Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 83
(1967)– [tijdschrift] Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 187]
| |
D. Heinsius' Christushymne
| |
[pagina 188]
| |
Aurich, als rector), und von hier 1655 als Rector nach Bremen berufen, von wannen er in 1667 heimlich nach Wien ging, und pästich (lees: päpstlich) wurde’. In het jaar na zijn benoeming te Aurich en in het jaar na zijn benoeming te Bremen is Nesselius' vertaling van Heinsius' Christushymne blijkbaar afzonderlijk uitgegeven, want Reershemius, p. 449, vermeldt daarvan uitgaven ‘Emdae 1657.1656’. Voor 1657 lees 1647Ga naar voetnoot4). Enige jaren na Nesselius' Poemata verscheen een andere vertaling van Heinsius' Christushymne in latijnse hexameters, en wel door de conrector van de school te Utrecht: Abrahami Bocstadii Hymnus Heinsianus in Iesum Christum, Ultrajecti 1646Ga naar voetnoot5). Hier volgen de begin- en de slotregels van Heinsius, Opitz, Nesselius en Bocstadius. Heinsius
HEt Woort was voor den tijt by God, uyt God geresen,
De selve God, met God den Vader, in het wesen:
Maer niet te min de Soon: die van den Vader erft
Zijn macht, zijn heerlickheyt, en zijnen naem verwerft.
Verlosser weest geroet, gesalfde weest gepresen,
Die sijt, en waert te voor, en eewelick sult wesen:
O Alpha sijt gelooft, het aller eerste goet
Dat onse siel verheugt, O mega sijt gegroet.
Opitz
DAs Wort war vor der Zeit bey Gott, von Gott erlesen,
Vnd selber Gott, mit Gott dem Vater, in dem wesen:
Doch gleich so wol der Sohn: der von dem Vatter hat
Gewalt vnd Herrligkeit: des vatters wort vnd raht.
| |
[pagina 189]
| |
Erlöser sey gegrüszt, gesalbter auszerlesen,
Der du wirst ewig sein, vnd ewig bist gewesen:
O Alpha sey gelobt, der du das erste bist
Vnd auch das letzte gut, O mega sey gegrüszt.
Nesselius
Ante catenato fluerent quam tempora lapsu,
Sermo fuit, cum Jhova aequè, genitusque Jehova est,
Ipse Jehova etiam, & pariter cum Patre Jehova
Esse aequale habuit, natus tamen: aequa potestas,
Majestasque eadem cui cum Patre Sermo parentis,
Consiliumque etiam:
Salvator salve, salve Vncte electe Jehovae,
Qui jam aeternus eras, post aeternusque manebis.
Salve ô Alpha, bonum, primâ sine origine, primum,
Extremumque bonum sine fine quoque, Omega salve.
Bocstadius
OMnia divinus praecessit tempora Sermo,
Atque Deum penes ipse fuit, de Numine manans;
Ipse suo cum Patre Deo Deus, unicus idem
Sed tamen & Natus, sublimis nominis haeres:
Iura potestatemque Pater cui contulit omnem.
O noster Iesu salvetoque Christe,
Rex aeterne, animi nostri suprema voluptas,
Principium nostri & finis salveto laboris!
Vertaling in het latijn kon leiden tot bekendheid in heel Europa. De latijnse gedichten van de conrectoren Nesselius en Bocstadius hebben echter weinig aandacht getrokken buiten hun onmiddellijke omgeving. Andere vertalingen van Heinsius' Christushymne zijn mij niet bekend. Het is, naar het schijnt, niet gekomen tot een uitstraling van Heinsius' hoogste lofzang buiten het neder- en hoogduits taalgebied. Had Heinsius zelf dit werk in het latijn gedicht, het zou, wegens 's mans faam als dichter en geleerde, wijder verspreiding gevonden hebben onder zijn tijdgenoten en latere geslachtenGa naar voetnoot6), en, zo om stof als om stijl, misschien meer vertalers. | |
[pagina 190]
| |
Dat latijnse werken van hem niet enkel in het nederlands, duits en frans vertaald werden, kan blijken uit de volgende vertalingen in het engels die in druk verschenen. Zij worden niet vermeld in de Heinsiusbibliographieën van Schotel en AngillisGa naar voetnoot7). In december 1612 en in maart 1613 hield Heinsius te Leiden twee latijnse homilieën op de geboorte en op het lijden van ChristusGa naar voetnoot8). In 1618 verscheen hiervan te Londen bij Bernard Alsop een engelse vertaling door John Hamar (zijn volle naam staat in de opdracht): The Mirrour of Humilitie: Or Two eloquent and acute Discourses vpon the Nativitie and Passion of Christ, full of diuine and excellent Meditations and Sentences. Published first in Latine by the worthy Author Daniel Heinsius and since done into English, by I.H. Master of Arts in Mag. Coll. Oxon. Heinsius werd ook gewaardeerd als schrijver van geleerde scherts zoals de Lof van de Luis: Laus Pediculi: or an apologeticall Speech, Directed to the VVorshipfull Masters and VVardens of Beggars Hall. Written in Latine by the learned Daniel Heinsius. And from thence translated into English by Iames Guitard, Gentleman. London, Printed by Tho. Harper 1634. Uit de opdracht is het volgende citaat interessant: ‘Let Poets (for I count this Pamphlet but poeticall prose) bee in the same degree of priviledge with Painters. It undervalueth not the Pencill of the herein admirable, Adrian Brower, that his drawghts be but revelling Beggars and drunken Bores: Stultitiam simulare loco sapientia summa est’. Een staal van Heinsius' welsprekendheid in dienst van vrijheid en | |
[pagina 191]
| |
vaderland werd vertaald in een bundel die verscheen toen Engeland en Nederland Frankrijk te weerstaan hadden: Select Orations upon the Liberty and Peace of Europe. Translated out of Latin. By Sir Joseph Tily, Kt. London 1704 (de opdracht dagtekent van 9 maart 1704). Hierin komt voor, p. 173-189 (de paginering is onregelmatig), ‘An Oration of Monsr. Heinsius, To the Dutch Army in Flanders, Under his Highness, the Prince of Orange; Anno Domini MDCV’. Een vertaling van een latijns herdersdicht van D. Heinsius (Thyrsis) komt voor in John Rooke's Select Translations, London 1726, p. 32-43Ga naar voetnoot9). J.C. Arens |
|