| |
| |
| |
Ulf Stolterfoht
Paravellen, declaraties en andere vaktalen
Vertaling: Ton Naaijkens
kunnen mieren ook
mier wijst en masse op berekende vorm. helaas stalt ze zich iet-
wat uit. voor stellen ze elkaar wederzijds - wat? zelden tot nooit. staan
op hun nomen-zijn. maar hoe stelt een substantief zich 'n nomen voor? wat
denkt anderzijds een nomen van 'n flomen? weten we. en we zeggen 't
niet! roezeboom en sijsjesheid. in plaats daarvan: fragment uit het
genoom van een acrostichon. of: slechts wat men verbastert bestaat.
creolisering gaat uit van het volk. au! laat ze tegenwerpen: dat
weten we toch al lang! je dringt aan op gaten lappen, dik van
alle hoop, en wording worden tamelijk. cadeautje. het zij. het worde.
geschreven. en zo ziet een kameleon eruit (1-7). magrittehond.
brengt lichtbaby aan de doolstaf. ben eerder laroche dan foucault. geen
matisse. chagallstrik maakt iemand eindeloos. feldman dubbelt zich
door. charles ives neukt op. en - tekstbundel voor poëzievrienden: dit
jaar gaat de peter-huchel-prijs naar peter huchel, de ernst-meister naar
ernst meister. maakt 't er allemaal niet makkelijker op. maar echt belangrijk
lijkt 't ook niet als je 't van links of rechts bekijkt. moeten allemaal
podia zijn. met onderschriftelijk palimpsest. ‘aan de voet van 't
schillermonument,’ zegt thomas schmit, ‘staat ook geen schillermonument,
maar schiller!’ ik ben er wat dat betreft niet zo zeker van. staat onder 't
gedenkteken gedenkteken, groet otto neurath met geheven vuist. staat onder
uhland mörike, kun je van hauff op aan. gummi vingers leidt max ernst
naar 't gevecht. op de achtergrond rijst diter rot. veel verwordt tot schraag.
we moeten ons bezinnen. dus: ezra pound EN silvio gesell. mogelijkerwijs
ook jacques brel. liever niet. hoe heet ook weer die andere belg, die
niets luchtiger maakt en alles verzwaart? patrick dewaere, dunkt me.
| |
| |
| |
declaratie van 't stuimig
wijselijk genre zorgentekst. waar je dan allengs
naartoe groeit - mijn definitie van een gave bijl-style
‘slag en schrap’. kier klieft open. woeker. verouder in
rust. weldra splijt ook gij. klinkt niet eens zo slecht.
maar jij (tweeling) voelt je niet op je plaats in de rol
die de beweging je toedenkt. rebellie ligt op de loer.
afgezwaaid gedenk helaas ook. een zweem van suikerscheuten
waait door 't huis. post brest-litovsk. hoeveel regels heb ik
nog? zeven claim ik er: ernst bloch is een onverbeter-
lijk drager gebleven. op de terrassen van tel aviv dromen
dames op leeftijd van de europese zomers weleer. van de
milde rigawinters. bijten op grond. diagnose tauroggen. sinds-
dien onomstotelijk geldt: breek niet door m'n koeien / tor-
pedeer 't talenpracticum niet. dit allemaal als afweerschild.
| |
| |
| |
declaratie van 't free
wist u dat ir. siegmund strauss in deze ruimte de
terugkoppeling uitvond? nee? gebeurde in 1912. toen zaten
er nog toppelaars aan de knoppen. later argentijnen. nu heeft martin
leitner dienst. je drukt de copen zijdelings de kop
in, schreeuwt: win/win! en perst zo de dingen in de gelijk-
tijdigheid: (1) christelijke tiburtina-militie met: de schreeuw
van het ongeboren kind. (2) tim hodgkinson: SPLUTTER. (3) vleu-
gels zijn geruisloos, soort luchtvaartloods, m'n zoon. zo ver zijn we
gekomen. ras volgt de verklaring van hip en cool. gewoonten en ge-
bruiken buiken uit - in 39 kamertjes. de 42 kannen, bariton voor-
al. quorum van de pannen tegen de verkrampten. wisten ze
bovendien - ja, ja, dat weet ik precies! dit allemaal namelijk
werkte vrij slap gezien het uiterst georganiseerde gewicht der zweed-
se lawaaiconstructeurs. ze strekten bij 't weggaan hun poot.
