| |
| |
| |
Over de medewerkers
Arnoud van Adrichem (1978) is dichter, redacteur van DW B en hoofdredacteur van De Reactor. Hij publiceerde de bundels Vis (2008), Een veelvoud ervan (2010) en Geld (2015). Samen met Jan Lauwereyns bracht hij dit jaar de dichtbundel Het riool uit. |
|
|
Margarita Aliger (1915-1992) was een Russische dichter van Joodse afkomst. Ze publiceerde Year of birth (1938), Railroad (1939), Stones and grass (1940) en Lyrics (1943), schreef vele essays en artikelen over Russische literatuur, On poetry and poets (1980) en reisverslagen waaronder The return from Chile (1966). |
|
|
Kim Andringa (1977) studeerde Frans en vergelijkende literatuurwetenschap. Ze is literair vertaler uit en naar het Frans, redactielid van Terras en universitair docent vertalen aan de universiteit van Luik. |
|
|
Gaston Bachelard (1884-1962) was een Franse filosoof en dichter. Hij hield zich vooral bezig met wetenschapsfilosofie en poëtica. Bachelard publiceerde o.a. L'Intuition de l'instant (1932), La dialectique de la durée (1936), La psychanalyse du feu (1938), La terre et les rêveries de la volonté (1948) en La poétique de l'espace (1957). |
|
|
Konrad Bayer (1932-1964) behoorde tot de Wiener Gruppe. Hij schreef (eerst beïnvloed door het surrealisme en de zwarte romantiek, later meer analytisch) gedichten, proza, montageteksten en toneelstukken. Daarin worstelt hij met de beperkingen van de taal, het lichaam, de waarneming en het denken. Hij speelde ook zichzelf in films van Ferry Radax (o.a. Sonne halt!). Zijn Sämtliche Werke verschenen in 1996 bij Klett-Cotta en werden vorig jaar herdrukt. |
|
|
Marcel Beyer (1965) is een Duitse schrijver, essayist en vertaler. Hij promoveerde op het werk van Friederike Mayröcker en publiceerde onder meer de romans Flughunde (1995) en Kaltenburg (2008) en de dichtbundels Erdkunde (2002) en Graphit (2015). |
|
|
Nico Bleutge (1972) is dichter en recensent. Hij debuteerde met klare konturen (2006), fallstreifen (2008), fischhaare finden (2012), verdecktes gelände (2013) en schreef voor de radio wasser. steine. |
|
|
Jean Brierre (1909-1992) was een Haïtiaans dichter, toneelschrijver, journalist en diplomaat. Hij publiceerde naast toneelstukken en essays o.a. de bundels Chansons secrètes (1933), Black soul (1947), La Source (1956), Images d'Or (1959), Aux Champs pour Occide (1960) en Sculpture de proue (1983). |
| |
| |
Laura Broekhuysen (1983) studeerde viool aan het Conservatorium van Amsterdam. Haar debuut Twee linkerlaarzen verscheen bij Querido in 2008. In 2011 volgde Hellend vlak. Vanuit haar nieuwe woonplaats in IJsland schreef Broekhuysen voor Revisor.nl, wat leidde tot Winter-IJsland, verschenen in april 2016. |
|
|
Paul Celan (1920-1970) was dichter en vertaler. Hij publiceerde o.a. Der Sand aus den Urnen (1948), Mohn und Gedächtnis (1952), Von Schwelle zu Schwelle (1955), Sprachgitter (1959), Die Niemandsrose (1963), Atemwende (1967), Fadensonnen (1968), Lichtzwang (1970), Schneepart (1971) en Zeitgehöft (1976). |
|
|
Emma Crebolder (1942) is dichter. Zij studeerde Duits en Afrikaanse talen. Zij publiceerde o.a. Weerkaatst in de stroom (1993), Zwerftaal (1995), Toegift (2006), Vergeten (2010), Vallen (2012) en Verzoenen (2014). |
|
|
