Raarwoord
Zwouten
Guus Middag over opmerkelijke woorden, oud en nieuw.
Ik blader in Ik zoek een woord, een bloemlezing van Hans en Monique Hagen met ‘167 gedichten over taal om van A tot Z te verslinden’. Het is bedoeld voor de jongere lezer, dat wil zeggen ‘voor iedereen van 9 tot 99 jaar’. Een leerzaam boek. Ik wist bijvoorbeeld niet wat ‘zwouten’ is. Het is de titel van een gedicht van Erik van Os over twee jongens. De een heeft het warm en moet zweten. ‘Ik heb het heet / ik zweet / en jij?’ De ander niet. ‘Ik niet / ik heb het koud / ik zwout.’ Dan begint een discussie tussen de twee jongens. Zwout? Wat is dat nu weer voor raar woord? ‘Zwout is fout / het is / ik ril of ik bibber / of ik heb het koud / maar niet / ik zwout / zwout is fout.’ Daar is de zwouter het natuurlijk niet mee eens. ‘Ik zwout / moet ik toch weten / ik zeur toch ook niet / over jouw zweten.’
Daar laten ze het bij. Het blijft raar: op hetzelfde moment heeft de een het koud en de ander heet. Vanwege de klank van zwout ga je vanzelf denken aan koud zweet. Misschien is die ene wel een beetje bang, om wat voor reden dan ook. Hij zweet niet van de hitte, maar hem breekt het klamme zweet uit: hij zwout.
Bij koud zweet denk ik vanzelf ook aan koudvuur. Ook zo'n raar woord. Vroeger dacht ik dat met koudvuur het onschuldige vuurwerk van sterretjes bedoeld werd. Die kon je rustig in je hand houden zonder je te branden - koudvuur dus. Later leerde ik dat koudvuur een nare ziekte is. ‘Afsterving van weefsel, gepaard met rotting’, zegt Van Dale. Ook wel bekend als ‘gangreen’. Waarom heet koudvuur koudvuur? Volgens Van Dale ‘omdat de ziekte een gevoel van kou teweegbrengt’. Misschien leed die ene jongen uit het gedicht van Van Os wel aan zwoutvuur.
Guus Middag