| |
| |
| |
declaratie van 't warrig
wonders genoeg dat twee gezonde handen voldoen moeten
voor deze krachtpatserige prachtontplooiing. citaatpijlen
te over, denkspek in de koker. maar nog af te wegen in
gram. ons poëzieprogram: spannend als nannen /
beklemmend als rihm. maar de neuköllnse kamers en suite
raken daarmee vast nog verder uit zicht.
berichten over genagelde raven. daar stokt de adem. ro-
vend was de collage van gedesemantiseerde partikels
- met zucht-flarden doorregen en ionisch lintmate-
riaal: ‘he's breeding a dwarf’. het warrig-bewijs est arrivé.
wirwar die zich als een hunnennet samentrekt. nood-
wirwar. wist u overigens dat heinrich zille in fürsten-
walde z'n bruiloft vierde? nee, wist ik niet. sapir
en whorf in brugge. nee, wist ik ook niet.
| |
| |
| |
declaratie pop goes pop artist
indrukken rukken steeds meer op: trefz! stopz! verpooiering
vindt plaats. afstuipen wijken terug. wanneer - vraag ik
u - houdt een lijk op? lijk te zijn? wat heeft dat
ermee te maken? wat maakt 't tot ding? dachs namelijk
bedoelt in wezen: dat vat je niet! zelden bindt buchs
refreinen onder. in grote hitte knetteren rijmen. het
asfalt wordt vloeibaar. de zomer dringt je schoot
binnen. de kunstenaar was groots. reine domeinen:
zak-en-doek-bleekte. dril-delen. onrenen. eindbenen.
willard die ik bedoel. harvard privé. veertig vierkante
meter later: geconsumeerde woerden banen zijn pad. ge-
heim quine-land. met fatische zin. over de wet
der gastvrijheid. hij is ijskoud weggerukt. nu, tot slot
zeg ik, plaats ik nog wat van die puntjes: ...
| |
| |
| |
niet-waarnemen ener gedichtkans
niet-waarnemen ener gedichtkans. eerder gedicht-vergezellende
maatregel ‘als uit één vlees (stuk wordt)’.
dat weet je wijsneus heel precies - helaas alleen zoals de
koeienhuid over kennis beschikt. laat zich al bij 't
kalven verrassen. meneer bastaard ‘wie beschrijft mijn ver-
bijstering’ schijnt onze opvatting te delen: aanvaarding
door mij / accentuering door hem. hij leert (‘tot hier’ kan men
het kader noemen) zijn allereerste jood kennen.
zes dagen jonger / maar wel twee klassen hoger. u zeggen
ze vermoedelijk. maar daarvoor ontbrak bewijs. hip hop -
je gezicht wordt gestaag ouder en inderdaad: die ene
arm (indien gestrekt) had de andere bespeurd. these
waarmee prima gewoekerd kan worden: ‘oorlog en holocaust als
distillaat ener chimerische haatliefde bij twee jochies in linz.
en voort gaat het slag op slag’: wraak voor de onver-
draaglijke krenking van de moderne tijd. afleggen van kleinburgerlijke
oogkleppen. duits/duits voortaan - een relatie helemaal
naar zijn smaak. ook linguïstisch hevig oké: ‘seksuele morsetekens
als puur vrouwvijandige subtekst’. zijn alter ego al lang geheime
dienst. gemeenschappelijk standpunt betreffende het huwelijks-
probleem: het unieke ambtenarenkorps! verdeeld in zijn
duidigheid. met smaak uitgeplozen / waagt spagaat: dat werkt dus
gewoon ziek. verlies van de voegenis ‘onschuld’ dreigt. deson-
danks mijn warmste dank: aan de stichting bedenkelijk dichten.
| |
| |
| |
negen liederen in negen talen 4
schout-by-nacht: schaterlach! alles verversen wat
geit. vondst den letterzetter bits zoon lollig dracht.
moppen dat set zwaartekracht. unie zwachtel
gulzig macht. besproken. dans verwittigen in 't zak-
format. zullen brullen wispelturig. wankelen in tak.
