Terras. Jaargang 2019 (16-17)(2019)– [tijdschrift] Terras– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 93] [p. 93] Coral Bracho Hotelkamer Vertaling: Lisa Thunnissen De kamers zijn niet zoals ze horen te zijn De kamers zijn niet zoals ze horen te zijn noch zijn ze de optelsom waar ze voor doorgaan. Dagelijks manifesteert zich hun schetsmatig contact: In het profiel dat het hoedt in objecten en dat die het voor even verlenen. In de wisselende kenmerken die ze delen. Ze kennen zichzelf, definiëren zichzelf op die grenzen, zoals op de randen van een spiegel: dat dunne gevoel dat ruimte verbindt aan soliditeit, dat haar afsnijdt en hecht met zijn eindeloos schetsen. [pagina 94] [p. 94] Van waar naar waar? Van waar naar waar leidt deze deur? Wat sluit zij stukje bij beetje buiten? En zijn lijntjes Het slinkse en zijn lijntjes, zijn orde. Het snijdt de peer uiterst zorgvuldig. Het snijdt het vlees uiterst zorgvuldig. Morst nooit op het tafelkleed. [pagina 95] [p. 95] Ze veranderen stilletjes van plek Daar staat de koffer, aan de rand van de kamer, aan de rand van het strand of van in zee vallen. Kleren die in de war raken, die rebelleren. Moeilijk ze te herkennen. Moeilijk ze te observeren want ze vormen kluwens, verstoppen zich, veranderen stilletjes van plek. Moeilijk te zien waar ze ophouden en wat hun gewoontes willen zeggen. Er zijn geen contouren of gewicht We kunnen de kamer niet uit want we kunnen onmogelijk inpakken. In objecten schuilt geen idee van orde of soliditeit. Er zijn geen contouren of gewicht waarmee ze zich identificeren. Hun onveranderlijke toestand maakt ze steeds minder begrijpelijk, steeds afwijkender. Sterker lijkend op onszelf. [pagina 96] [p. 96] Maar we weten het niet zeker We wonen tussen de ruïnes van het hotel. Lange vertrekken zonder deuren vormen het toneel voor dit dungezaaide, zwijgende doolhof van bedden, stoelen, kledingkasten. We weten dat er een hoek is waar het licht anders valt alsof het zich voegt naar ons bed, maar we weten het niet zeker. Klampen ons vast aan het vermoeden van een kleur, van een bepaalde vorm waarvan andere meubels de contouren schetsen; van bepaalde lijnen. Sommige ramen hebben uitzicht naar buiten Ik weet niet hoe ik het hotel uit moet komen. De gangen raken verstrengeld en leiden naar elkaar terug. Sommige ramen hebben uitzicht naar buiten, maar de stad, net zo leeg, lijkt te zijn getekend op dezelfde manier en met hetzelfde doel, op het oog onbegrijpelijk. [pagina 97] [p. 97] Door die leegte Om het hotel binnen te gaan bestijgen gasten de buitentrap die grenst aan onze kamer en lopen ze er dwars doorheen. De hele dag door en tot diep in de nacht zien we ze gedachteloos tussen twee deuren paraderen: die naar de straat en die naar de gang. Ze kijken nooit om naar ons. Ik weet niet of hun onverschilligheid geveinsd is, maar zeker is dat wij door die leegte consistentie verliezen. Als niet van tijd tot tijd een kind zich omdraaide en onze blik vasthield, zou ik betwijfelen dat wij hier zijn. Vorige Volgende