Tiecelijn. Jaarboek 2 (jaargang 22)
(2009)– [tijdschrift] Tiecelijn– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 142]
| |
ThemaPua Moders - de schelm van Sylt
| |
[pagina 143]
| |
dijkgraven en de strandvoogden. Deze laatsten spelen een belangrijke rol in de verhalen van Pua Moders. Niet alleen de Föhrers kwamen bijvoorbeeld te laat voor de Hollandse kaas, maar ook de strandvoogd van Rantum, die Pua al goed kende. Hij doorzocht zijn tassen, maar kon niets vinden. Pua was woedend dat hij voor een strandrover aangezien werd en hij besloot zich op de strandvoogd te wreken. Toen hij naar huis kwam zag hij dat een schraperige buurvrouw vergeten was om de hammen die onder haar dak te drogen hingen naar binnen te halen. Hij nam ze weg en verspreidde ze op het strand alsof ze door de vloed zouden zijn aangespoeld. Toen de voogd er langskwam interpreteerde hij dat ook zo en hij nam alles mee wat hij kon dragen. Op zijn weg naar Rantum kwam de vrouw hem tegen en schold hem uit voor dief. Zo joeg Pua allen tegen elkaar, maar ook allen tegen zichzelf in het harnas.
Zelf kon hij helemaal geen spot verdragen. Op de eilanden was het de mode om op zondag een rode jas te dragen. Alleen Pua kon zich die niet veroorloven. Toen hij hoorde dat de mensen op Rømø, het huidige kleine Deense eiland in het noorden van Sylt, niet tevreden waren met de plaats van hun kerk, ging hij er de volgende zondag heen en wachtte tot de gebedsdienst gedaan was. Dan vertelde hij de mannen die voor de kerk stonden dat hij een oplossing voor hun probleem wist. Ze moesten een van hun rode jassen op de grond leggen op die plek waar ze wilden dat de kerk zou komen te staan. Dan moesten ze zo lang duwen tot de jas niet meer te zien was. Pua zou dat controleren en ‘stop!’ roepen wanneer het goed was. Wat hij dan ook deed - maar niet zonder de jas te hebben verstopt. Toen hij de rode jas later droeg, wisten de Rømøers dat ze bedrogen waren, en Pua moest terug naar Sylt vluchten. Ook daar waagde hij het niet om de jas naar huis mee te brengen. Hij hing hem aan een paal van de Uaster-Suar (d.i. de Oost-Put) in de buurt van Kampen in het noorden van Sylt. De rode kleur maakte een koe zo nerveus dat ze de jas met haar horens in een put wierp. Dat zag een man uit Kampen en hij dacht dat ze Pua in de put geworpen had. Het hele dorp begon te zingen: Ing en Dung! Di Kloken gung.
Hoken es duar? Pua Moders es duar!
Hur kam hi tö Duar? Bi Uaster-Suar.
Di bröket Kü, Jü stat höm duar!
Ding en Dong! De klokken luiden.
Wie is dood? Pua Moders is dood!
| |
[pagina 144]
| |
Waar kwam hij ter dood? Bij de Oost-Put.
De bonte koe, die stootte hem dood!
Omdat de Kampenaren daar geen water meer wilden halen, begonnen zij een nieuwe put te graven. Maar Pua was helemaal niet dood. En hij vond dat liedje helemaal niet leuk. In Kampen was een klein bos met hout dat uitstekend geschikt was om harken mee te maken, waar de Kampenaren erg trots op waren. Pua verbreidde het nieuws op het hele eiland dat iedereen harkenhout mocht halen in Kampen. De Kampenaren waren het er niet mee eens, maar konden het niet voorkomen. Slechts een enkele boom bleef over van het trotse bos. Maar dat was alleen maar het eerste gedeelte van Pua's wraak. Toen de mannen aan de nieuwe put werkten, was er veel vandalisme in hun dorp. Op een nacht zag men een verdacht persoon bij de harkenboom. De Kampenaren liepen ernaartoe, maar de man liep naar het gat van de nieuwe put en sprong erin, en iedereen achter hem aan. Hij klom er aan de andere kant weer uit en stampte met zijn voeten een hele aarden wand los die zestien mensen in het gat onder zich begroef.
Men weet niet zeker of die man dat opzettelijk had gedaan en men weet ook niet zeker of het Pua Moders geweest is, maar men vermoedt het. In ieder geval zou het zijn laatste ‘streek’ geweest zijn. Er wordt gezegd dat hij samen met zijn stiefvader bij het vissen tussen Hörnum en Föhr zou verdronken zijn. Met hem zou zijn boze geest verdwenen zijn en sinds die dagen staat er geen huis meer op Sylt, waar de rook tegen de wind in waait. | |
InterpretatieGa naar eind4Er zijn drie eigenschappen van Pua te bespreken om hem te onderscheiden van of in verband te brengen met andere tricksters, met name (a) zijn spotzucht;Ga naar eind5 (b) zijn listGa naar eind6 en (c) zijn brutaliteit.Ga naar eind7
(a) Voor het spotten komt het concept ‘signifying’ te pas. Het karakteriseert een manier van praten die sociolinguïsten en cultuurtheoretici in de zwarte ghetto's van Amerikaanse steden hebben aangetroffenGa naar eind8 en die spot verbindt aan een speelse omgang met taal en betekenis (daarom: ‘signifying’). Deze manier wordt in verband gebracht met het verhaal van de Signifying Monkey, die in veel gesproken en gezongen varianten te vinden is. Wij kennen een dergelijke opname van de bekende rockster Chuck Berry.Ga naar eind9 De aap, die altijd door de leeuw mishandeld | |
[pagina 145]
| |
Het ‘portret’ van Pua Moders door Hubertus Jessel (uit Hermann Schmidt, Geschichten um Pua Moders, den Schelm von Sylt, p. 6) toont van links naar rechts het huis van de grootvader, de harkenboom bij Kampen, de grote kaas, het gat voor de nieuwe put en de Rømøers die aan hun kerk duwen.