Annelie David (1959) is ex-danser en ex-choreograaf, dichter en vertaler. Ze debuteerde in 2013 met Machandel bij Marmer. |
|
|
Piet Devos (1983) heeft zich gespecialiseerd in de vertaling van Frans- en Spaanstalige avant-gardeteksten. In 2013 is hij aan de Rijksuniversiteit Groningen gepromoveerd op het werk van Vicente Huidobro en de Franse surrealist Benjamin Péret. Zijn onderzoek richt zich vooral op de rol van de zintuiglijke waarneming in literatuur. Zijn vertaling van Huidobro's Hogevalk is op http://tijdschriftterras.nl/thema/terras-audio/ integraal te beluisteren. Zie ook: www.pietdevos.be. |
|
|
Ulrike Draesner (1962) is schrijver, vertaler en criticus. Zij publiceerde Anis-o-trop (1997), für die nacht geheuerte zellen (2001), kugelblitz (2005), berührte orte (2008), Vorliebe (2010), Richtig liegen (2011), Heimliche Helden, over Heinrich von Kleist, James Joyce, Thomas Mann en Gottfried Benn (2013) en de roman Sieben Sprünge vom Rand der Welt (2014). |
|
|
Roeland Fossen (1953) is fotograaf, was o.a. actief voor Stichting Perdu, de SLAA en diverse literaire uitgeverijen. Van 1994 tot 2004 fotografeerde hij voor bewegingstheater BEWTH. In opdracht van en in samenwerking met B. Zwaal en de spelers van dit gezelschap maakte hij het boek BEWTH, 15 Onvoltooiden in Foto (2003) De foto Drufabriek is voortgekomen uit dit project, maar niet in het boek opgenomen. Zie ook: http://www.roelandfossen.com. |
|
|
Hélène Gelèns (1967) is dichter. Ze publiceerde de dichtbundels niet beginnen bij het hoofd (2006), zet af en zweef (2010) en applaus vanuit het donker (2014). Momenteel werkt Gelèns aan haar prozadebuut Op de golven, een zesspraak waarin o.m. Marie Curie een rol speelt. |
|
|
Patricia de Groot (1964) is schrijver en redacteur bij uitgeverij Querido. Ze publiceerde De achteroverval (2002), Op de kop (2003) en Derde (2006). Regelmatig verscheen er werk van haar in Raster. |
|
|
Guillevic (1907-1997) was een Franse dichter. Hij publiceerde haast veertig bundels waaronder Requiem (1938), Terraqué (1942), Fractures (1947), Sphère (1963), Timbres. Ecrits des Forges (1986), Qui. L'Instant perpetual (1987), Possibles futurs (1996), Proses ou Boire dans le secret des grottes (2001), Quotidiennes (2002) en Humour blanc et autres fabliettes (2008). |
| |
| |
Esther Hool (1980) studeerde Duitse en Russische literatuur in Freiburg en Riga en promoveerde op de klankgedichten van de Europese avant-garde. Momenteel werkt ze aan een dissertatie over het vertalen van poëzie en bestudeert ze Elke Erb als vertaalster van de gedichten van Marina Tsvetajeva. |
|
|
Vasili Kamenski (1884-1961)
Zie pagina 75 |
|
|
Kong Yalei (1975) woont in de oude stad Hangzhou, even onder Shanghai. Hij werkte bij een bank en een krant, alvorens zich geheel aan het schrijven en vertalen te wijden. Hij publiceerde de roman Non-loser (2008), de verhalenbundel Volcano Hotel (2013) en vertaalde boeken van onder anderen Paul Auster, Geoff Dyer, Bret Easton Ellis en James Salter. |
|
|
Anniek Kool (1990) is junior docent aan de Universiteit Utrecht en literair vertaalster. Voor haar eerste romanvertaling, Narcopolis (Jeet Thayil), ontving ze een mentoraatbeurs van het Letterenfonds. Voor Lebowski Publishers vertaalde ze samen met Evi Hoste de roman I Love Dick (Chris Kraus). Daarnaast vertaalt Anniek regelmatig voor literaire tijdschriften en voor culturele festivals zoals Crossing Border en Literaire Meesters. |
