■ Rik van Daele
Lucien de Cock - laudatio
Geachte voorzitter,
geachte Lucien de Cock,
geachte dames en heren,
Op 23 april 1985 stuurde ik vanuit Leuven een brief naar Laarne, Kasteeldreef 82. Ik had de bewoner, Lucien de Cock, een exemplaar van mijn licentiaatsthesis bezorgd. Hij was toen al op zoek naar alle mogelijke verwijzingen naar Malpertuus. De reden was dat zijn woonst de naam deelde met Reynaerts burcht: Malpertuus. Later, vanaf 1988, werd Lucien Tiecelijnabonnee. Maar de contacten vervaagden. Raakte onze nieuwe vossenridder het Reynaertspoor bijster? Niet verwonderlijk als men ziet waarmee de man bezig was.
Een kort ‘curricuraal’ intermezzo is wenselijk. Luc(ien) de Cock werd in 1948 in Lokeren geboren. Hij is internist-geriater in een Brussels ziekenhuis en lector gerontologie, geriatrie en psychogeriatrie. Hierop ga ik niet verder in, want zijn rijke wetenschappelijke medische carrière is niet de reden van zijn komst naar deze hofdag. Ook niet zijn vele onderscheidingen, ridderschappen, kruisen, prijzen en een ereburgerschap. Ook niet de veelheid aan plekken waar hij reeds verbleef voor congressen en lezingen. Hij wordt niet met een staart getooid omdat hij lezingen gaf aan de universiteiten van Budapest, Marseille, New-York, Singapore, Centraal-Amerika, Bali, Indonesië, de Filippijnen, Taiwan en in Pakistan.
Uit het curriculum van Lucien de Cock onthoud ik o.a. zijn studies Grieks-Latijnse aan het Sint-Antoniuscollege te Lokeren, waar hij toneel speelde onder leiding van Ast Fonteyne en in choreografieën van Lea Daan en Alice Borgten, en onthoud ik zijn 25 boekpublicaties, samen vele duizenden bladzijden over de meest uiteenlopende onderwerpen met als rode draad het ouder worden: ik som er enkele op: Kan ik 120 jaar worden? Van levenselixir tot celtherapie, Ouder worden nieuwe stijl, Depressie bij ouderen en bejaarden, Het geheugen bij ouderen, Open voor bloot. Over liefde, intimiteit en seksualiteit na de vijftig en als laatste het recente volumineuze standaardwerk uit 2006 in twee delen: Geschiedenis van de dood. Rituelen en gewoonten in Europa' (I) en Begraafplaatsen in Europa (II). Het curriculum vitae van Lucien de Cock is indrukwekkend: honderden lezingen, 100 artikelen en meer dan 100 tv-optredens. Men kan hem best als ‘mijnheer 100’ omschrijven.
Hij geniet immers vooral (maar niet alleen) mediabekendheid om dat getal 100, want telkenmale er een Vlaamse 100-jarige is, valt zijn naam. Bij elke oudste inwoner die overlijdt (en dat gebeurt evident zeer frequent!), vinden de media probleemloos de weg naar Malpertuus in Laarne. De Franse Jeanne Calment, de oudste ooit geregistreerde vrouw ter wereld, werd bijna onsterfelijk in Vlaanderen dankzij Lucien de Cock. Net als de vos blijkt ook de oudste Belg wel eens onvindbaar...
Soms is ook Lucien de Cock nergens te bespeuren (een Reynaerdiaanse trek?). Hij heeft schuilplaatsen in Laarne, Zele, Middelkerke en in het Franse Mirabel, waar hij intens studiewerk en locaal onderzoek doet met oog op een publicatie over de geschiedenis van de gemeente en de geschiedenis van de godsdienstoorlogen en de Hugenoten. Maar Malpertuus is ‘die beste van sinen borghen’. En De Cocks Malpertuus ligt fantastisch. Onvindbaar vanuit het nabijgelegen en impressionante