Toon Hermans' struikgewas [2]: wist Hermans ervan?
Jos Schaeken - Opleiding Slavische talen en culturen & Ruslandkunde, Universiteit Leiden
Heeft Toon Hermans ooit zelf geweten wat er door het struikgewas ruiste? Die vraag wordt gesteld door Rogier en Michaël Steehouder in hun artikel in het februari/maartnummer van Onze Taal. De auteurs komen tot de conclusie dat het zinnetje in Hermans' sketch, gezongen door Hermans in de persoon van de heer Verkade, uiteindelijk terug te voeren is op de eerste strofe van een soldatenliedje. Het gaat daarbij om het zogenaamde ‘Kutschkelied’, waarin Napoleon III bespot werd.
De auteurs nemen aan dat Hermans het liedje is tegengekomen in de Nederlandse vertaling van een boek van Karl May, waar anderhalve regel van het liedje is geciteerd:
Was kraucht nur dort im Busch herum? Ich glaub', es ist...
Vervolgens is Hermans ‘op een originele en hilarische manier met het onaffe liedje aan de haal gegaan’.
Dat van Karl May was nieuw voor mij, maar ooit, midden jaren negentig, was ik ook al eens op het ‘Kutschkelied’ gestuit. Ik bestudeerde een boekje uit 1871 met de titel Das Kutschkelied auf der Seelenwanderung, waarin allerlei zogenaamd ‘geleerde’ varianten op dat aloude soldatenliedje staan. Mijn oog viel daarbij op de Nederlandse vertaling:
Wat kroop daar in het struikgewas?
Mij dunkt, dat het Napoleon was.
Wat? kruipt die daar zoo ongestoord?
Gaauw, kameraden! jaagt hem voort!
Opvallend is dat het oorspronkelijke Duitse woord Busch zowel in het boekje uit 1871 als in het lied van Hermans vertaald is als struikgewas.
Ik besloot Hermans, die toen nog leefde, voor te leggen of hij zich misschien op het Nederlandse of Duitse rijmpje had gebaseerd. In een brief van 23 januari 1995 schreef zijn secretaris, Ida Schrijver, onder meer het volgende:
‘Wat sluipt daar in het bosch rond?’ Een ‘Kutschke’, in Werner Hahn, Duitschland's krijg tegen Frankrijk, 1871.
Naar aanleiding van uw schrijven d.d. 10 januari deel ik u namens Toon Hermans mede dat deze niet beter weet dan dat de passage ‘Wat ruist er door het struikgewas? Het is 'n...’ aan zijn eigen brein is ontsproten. (...)
We laten onvermoede overleveringen via het onderbewustzijn - en/of een vorig leven in de vorige eeuw even buiten beschouwing als we daarbij stellen dat hij daarbij geen gebruik heeft gemaakt van bestaande geschreven bronnen of anderszins overlevering.
Door het hardhandig optreden van de heer Bemelmans in de conference zal niemand ooit weten wàt daar nou in het struikgewas ruiste, ook Toon Hermans zèlf niet. Met andere woorden, langer dan deze zin is het lied nooit geweest en nooit geworden.
Zou de heer Verkade ooit de kans gekregen hebben het lied verder uit te zingen dan vermoed ik toch dat in zijn struikgewas iets gekropen zou hebben wat minder prozaïsch is dan ‘Napoleon’. Deze informatie echter doet voor uw onderzoek niet ter zake. (...)
Hermans-biograaf Jacques Klöters liet in het artikel van de Steehouders al weten dat Hermans naar eigen zeggen geen idee had wat er door het struikgewas ruiste. En hoewel het dus zeer frappant is dat Hermans - net als de vertaler van het rijmpje uit het negentiende-eeuwse boekwerkje - voor het woord struikgewas koos, ziet het ernaar uit dat Hermans écht in de veronderstelling verkeerde dat hij zelf het zinnetje heeft bedacht.