|
|
Lotte Landman (1990) studeerde aan de Design Academy Eindhoven en de Gerrit Rietveld Academie en houdt zich momenteel bezig met de vraag waar het één eindigt en het ander begint. Waar eindigt bijvoorbeeld het woord circus en begint het woord landbouw? |
|
|
Jan Lauwereyns (1969) is dichter, schrijver, essayist en neurowetenschapper. Hij publiceerde artikelen in wetenschappelijke tijdschriften, de monografieën The Anatomy of Bias (2010) en Brain and the Gaze (2012) en o.a. de roman Monkey business (2003) en de dichtbundels Buigzaamheden (2003) en Hemelsblauw (2011). |
|
|
Mark Leenhouts (1969) is vertaler van Chinese literatuur, recensent voor de Volkskrant en auteur van Aards maar bevlogen - Chinese literatuur van nu. Zijn laatste vertaling is de klassieker Belegerde vesting van Qian Zhongshu. |
|
|
Cathérine Lommée (1983) is beeldend kunstenaar en woont en werkt in Brussel.
Haar werk omvat composities in een fusie van bewegend beeld, tekening en installatie die zich uitstrekken tot het gebied van de taal. Zij was resident aan de Jan van Eyck Academie in Maastricht (2013/2014) en WIELS in Brussel (2011). Haar werk was recent te zien in diverse groepstentoonstellingen bij onder meer Galerie Tatjana Pieters (Gent), WIELS (Brussel), Workshop Gallery (Beirut), Cultuurcentrum Mechelen en V8 (Karlsruhe). |
|
|
Caroline Meijer (1962) is vertaler en redacteur. Zij vertaalde romans en verhalen van onder meer Patrick deWitt, Siri Hustvedt, John O'Hara, Rebecca Lee, Miroslav Penkov, Dara Horn, Elisa Albert en Susan Steinberg. |
|
|
Ton Naaijkens (1953) is vertaler, essayist en hoogleraar Duitse literatuur en vertalen aan de Universiteit Utrecht. Tevens is hij redactielid van Filter en Terras. Naaijkens vertaalde werk van Robert Musil en Paul Celan. In 2013 verscheen zijn vertaling van Ernst Meister, Alle schepen kenteren. |
|
|
Jan Nieuwenhuis (1988) is muziekjournalist, schrijver en musicoloog. Onder redactie van Elmer Schönberger schreef hij mee aan de publicaties Muziek als gebaar. Over Robert Zuidam en Muziek mét waarin zijn essay ‘Een luisteraar en een olifant: over geluidskunst’ is opgenomen. Verder werkt hij aan de serie ‘Muziek die niemand wil horen’, waarvan de eerste drie delen in De Dakhaas verschenen. Als redacteur is hij verbonden aan het Journal of Sonic Studies. |
| |
| |
Idwer de la Parra (1977) is schrijver, tuinman en kruidenteler. Hij debuteert in september 2016 met de dichtbundel Grond bij De Bezige Bij. |
|
|
Ard Posthuma (1942) is vertaler, redacteur, lector en docent. Hij vertaalde Martinus Nijhoff, Cees Nooteboom, Gerrit Kouwenaar, Leonard Nolens en Tsjêbbe Hettinga, Ingo Schulze en Johann Wolfgang Goethe. In 2015 won Posthuma de Brockway Prize. |
|
|
Marcus Roloff (1973) is dichter en vertaler. Hij publiceerde Herbstkläger (1997), Gedächtnisformate (2006), Im toten Winkel des goldenen Schnitts (2010), dauerlandschaft / the lyrics - volume one (met Arnfried Astel, Kristin Schulz en Michael Wagener, 2014) en Reinzeichnung (2015). |
|
|
