Annelies Verbeke
Over Shivani Sivaguranathan
Net als de Australische Ali Cobby Eckermann, uit wier werk elders in dit nummer passages te vinden zijn, leerde ik Shivani Sivagurunathan kennen tijdens het George Town Literary Festival op het Maleisische eiland Penang in 2013. De auteur - die ook een dichtbundel uitbracht - deelde mijn strijd voor een opwaardering van het korte verhaal, en overhandigde me haar verhalenbundel Wildlife on Coal Island met de mededeling dat onze werken volgens haar iets gemeen hadden qua toon, wat betreft de rol van dieren en in het subtiel verbinden van verschillende verhalen. Ik las het boek naar huis terugkerend, hoog boven de zeeën die de continenten waarop wij werden geboren van elkaar scheiden.
Coal Island is dan wel een fictief eiland, het heeft veel gemeen met Port Dickson, het Maleisische kuststadje waar Shivani Sivagurunathan opgroeide. Een jeugd waarin ze zich, zo schrijft ze in haar inleiding bij het boek, om zich te beschermen tegen verveling, bekwaamde in het observeren van de onderlinge relaties tussen de bewoners en tussen bewoners en toeristen. Een plek waar ze aandacht kreeg voor de prominent aanwezige fauna en flora.
Ook in elk verhaal in Wildlife on Coal Island spelen dieren en planten een rol. Meer nog dan symbolen zijn ze wezenlijke entiteiten, die inwerken op de personages. Meer zelfs: zij resoneren met de wildheid en het anderszijn die diep in deze personages verborgen liggen en tot uiting komen op bevreemdende momenten ‘wanneer het zelf zijn zekerheid aflegt onder invloed van hardheid en wanhoop.’ Wat niet betekent dat het deze verhalen aan humor ontbreekt.
In ‘Vlam van het bos’ is hoofdpersonage Rose na een tienerzwangerschap en een vriendje dat de benen nam vast komen te zitten als serveerster in een resort op Coal Island, waarnaar rijke toeristen van overal op de wereld jaarlijks terugkeren. Die toeristen stellen telkens opnieuw verrast vast dat zij nog steeds in het resort werkt. De steden waarin zij voor de rest van het jaar hun bevoorrechte levens leiden, staan op de koelkastmagneten die ze Rose kado doen; ze heeft al een hele zak vol. Tot haar verdriet begrijpt Rose dat ze geen uitweg heeft kunnen vrijmaken voor haar dochter en dat de geschiedenis zichzelf herhaalt. Een kind is een gesloten deur. De machtsverhoudingen blijven ongewijzigd. En de boom waarbij ze te rade gaat, is opvallend stil.