De tempel der zanggodinnen(1750)–Anoniem Tempel der zanggodinnen, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Vruchteloos Vrysterliedt. Stem: Het daget uit den oosten. AL was al 't zoet in 't minnen, Dat minnelust belooft. Noch wil ik 't niet beginnen, 't Wort by my niet gelooft Noch wil ik 't niet beginnen, Niet beginnen. Ik min de gulle vryheid, En eigen heerschappy Sluyt uit de geile togten: Besluyt myn wensch in my. Sluyt uit de geile togten, Geile togten. De Knegtjes moogen praten, Haar praat ik niet versta, [pagina 87] [p. 87] Haar vlyen ik niet achte, Haar doen niet gade sla. Haar vlyen ik niet achte, Ik niet achte. Beloften zy mee gekken, Haar trouw haar niet en bint, Haar liefde zyn maar woorden, Haar woorden niet dan wint. Haar liefde zyn maar woorden, Zyn woorden. Het minnen is recht mallen, Een ingebeelden gril. Een Kint van lust en leegheid, Een dartel wulpse wil. Een Kint van lust en leegheid, Lust en leegheid. Zoo lang als my de reden, Bestiert den hersentoom, Zal nooit in myn jong herte, Die gast zyn wellekoom. Zal nooit in myn jong hertje, Myn jong hertje. Want waarom zou ik willen, Dat als al 't best valt uit, My maakt van los geboden, My aan een trouwblok sluit. [pagina 88] [p. 88] My maakt van los gebonden, Ja gebonden. Dus laat my veilig vlieden, De bynaam van een vrouw, Gekogt met korte vreuchden, Betaalt met lang berouw. Gekogt met korte vreuchde, Korte vreuchde. Vorige Volgende