Nieuwe examens door oproer?
‘Verbijsterend.’ Zo noemden achttien hoogleraren taalkunde eind mei de opzet van het toen net gehouden eindexamen Nederlands. In een petitie riepen ze de Tweede Kamer op de vwo-, havo- en vmbo-eindexamens te herzien. De geleerden hadden vooral kritiek op de meerkeuzevragen die de leerlingen over een tekst moesten beantwoorden. Op sommige daarvan waren volgens hen verschillende antwoorden goed.
Er volgden veel steunbetuigingen. Ruim 1500 mensen tekenden de petitie, onder wie veel docenten en de beroepsvereniging Levende Talen. Maar er waren ook tegengeluiden, bijvoorbeeld van enkele taalbeheersers aan de Universiteit Utrecht, die stelden dat meerkeuzevragen de leesvaardigheid even goed testen als open vragen, maar dat die ‘meerkeuzeantwoorden’ tenminste geen ruimte overlaten voor verschillende interpretaties door de beoordelaren.
Hoe staat het er nu mee? Was al de ophef aanleiding tot verandering? Nee, voorlopig niet.
Eind september, toen de actie allang weer uit de krantenkolommen verdwenen was, vond er in alle stilte een ontmoeting plaats tussen enkele van de protesterende hoogleraren en het College van Examens, het orgaan dat verantwoordelijk is voor de eindexamens in het voortgezet onderwijs. Zij bereikten geen oplossing. De hoogleraren bleven vinden dat het huidige systeem geen geschikt examenmiddel is, en het College van Examens hield vol dat het werkte - een patstelling dus. De hoogleraren suggereerden een onafhankelijke commissie de examens te laten onderzoeken. Maar of dat gaat gebeuren? Het College van Examens is zich daarover nog altijd aan het beraden.
Intussen ligt het examen van 2014 al klaar, en het examen van 2015 bijna. Dus of je dat nu a. schandalig, b. oninteressant of c. volkomen terecht vindt, over vier maanden buigen alle eindexamenkandidaten van Nederland zich weer in warme gymzalen over het oude, vertrouwde meerkeuze-examen.