| |
| |
| |
Reacties
Onze Taal biedt aan elke lezer de mogelijkheid tot reageren. Stuur uw reactie indien mogelijk per e-mail naar: redactie@onzetaal.nl, of anders naar: Redactie Onze Taal, Raamweg 1a, 2596 HL Den Haag. Voor bijdragen aan deze rubriek gelden de volgende richtlijnen:
• | Formuleer uw reactie kort en bondig (bij voorkeur niet meer dan 250 woorden). |
• | Geef in de tekst duidelijk aan op welk artikel u reageert. |
• | Stel uw bijdrage zodanig op dat de lezer niet wordt verplicht een vorig nummer erbij te halen. |
• | Lever uw reactie in onder vermelding van naam, adres en (eventueel) functie. |
De redactie kan inkortingen en stilistische veranderingen aanbrengen in reacties, en raadpleegt bij belangrijke wijzigingen de auteur. Reacties kunnen doorgaans pas worden geplaatst twee maanden na het nummer waarop u reageert. Niet geplaatste reacties worden doorgestuurd naar de auteur van het desbetreffende artikel.
| |
Demonische ziekten [1]: tak, bevangen, vatten
Kees van der Vlies - Amsterdam
Hans Beelen en Nicoline van der Sijs schrijven in de juli/augustusaflevering van hun etymologierubriek ‘Woordsprong’, een interessant stuk over ‘demonische ziekten’: ziektenamen die weergeven dat in vroeger tijden ziekten werden toegeschreven aan de bemoeienis van demonen en boze geesten. Bij drie door hen behandelde begrippen zou ik graag nog iets toevoegen.
Het woord tak (voor ‘beroerte’) komt in het Nederlands voor in de verwensing ‘Krijg de takke!’, en in het scheldwoord takkewijf.
Het woord bevangen komt ook voor in combinatie met vrees: ‘Grote vrees beving hen.’
Bij de woorden vangen en grijpen, indien gebruikt in verband met ziekte of aandoening, hoort zeker ook nog vatten, dat nog altijd voorkomt in het een onuitroeibaar bijgeloof weergevende kou vatten. Ook het woord bevattelijk zal daarmee te maken hebben.
| |
Demonische ziekten [2]: begaving
Albert Putman - Berkel-Enschot
In de juli/augustusaflevering van hun etymologierubriek ‘Woordsprong’ (over ‘demonische ziekten’) schrijven Hans Beelen en Nicoline van der Sijs over onder meer het woord beroerte. Graag wil ik daar een kleine aanvulling op leveren.
Bij mijn zoektocht naar mijn afstamming trof ik in het parochieboek van 't Loo, op de rechter-Rijnoever ten zuiden van Arnhem, een lijstje van doodsoorzaken, die de pastoor had opgeschreven.
Een van de fatale ziekten was de ‘begaving’. Het Woordenboek der Nederlandsche Taal vertelt dat het werkwoord begaven in de Middeleeuwen zoveel betekende als: ‘treffen met de ziekte die de gave Gods genoemd werd, t.w. de pest’. Nog in de zeventiende eeuw sprak men van ‘een begaafde tijd’, een tijd van de pest dus.
In Saksische dialecten betekent begaving onder meer ‘vallende ziekte, beroerte, toeval’.
In hun artikel vermelden de auteurs dat de letterkundige Jacobus Viverius de ‘beroertheydt’ ook ‘Godts-handt’ noemt. Dat past wonderwel bij bovenbeschreven betekenis van het woord begaving.
| |
Laatste woorden Willem van Oranje
Lubbe Kroeze - Emmen
In het juli/augustusnummer van Onze Taal staat in de rubriek ‘Reacties’ dat de laatste woorden van Willem van Oranje ‘Ayez pitié de moi et de ce pauvre peuple’ geluid zouden hebben. Zelf leerde ik op school een variant met ‘... mon pauvre peuple’, maar in mijn notities van een jaren geleden gevolgde cursus paleografie vond ik een kopieakte van de laatste woorden van de prins. Hierop is zijn laatste uitroep genoteerd als ‘... ton pauvre peuple’!
| |
Naschrift redactie
Desgevraagd schreef Peter Hofland, senior medewerker Presentatie & Educatie van Museum Het Prinsenhof in Delft, ons: ‘Op de dag van de moord zijn de laatste woorden van Willem van Oranje vastgelegd in bewoordingen met enkele (kleine) varianten. Dat komt mede doordat ze zijn opgeschreven in verschillende talen: Nederlands, Frans en Duits. In de hoofdtekst van de resolutie van de Staten-Generaal van 10 juli 1584 staat dat de prins heeft gezegd: “mijn god ontfermpt U mijnder ende uwer arme ghemeijnte”. In de marge heeft de griffier er apart (mogelijk later?) bij gezet: “mon dieu ayez pitie de mon ame mon dieu ayez pitie de ce pauvre peuple”. In een brief van het hof aan Jan van Nassau (broer van Willem) van dezelfde dag wordt als Duitse versie vermeld: “ach Gott erbarme dich meiner unnd des armenn Volcks”.’
