Emilia Menkveld
Een explosie van betekenis
Taal kan de werkelijkheid afbreken, opblazen, van al haar vorm beroven. Ze kan de tijd uitwissen, de ruimte slopen, afrekenen met oorzaak en gevolg. Alle samenhang, elke associatie tenietdoen tot er slechts splinters over zijn, ontdaan van iedere syntaxis. En dan alles vanaf de grond weer opbouwen, van 0 naar 1, niets wordt weer iets - al weet niemand precies wat.
Het is een idee dat dichter Christian Sinicco (Triëst, 1975) mateloos fascineert. In zijn laatste bundel Alter, die dit jaar verschijnt bij de kleine onafhankelijke uitgeverij Vydia, gaat hij het experiment aan. De Italiaan, die al diverse literaire werken publiceerde en verder vooral bekend is van zijn performances, begeeft zich op onbekend terrein met een ambitieuze bundel waarin hij poëzie gebruikt om een nieuw soort werkelijkheid te scheppen.
De eerste sectie van de bundel, ‘Città esplosa’, beschrijft de vernietiging van de menselijke beschaving en de ontwrichting van de taal aan de hand van een reeks apocalyptische beelden, die gesitueerd zijn in een toekomst waarin de mens afwezig is en dieren, buitenaardse wezens en androïden de dienst uitmaken. Het tweede deel, ‘Alter’, waaraan de bundel zijn titel ontleent, gaat over het ontstaan van de androïde Alter, in elkaar gezet door vliegende, Transformerachtige machines, die kunnen veranderen in mechanische insecten, maar ook in natuurlijke elementen, in wind.
‘Deze totale gedaanteverwisseling,’ stelt Sinicco in zijn nawoord, ‘is de essentie van het bestaan, en niet alleen als het gaat om onze individuele levensloop: elke levensvorm kan een symbolische mutatie teweegbrengen, zoals de geschiedenis van de mensheid bewijst (...). Ik hoop dat ieder van ons het ontstekingsmechanisme kan vinden.’
Alter is gecreëerd door een zwerm machines, die zijn bestaan van 0 naar 1 hebben gebracht; zijn geboorte wordt voorgesteld als een stem die van elders komt, het begin van zijn bestaan is een soort transmissie. Zijn identiteit is gebundeld en afgebakend, zodat hij geïnstalleerd kan worden. Wat uit vele vormen en deeltjes bestond, is nu tot een levende eenheid gesmeed en heeft ingefluisterd gekregen wat geluid, gevoel, oneindigheid is, maar de androïde zal nooit weten waarom deze constructie is zoals ze is. Zelfs de definities van de grondslagen van het universum zijn onderhevig aan Alters taal: zijn waarneming leidt tot nieuwe vormen van synesthesie, maar terwijl hij zich aanpast aan het leven, zich opnieuw verhoudt tot de werkelijkheid, verliest hij ook het besef van de associaties waaruit hij als individu is gevormd.
De androïde zal zich dus niet herinneren waar hij vandaan komt. In zijn poëzie doorloopt Christian Sinicco de stadia van zijn mogelijke ontstaansgeschiedenis aan de hand van een serie beelden op de muur. Maar van wie is het licht afkomstig, vraagt de dichter zich af, wat is de bron van de projectie? En, misschien nog spannender: wat brengt deze explosie van betekenis bij ú op het netvlies?
Met medewerking van Christian Sinicco.