alleenspraak. wurgen nochtans ‘wulps’ her voor.
prutsen slonzig mantelpak. modesnufje slurf den
‘rups’. war alzo extra akelig. breken innen schit-
terlicht. woede fronsen brutaal wonen. deftig deftig.
war dat algemeen consent? war ets inderdaad.
kwestie: haast opinie? drukte weiland rum. wens
kantongerecht den messenhecht meer slechts als
rechts verspillen? kool! binnen zonder kloppen. ‘ka-
pitalisme sein nuttig’ ontfutselen mier pittig. sullen
keulen? muze keulen! deren machtig slachten schreien.
studentikoos. schoon echter classicus. immers aam schaft-
ten. immers eng aam tegengift. aam engels-vers. er
single sein lid indie vrouwen (snakken mannen vondst
instituut). slimmerd: aanmonsteren! er luxe big fat
hartelust. hebzucht. gevogelte man van griezelroman.
| |
| |
| |
babel
(... ligt in vlaanderen) - dit vinden de anderen: ‘zoals alles wat
langenscheidt per kilo produceert, is ook het universele gedicht babel
als tamelijk gevormd te beschouwen. alle respect!’ (the language
& the damage done, cambridge) of ‘gedegen inhoud bij ambigue
structuur levert uitdaging puur’ (veelvoudige schriftexegese, tallinn) - alleen:
‘wie zo over tekst praat verplicht zich tot input’ (de nieuwe scepticist,
maastricht) - hoor ik daar iets als ondertoon? open gesproken hoor ik die
wel! daarom luisteraars a.u.b., pas goed op als het op uw trommelvellen knalt
- in drieëntwintig tongen. voor menigeen gaat dat te snel, komt
ook te schel - daarom een kleine inlassing ter controle: verstodde maai??
joa, as ge nie te rap klapt! heel langzaam, om mee te schrijven: babel is
lieflijk, oord der wildste lettergrepen, soort permanent pinksteren. hier heeft men
voor het eerst vrijheid gevoeld en peu à peu de hostie geprofaneerd. dit geschiedde
waar? in de leopold-zoo. kijk: men voerde nomen (‘meeuwen’) aan leeuwen.
nu richt eastman hier de tanding voor nop. dat was 't ongeveer. toch
hangen morfemen dreigend over de squares. niet weinig zweert. een
gezin uit wilna geniet van een biertje voor een belgisch huis. krimgotisch tekent
zich af. zevenburgers saksisch aan de hoektafel. noem het toeval - maakt niet uit: babel
is van zins gods syntaxis te veranderen. alles random. de mensen in babel met
keeltjes behangen. tattoos in oegrisch, gaelisch, in jenisch. ik draag bijvoorbeeld
‘schengen rules okay’ dwars over mijn borst. dat werd destijds gesubsidieerd.
en direct onder mijn knie een topografische kaart van wallonië. pariteit is
het woord, babel de navel, en wat je wint is alleen maar gespin. want wees
er zeker van: onderaan de zenne kijkt de olm uit, op de oever het monster - ‘die halen
alles terug, verslinden de tongen, en dan? (buitengewoon sterke afgang, poznan)
| |
| |
| |
para-vel ‘beziet deze huid’
(1)
resp. beziet 'ns deze tekst! hoe die eenmaal aangestoten groeit. en
groeit. biedt onmiddellijk 't volgende aan: ten geleide. alles begint
met trimmen. gebrubbel uit de looibrij. ingelast proza
de leerlooiers. dan: eigenlijke controle. littekenbarsten.
soort schadeverslag. die is flink afgewalst. subgenre lyrisch
spinsel. ten langen leste: lading dragende aminogroepen zoals
daar zijn: virulente schuurbox-softy. van het liedachtige approxi zoete
zemen man werd om redenen van fatsoen afstand genomen.
(2)
ten geleide: toen ik ongeveer twintig jaar geleden in 't instituut
de analyse overnam stond men semantisch tegen de muur. dit beslist
ook als bedoeld in: niets betekende meer iets. grotendeels
lusteloos villen. dat dachten we althans. de laatste
oorlog deed de rest. volledig in 't lab doorgebracht. afgeslapt.
aan dit gevoel van principieel onbehagen dankt het poëem
zijn ontstaan / de tekst op zijn recht nu voortaan! berlijnschöneberg
in de hete zomer der fenomenen. schrijver dezes.
