1. | Yu Xiang geldt als een van de markantste figuren van de generatie Chinese dichters die bekend is als ‘post-1970’. |
2. | Yu Xiang werd in november 1970 geboren in Ji'nan, hoofdstad van de noordoostelijke kustprovincie Shandong, en begon in 2000 te schrijven. In 2006 verscheen haar debuutbundel, Haqi (Uitademen). |
3. | Yu Xiang doet weinig om op te vallen in Chinese literaire kringen. Overdag heeft ze een kantoorbaantje, en net zoals haar echtgenoot schrijft ze poëzie en is ze beeldend kunstenaar in haar vrije tijd. Publiceren doet ze spaarzaam; schrijven uit financiële overwegingen doet ze niet. |
4. | Naar eigen zeggen vindt Yu Xiang haar leven weinig interessant en zelfs ronduit vervelend, maar ze zal beslist niet ontkennen dat precies daar een poëtische dimensie kan worden ontdekt. |
5. | Uit Yu Xiangs werk blijkt een zekere bekendheid met een aantal Latijns-Amerikaanse auteurs, Elizabeth Bishop en Emil Cioran. |
6. | Gespletenheid is een belangrijk kenmerk van Yu Xiangs poëzie. De dichteres is intens aanwezig in haar gedichten, en tegelijk voel je hoe ze met ironische afstandelijkheid zichzelf en haar poëzie waarneemt. |
7. | Yu Xiang leest graag boeken over religie en spiritualiteit. |
8. | Ziekte is een frequent terugkerend thema in Yu Xiangs poëzie. Vroeger hadden we mogen wijzen op het feit dat Yu Xiang in haar jeugd vaak ziek was of in ziekenhuizen verbleef, maar nu Westerse academici in de ban zijn van de opvatting dat het kunstwerk volledig los moet worden gezien van de biografie van de kunstenaar kan dat niet meer. |
9. | Deze selectie kwam tot stand op basis van verscheidene Chinese blogs, een in 2015 verschenen Chinese papieren werkuitgave getiteld Xiang tamen yonglai (‘Naar hen opwellen’) en een tweetalige (Chinees-Engels) bloemlezing (vertaling Fiona Sze-Lorrain) getiteld I Can Almost See the Clouds of Dust (Hong Kong, 2013). |