staan en helaas hieronder bezwijkt. Julian iets minder deugdzaam, bij Kennedy wat meer geestkracht, en de invloed der liefde voor Violet wat sterker, en ik twijfel niet of Julian zou meer
belangstelling inboezemen, het doel des schrijvers, hem als voorbeeld te stellen, zou beter bereikt zijn. 't Is echter gemakkelijker aanmerkingen te maken dan zelf iets beters in dit genre te leveren. 't Was ook volstrekt mijn plan niet iemand van het lezen van dezen roman af te schrikken; neen, het gebrekkige, dat de kritiek hier vinden moge, is niet van dien aard, dat het