(3)
alles begint met trimmen. dan pas volgt het datamatige
grijpen der opperhuid. prima opbrengst levert stier per dag. verse
huid wil zeggen: slachtnat zonder uier. getrokken van 't hoogteras
/ de allgaüer. nadat de meeneemketting passende
delen omvatte hoor je 't gonzen van pneumatische messen.
klingen die op rails lopen. men ondersteunt met de hand de
plaatsen waar het vel bijzonder vast met het beest vergroeid is.
klinkt heus niet zo erg. op de grond trilt zuivere winst.
| |
| |
(4)
gebrubbel uit de looibrij. gezwollen kale plekken verlaten
het vat - als duffel of in pluchekwaliteit. bepaald
ideaal voor het milieu. station offenbach. kleine hazensnijderij
met bierflesjesoptie. daar besterven looifanatici 't vlees. die
hadden ook wel schaap in de ontvlezer. nu gereduceerd
fokkersbestaan met geheel en al brommertje ‘kreidler’. ocelot
lijkt meer dan een woord. daar roept een aanhaker je ‘vloerslijm’
toe. ‘boekharisch lam’ geef je hem over je schouder terug.
(5)
ingelast proza de leerlooiers. wat weten we van ze? dat hun
aantal afnam in tijden waarover men onder looiers niet spreekt.
vaal is voor de looier beroepshalve de wereld. hij praat er alleen
node over. flauw nadert de looier. flauw is het vermoeden van
wit van deze klasse die zichzelf als looiers aanduidt.
de taal van de looier is arm en arm is zijn handwerk dat
voedt. toekomstig leder betrekt zijn gezicht - zoals men onder looiers
nu eenmaal praat. gulden en gilde zij alles in de naam des looiers.
(6)
eigenlijke controle. fabricage van bedrukkende toestanden.
een vloeiend klimaat. bepaling van de dikte. verbeiden van
de strekking. verder uiteenrijten der schenkels. dan analyse van de teilspanning
in de gewelfde man. ofschoon slechts een kan heb
ik dat eigenlijk altijd graag gedaan. op het scheurpunt
gebracht. het scheurpunt verschoven. tot in een bepaald
geval de wijzers bogen. hoog sloegen de golven in het team. We
hadden toen naamtassen. die hingen aan spijkers boven de deur.
| |
| |
(7)
littekenbarsten. littekenbarsten zijn breuken in 't lederoppervlak
ontstaan door extreme overbelasting der huid.
kan gebeuren. uitslag in 't bijzonder ontwaardt de huid. ook vorksteken.
hegscheuren. ingegroeide kalverkettingen.
heftiger nog werkt mestbehang. dit gebeurt allemaal is resp.
al gebeurd. soms hangen flinterfijne restjes aan het dier. waarde
verminderende slierten belanden via 'n valmechaniek in handen
van de huidenverkoper. die bestaat. en iedereen in 't dorp mag hem.
(8)
die is behoorlijk afgewalst. een ander stroopt. druppelt af.
woont achter bij de ontvetkuipen. waar 's nachts de leestspanner
uitbijt. die daar voor bij het vat is een zij. kijk 'r
'ns spreiden. schijnt prachtig bespierd te zijn. hem hadden
we hier nog niet. die zeurt ontzettend. hij rondt z'n hielen
bij 't lopen. betekent vast dat de tekst hier bepaalde lengtes
vertoont. dat nemen we op de koop toe. normverloop: hij wacht.
begint. zij staart. het duurt. het is nog lang niet voorbij.
(9)
lading dragende aminogroepen zoals daar zijn: virulente schuurboxsofty
zijn voor collega's geconcipieerd. bij de huidige neiging tot
bufferende tekst zijn sterke semantische maskers nodig (gifsumak-
of ijzerspaat sublimaat) om bij de vleespotten te komen.
inhoud wordt vaak verward met velourskalf. resultaat daardoor
pannenontwrichtend. de nerf werkt licht overladen. het adergehalte
is dan minder egaal. doodgeboorten worden noodgevet en
dan als gebruikelijk opgebrocheerd. arbitraire bouillon resulteert.
|
|