Eleonore Schönmaier is een Canadese dichteres. Haar bundel Treading Fast Rivers (1999) werd genomineerd voor de Gerald Lampert Memorial Award voor het beste Canadese poëziedebuut. Daarnaast ontving ze de Alfred G. Bailey Award en de Earle Birney Prize en stond op de shortlist voor de Bridport Poetry Prize. Haar werk werd opgenomen in The Best Canadian Poetry en is vertaald in het Nederlands en Duits. Ook haar meest recente bundel, Wavelengths of Your Song (2013), werd goed ontvangen. Naast docent creative writing was ze poëziementor namens de Writer's Federation of Nova Scotia. Haar poëzie is op muziek gezet door Canadese, Griekse, Amerikaanse en Nederlandse componisten. |
|
|
Erik de Smedt (1953) is criticus en vertaler. Hij vertaalde van Konrad Bayer onder andere het zesde zintuig. een roman (IJzer, 2001), het hoofd van vitus bering (IJzer, 2006) en idioot (Uitgeverij Vleugels, 2015). Hij stelde Spiel auf Leben und Tod. Die Auferstehung des Konrad Bayer (thema-nummer Schreibheft 79/2012) samen. |
|
|
Jeske van der Velden (1987) studeerde Engelse Taal en Cultuur aan de Universiteit Utrecht, volgt momenteel de onderzoeksmaster Literair Vertalen en is redactielid van Terras. Ze vertaalde eerder poëzie, proza's en essays voor o.a. Terras, Het Literatuurhuis en The Chronicles Projects. In 2015 droeg ze haar vertalingen van Paul Farley voor op het festival Dichters in de Prinsentuin. Daarnaast ontving ze een door het Nederlands Letterenfonds gesubsidieerde Talentbeurs voor literaire vertalers. |
|
|
Henk van der Waal (1960) studeerde filosofie in Amsterdam en Parijs. Voor zijn debuut, De windsels van de sfinx (1995), ontving hij de C. Buddingh'-prijs. De aantochtster (2003) werd net als Zelf worden (2010) genomineerd voor de VSB-poëzieprijs. Die laatste bundel werd tevens bekroond met de Ida Gerhardt-poëzieprijs. In 2012 publiceerde hij het filosofische werk Denken op de plaats rust. In april 2014 verscheen de gedichtenbundel In de ogen van de god. Momenteel werkt hij aan de filosofische dialoog Mystiek voor goddelozen. Zie ook: www.henkvanderwaal.nl en www.zelfworden.nl. |
|
|
Herbert George Wells (1866-1946) was een Britse schrijver van sciencefictionverhalen en sciencefictionromans. Hij publiceerde onder meer The Time Machine (1895), The Island of Doctor Moreau (1896), The War of the Worlds (1898) en The Invisible Man (1897), The First Men in the Moon (1901) en The Sleeper Awakes (1910). |
|
|
Uljana Wolf (1979) is dichter en vertaler uit het Amerikaans. Zij publiceerde kochanie ich habe brot gekauf (2006), falsche freunde (2009), waaruit de cyclus Aliens stamt, en Meine schönste Lengevitch (2013). |
| |
| |
B. Zwaal (1944) is dichter en was regisseur bij bewegingstheater BEWTH. Hij publiceerde fiere miniature (1984), bos in 't rot (1986), loofhut morelle (1988), dwang parasang (1990), delta methusalem (1993), dat vat (1996), zee bestookt (1999), een drifter (2004), zouttong (2008) en oever drinkt oever (2013). |
|
|
Miek Zwamborn (1974) is schrijver, vertaler en redactielid van Terras. Zij publiceerde Oploper (2000), Vallend Hout (2004), Het krieken van Sepia (2008), De duimsprong (2013) en Getemde hemel (2015). Ze vertaalde de romantrilogie Sez Ner van Arno Camenisch en Honingprotocollen van Monika Rinck. |
| |
[achterplat]
[achterplat]
| |
|
|