wordt als die hem kan bereiken, revancheert zich met spot als hij hoog en droog in een boom zit. Op een dag probeert hij om die vicieuze cirkel te doorbreken en vertelt de jakhals, maar zo dat de leeuw het net kan horen, dat een zeker beest heel slecht over de koning der dieren gesproken zou hebben. De leeuw loopt onmiddellijk woedend naar dit beest toe en begint ermee te vechten. Het is de olifant die veel sterker is dan de leeuw. Zo komt hij meer dood dan levend terug en moet de spot van de aap ondergaan. Deze danst in zijn boom, mist een stap en valt op de grond, precies daar waar de leeuw staat. De ene variant heeft: ‘And this was the end of his signifying carrier’. In een andere roept de aap: ‘Vijftien ronden, iedereen in zijn hoek,’ en de leeuw laat hem weer los en het verhaal kan van voren af aan beginnen.
Spottend en liegend tast de aap, het zelfkritische symbool van de zwarte man in een overwegend blank gezelschap, het gevoel van eigenwaarde van de leeuw | |
[pagina 146]
| |
aan - net zoals wij dat van Reynaert kennen. Op dezelfde manier zorgt ook Pua voor onrust op Sylt en op de eilanden in het zuiden en noorden ervan.
(b) Pua's tweede opvallende eigenschap, zijn listig gedrag, kan men beschrijven dankzij de theorie van de syllogismen.Ga naar eind10 Een syllogisme heeft de vorm A - R - Z. Onder gewone omstandigheden zou een begintoestand A volgens een regel R leiden tot een eindtoestand Z. Reynaert heeft bijvoorbeeld Coppe vermoord (A). Volgens de regel R: moordenaars moeten sterven, zou Reynaert moeten sterven (Z).
Met list kan iemand, voor wie Z slecht uitkomt, door een manipulatie van A of van R deze Z voorkomen en een voor hem betere alternatieve eindtoestand Z' bereiken: Reynaert wil niet sterven en verstopt A achter A': hij zou een schat bezitten. De koning en de koningin reageren volgens een nieuwe regel R': als je met iemand zaken wil doen, zorg er dan voor dat hij in leven blijft. Dit resulteert in een Z' die wij allen kennen: Reynaert mag of moet niet sterven.
De krijgslist van de signifying monkey is nog eenvoudiger: A: De aap is zwakker dan de leeuw. R: Zwakkere dieren worden door sterkere verslagen. Z: De aap wordt door de leeuw verslagen.
De list van de aap die niet verslagen wil worden: A': De aap brengt de leeuw in contact met een nog sterker beest. R: Blijft onveranderd. Z': De leeuw wordt door de olifant verslagen/gedood en de aap is vrij.
In het verhaal lukt die krijgslist niet volledig.
En Pua? A: Hij heeft geen mooie jas en geen geld. R: Mooie jassen zijn duur. Z: Hij zal ook in toekomst geen mooie jas hebben.
De list van Pua die toch een mooie jas wil hebben: hij wacht af wat de Rømøers doen. Zij introduceren zelf een nieuwe A2: de kerk staat niet op de goede plek. Pua voegt nog een tweede gedeelte aan de nieuwe uitgangssituatie toe. Hij laat | |
[pagina 147]
| |
een jas op de grond leggen (A2′). En hij postuleert een regel R2′ die A2 en A2′ verbindt en die de mensen graag willen horen: ‘Als de jas verdwenen is, staat de kerk op de goede plek’ - in plaats van het veel verstandigere R2″: ‘Als een jas verdwenen is, heeft iemand hem weggenomen.’
Als de jas dan werkelijk verdwenen is, maken de Rømøers Pua geen verwijt - wat ze volgens Z2″ (‘Pua heeft de jas gestolen’) zouden moeten doen, maar ze zijn tevreden met de nieuwe positie van hun kerk en laten Pua met de jas vertrekken (Z2′).
(c) De brutaliteit en boosheid van Pua lijken gewoon naar de harde en soms brutale levensomstandigheden op een Fries eiland te verwijzen. Maar als het karakter van Pua zo maar typisch zou zijn, zou hij niet de verbazing en verontwaardiging veroorzaken die hij in het verhaal (en met het verhaal) wekt. Zijn slechtheid blijkt precies de functie te hebben om het verhaal bijzonder te maken - en dit zeker niet in een feodale of burgerlijke context (hof of stad). Het is voor/door een publiek van Friezen dat dit verhaal een gevoel van onmiddellijkheid en tegenwoordigheid (‘presentie’) krijgt in plaats van de gewone meer gedistantieerde literaire representatie.Ga naar eind11
Niet minder belangrijk dan de context is het genre: de sage, waarin het altijd over een strijd op leven en dood gaat en waar de ‘held’ eigenlijk helemaal geen schelm mag zijn, maar een echte held of een echte schurk. De receptie van Pua zou dus net zoals de receptie van Reynaert kunnen evolueren van schurk tot schelm.Ga naar eind12 |
|