Iktionaire
Coaches en regisseurs
Als de televisie op bezoek gaat bij BN'ers, valt het me vaak op hoe bescheiden zij wonen, vooral de jongere generaties. Summier gemeubileerde flatjes, huurhuizen. Ze hebben ‘het gemaakt’, maar niet in materiële zin. Ze zijn stinkend beroemd, niet stinkend rijk. De ware valuta van deze tijd is niet geld, maar aandacht. Anoniem steenrijk zijn achter een hoge heg bestaat niet meer. Rijke mensen willen op televisie. Desnoods kopen ze de zendtijd zelf, zie Harry Mens.
Weinig onderzoeksbureaus hebben het vizier zó scherp afgesteld op de tijdgeest als Motivaction. Onlangs publiceerden ze De grenzeloze generatie en de onstuitbare opmars van de B.V. IK. Die grenzeloze generatie werd geboren vanaf 1986. Die zijn nu dus 25 tot - tja, wanneer de volgende generatie dan ook precies aanbreekt. Van oudere generaties beschouwt 46% zich als een ‘heel bijzonder persoon’. Een opmerkelijke score: voor ‘gewone’ en ‘een beetje bijzondere’ mensen blijft maar weinig over. Maar bij de grenzeloze generatie ligt dat percentage op 68! Dat de jeugd van tegenwoordig een groot ego heeft, was mij al eerder opgevallen. Rinkel met je fietsbel als ze naast elkaar fietsend de doorgang versperren en de gekrenkte blik waarmee ze omkijken spreekt boekdelen. Roep ‘au!’ als ze hete soep in je schoot gieten en ze benen beledigd heen (zonder terug te komen met een doekje). Een andere trend bij horecapersoneel van die leeftijd is om naar je tafeltje te komen en je alleen maar zwijgend aan te kijken, soms vergezeld van de korte opwaartse hoofdbeweging die ‘Wat mot je’ spelt. (‘Zégt u het eens’, zeg ik tegenwoordig in zo'n geval.)
De mobiele telefoon wordt een steeds groter probleem in schoolklassen, las ik laatst. Leerkrachten worstelen ermee. Inleveren, verplicht uitzetten, verbieden? Een onderwijskundige adviseerde het instellen van de ‘mediacoach’. Of er speciaal een formatieplaats voor moest worden vrijgemaakt, vermeldde het bericht niet, maar het idee is dat deze functionaris de leerlingen ‘begeleidt’ bij de ontwikkeling van het juiste mediagedrag. Wat zou dat in dit geval betekenen? Een vorm van coaching bij het vinden van het uit-knopje op je mobiel? Mobieltjes mogen aan of ze moeten uit, dat is een zaak van regels en handhaving, wat valt daaraan te coachen?
Bij zogeheten ‘straatcoaches’ vraag ik me ook altijd af wat die nu eigenlijk doen. Ze worden ingezet waar jongeren de buurt onveilig maken. Wat valt dááraan te coachen? Een coach is iemand die je helpt om beter te worden in wat je doet. Helpt een straatcoach jongeren om nóg beter overlast te veroorzaken? Iemand die ongewenst gedrag bestrijdt, noem je dat een coach? Is dat niet meer een... ordehandhaver? Is coach hier niet eigenlijk een eufemisme voor ‘koddebeier’? En als je een koddebeier ‘coach’ noemt, geef je de overtreder dan niet het gevoel dat hij een bijzonder talent is dat alleen wat sturende ondersteuning nodig heeft? Dat het hier gaat om persoonlijke ontplooiing, in plaats van doen wat er gezegd wordt?
Je ziet het ook bij de zogenoemde ‘buurtregisseur’, zoals de wijkagent op een gegeven moment moest gaan heten. De burger, de wet en de sterke arm worden vervangen door een acteur, een script en een regisseur.
‘Ja sorry hoor, agent, u zegt nu wel dat ik met licht moet rijden, maar ik, ik, ik vóél het niet. Wat is mijn motivátie?’
‘Oké. Misschien moet je even met je straatcoach praten?’
Geen straf, geen schrobbering, geen standje - aandacht.
In zo'n narcistische schijnwereld ga je je vanzelf ‘heel bijzonder’ voelen.
Jan Kuitenbrouwer