Laatste woorden van Willem van Oranje volgens een aantekening in een resolutie van de Staten-Generaal van 10 juli 1584.
Bron: Nationaal Archief, Den Haag
| |
‘Je bent zelf een...’
Peer Doevendans - Boxtel
‘Je bent zelf een universele afstandsbediening’, heette Jenny Audrings artikel over dergelijke jij-bakken (Onze Taal april). Na lezing van Paul Souvereins aanvulling (‘Reacties’, Onze Taal juli/augustus) schoten mij nog twee andere voorbeelden van dit soort ludieke afkappingen van specialistische prietpraat te binnen. Jaren terug zond Iglo een commercial uit met daarin drie trendy jonge vrouwen. Eén staat te koken en twee zitten al aan tafel, van wie er één maar door blijft praten over de horoscoop van haar vriendje: vissen. De kok schuift vervolgens demonstratief een bord onder haar neus met de mededeling: ‘Hier heb je 'm: je vis!’
Sindsdien zit die uitdrukking in ons thuistaalvocabulaire: ‘Hier heb je 'm: je siliconen bakvorm, je draadloze toetsenbord, etc.’ Dat 'm is verplicht, ook bij onzijdige zaken. Het beste werkt het overigens met meervouden waar je dan het enkelvoud van neemt: ‘Hier heb je 'm, je winterband!’
Er is nóg een uitdrukking die in dit rijtje past. In een reclamefilmpje van M&M's opent een man een keukenbovenkastje op zoek naar iets lekkers. Hij wordt belaagd door een paar levensgrote M&M's, die hem allerlei snacks naar het hoofd slingeren. De man houdt vervolgens een kom op en zegt kalm doch beslist: ‘Get in the bowl.’ Daarop antwoord een van de M&M's snedig met - en hier komt-ie -: ‘Yóú get in the bowl!’
| |
Onderschrijding
Guus van Bronswijk - Haarlem
Dick van Voornveld maakt zich in de rubriek ‘Taalergernissen’ (Onze Taal juli/ augustus) druk over het woord onderschrijding. De voorbeelden die hij noemt, zijn steekhoudend, maar hij ziet iets over het hoofd: in de techniek is het een heel gebruikelijk woord. Ik geef twee voorbeelden. Een vliegtuig heeft een minimumsnelheid nodig om in de lucht te blijven (in jargon de
| |
| |
‘stall-snelheid’ geheten). Als het vliegtuig deze snelheid ‘onderschrijdt’, krijgt het de vliegeigenschappen van een baksteen. Ook komt het woord voor als het gaat om medicijnen en voedingsmiddelen. Veel daarvan zijn bederfelijk en moeten gekoeld worden, maar vaak bevatten ze ook water, en de vorming van ijs(kristallen) in deze producten zou funest zijn voor de kwaliteit. De koelsystemen waarschuwen daarom voor een ‘onderschrijding’ van een temperatuur van + 1°C.
In deze contexten is onderschrijding net zo valide als wanneer een navigatiesysteem of een brandmeldsysteem waarschuwt voor een óverschrijding van de maximumsnelheid dan wel maximumtemperatuur.
| |
Cito-toetsen
Henriëtte van Weerdt-Schellekens - Beëdigd Vertaler Duits, Enschede
Graag wil ik reageren op het berichtje over ‘Ophef over examen Nederlands’ in de rubriek ‘Tamtam’ in het juli/augustusnummer van Onze Taal.
De eindexamens waarover het gaat, worden - evenals de toetsen voor het basisonderwijs - gemaakt door het Cito. Omdat de toekomst van onze kinderen ervan afhangt, zou je mogen verwachten dat dit zorgvuldig gebeurt. Maar dat is niet altijd het geval.
Enkele voorbeelden van hoe het niet moet: een toets voor groep 1 (basisschool, mondeling afgenomen) bevatte de volgende vraag bij plaatjes van een ijsje, een sneeuwpop en een bikini: ‘Wat hoort er niet bij?’ Ik heb deze vraag aan verscheidene vrienden en kennissen voorgelegd. De helft vond dat de sneeuwpop er niet bij hoorde, want een ijsje en een bikini zijn allebei zomerse attributen. De andere helft koos voor de bikini, omdat een ijsje en een sneeuwpop allebei koud zijn. Maar alleen het antwoord sneeuwpop werd door het Cito goed gerekend.
Nog een voorbeeld, deze keer uit een toets voor groep 2: plaatjes van een kat, een koekoek en een mus, met wederom de vraag: ‘Wat hoort er niet bij?’ Mijn kleindochter antwoordde: ‘De mus.’ Dat was niet het antwoord dat ik verwachtte en daarom vroeg ik haar waarom ze de mus had gekozen. Haar antwoord: ‘Die andere twee beginnen met de letter k.’ Opeens vond ik dit eigenlijk best logisch: ze was immers druk bezig met voorbereidend lezen. Maar ook dit antwoord werd fout gerekend.
