■ Leidende rol
Hoe komt een Duitse op het idee om het Poldernederlands te bestuderen? ‘Eerlijk gezegd is dat toeval’, zegt Jacobi, die vloeiend Nederlands spreekt. ‘Ik studeerde indertijd in München en ik wilde graag naar Amsterdam komen, vooral omdat ik graag met Louis Pols wilde samenwerken. Hij is een van de grote namen in mijn vakgebied, de akoestische fonetiek.’
De akoestische fonetiek is de wetenschap die de natuurkundige eigenschappen van spraakgeluid bestudeert. Door nauwkeurig eigenschappen van de luchttrillingen te meten die een spreker produceert, proberen fonetici zo objectief mogelijk vast te stellen hoe taal precies klinkt. Als iemand ‘taajd’ zegt, laat hij de lucht net iets anders trillen dan wanneer hij ‘tijd’ zegt, maar ook allerlei tussenvormen kunnen heel nauwkeurig worden bepaald. Pols had een methode op zijn naam staan om spraakgeluid automatisch en betrouwbaar te meten.
Toen de advertentie verscheen met het aanbod om onder Pols' leiding een aantal jaren het Poldernederlands te bestuderen, reageerde Jacobi dan ook meteen. Als buitenlandse had ze op dat moment nog nooit van het verschijnsel gehoord. ‘Dat was misschien ook wel een voordeel’, zegt ze nu. ‘Ik was in ieder geval niet bevooroordeeld door alle verhalen die er werden verteld.’ Bovendien interesseerde de materie haar in hoge mate: ‘In de literatuur over andere talen vinden we bijvoorbeeld zelden een leidende rol van vrouwen bij dit soort taalverandering terug.’