In beide gevallen werd niet gevraagd naar de motivatie voor de gegeven antwoorden. En het Cito is zo rigide om slechts één antwoord als juist te accepteren.
Foto: Iris Vetter
| |
Het kopje van Dorrestijn
Annie den Hamer-Schippers - Bavel
Ik geniet altijd van een nieuw nummer van Onze Taal, maar van het juli/augustusnummer nog iets meer dan normaal. Dit kwam door het interview met Hans Dorrestijn, en dan vooral door de foto van Iris Vetter die erbij stond afgedrukt, met dat koffiekopje zonder oor, dat ook nog een ‘weesmeisje’ is (het schoteltje hoort niet bij het kopje). Als amateurfotograaf geniet ik van zulke details, die iets over de geportretteerde zeggen.
| |
Onder (de) knie
R.W. Asser - Amstelveen
In de juli/augustusaflevering van zijn column ‘Horstlog’ laat Joop van der Horst zich even lekker gaan: het is toch echt niet nodig dat iets maar op één manier mag worden gezegd? Dus onder knie of onder de knie, dat maakt niet uit, als je elkaar maar begrijpt. Wel, daar valt over te kibbelen, maar wat mij opvalt in zijn betoog, is dat hij het wel over de vorm heeft, maar nou juist niet over de inhoud, de betekenis. In het door hem aangehaalde voorbeeld ging het over Obama, die van zijn vriendin Merkel het woord Scheisse geleerd zou kunnen hebben, en dat woord dus ‘onder (de) knie’ zou hebben. Maar gebruiken we die uitdrukking daarvoor? Ik niet. ‘Onder de knie hebben’ zeg je als je een complex begrip of een complexe handeling beheerst en je eigen hebt gemaakt - dus als je het scannen met je printer en je computer beheerst of als je lekkere gehaktballen kunt maken. Maar je gebruikt het toch niet als je een woord hebt ontdekt en begrepen? Van der Horst filosofeert gretig over variaties in de vorm van de uitdrukking, maar over een andere betekenis dan de gebruikelijke ... geen woord!
| |
Opleiding tot apotheker
Joan Luijt-Verheij - Goes
Jan Erik Grezel schrijft in zijn artikel over de taal van de apotheker (‘Middel met vertraagde afgifte? Héél doorslikken!’, Onze Taal juli/augustus) dat er twee opleidingsplaatsen voor apothekers zijn, namelijk Utrecht en Groningen. Dit is onjuist, want deze studie is ook in Leiden te volgen.
| |
Liegen of huichelen bij de Wayana?
Dirk Kremers - Deventer
Interessant artikel, ‘De waarheid moet gezegd worden’, in Onze Taal van juli/augustus. Het gaat over de zogenoemde ‘waarheidsmarkeerders’ die het de sprekers van het Zuid-Amerikaanse Wayana moeilijk maken om dubbelzinnige uitspraken te doen. Zo moeten de Wayana aangeven hoe ze bepaalde kennis hebben opgedaan (zelf gezien of niet). Ik vind het echter vreemd dat auteur Evelyn Bosma hieruit concludeert dat liegen daardoor moeilijker is. Dat huichelen of veinzen moeilijker is, begrijp ik, want de taal maakt het moeilijker om te suggereren dat je iets met eigen ogen gezien hebt terwijl dat niet het geval is. Maar liegen lijkt mij nog steeds even makkelijk: je kunt toch zonder problemen beweren dat je iets met eigen ogen gezien hebt (terwijl dat niet het geval is)?
| |
Naschrift Evelyn Bosma
Ook als huichelen in het Wayana lastiger is dan liegen, kost het nog steeds veel moeite om een leugen te vertellen in die taal. Om te liegen moet je in die taal ongrammaticaal spreken, en dat is enkel vol te houden als je je goed concentreert op wat je zegt.
| |
Geen contributieverhoging
In deze tijd van economische crisis is Onze Taal er veel aan gelegen om de kosten te bewaken en rekening te houden met de portemonnee van de leden. Voor het eerst in vele jaren zal Onze Taal de contributie voor een volgend jaar niet verhogen. De diverse tarieven voor 2014 blijven als volgt:
• |
Nederland, België, Suriname, Aruba, Curaçao en Sint-Maarten |
€34,50 |
• |
buitenland binnen Europa |
€47,- |
• |
buitenland buiten Europa |
€57,- |
• |
CJP |
€29,- |
• |
collectief abonnement |
|
|
- basisabonnement |
€55,- |
|
- alle volgende |
€17,- |
• |
los nummer |
€6,- |
• |
digitaal abonnement |
€34,50 |
• |
digitaal abonnement naast papieren versie |
€15,50 |
|
|