Belangrijkste aanpassingen
Strikt genomen verandert er maar één ding aan de spellingregels die in 1995 zijn ingevoerd: de tussen-n-uitzondering voor samenstellingen van een dierennaam en een plantkundige aanduiding vervalt. In plaats van paardebloem, kattekruid en duivekervel wordt het paardenbloem, kattenkruid en duivenkervel. Volgens de Taalunie gaat het hierbij om slechts vierentwintig woorden.
De overige spellingregels blijven intact. Woorden als kerkenraad, zielenpoot en secondelang veranderen dus niet. Het is vooral de bedoeling dat de spelling van de woorden onderling consequenter wordt (nu staat bijvoorbeeld Februaristaking met een hoofdletter in de Woordenlijst en oktoberrevolutie met een kleine).
Een greep uit de aanpassingen:
- | Namen van bevolkingsgroepen krijgen een hoofdletter, ook als er geen land- of streeknaam is waarvan ze zijn afgeleid: Azteek, Kelt, Eskimo. Deze woorden hebben in het huidige Groene Boekje een kleine letter, omdat er niet zoiets bestaat als Aztekië of Keltenland. Een bijzonder geval is jood/Jood: er zal onderscheid worden gemaakt tussen jood als religieuze aanduiding (‘aanhanger van het joodse geloof’) en Jood als ‘inwonernaam’ (‘iemand die tot het Joodse volk behoort’). |
- | Er komen richtlijnen voor de schrijfwijze (los, aaneen of streepjes) van Engelse woordgroepen. Voorbeelden: eye-opener wordt eyeopener, fullcolour wordt full colour, on line wordt online. |
- | Enkele woorden die nu zonder tussen-n worden geschreven omdat ze als versteende samenstelling worden beschouwd, terwijl de afzonderlijke delen duidelijk herkenbaar zijn, krijgen wél een n. Voorzover bekend gaat het om paddenstoel, dronkenman en dronkenlap. |
- | Afleidingen van en samenstellingen met aardrijkskundige namen die uit meerdere woorden bestaan, behouden de spaties die in het grondwoord staan: New Yorker, Costa Ricaans, Puerto Ricoreis (of Puerto Rico-reis). Dergelijke woorden staan nu nog niet in de Woordenlijst. |
De Woordenlijst van het Groene Boekje wordt uitgedund: enkele duizenden voor de hand liggende samenstellingen die geen spelling-probleem hebben, worden geschrapt. Zo staan er in het huidige Groene Boekje 130 woorden die met geld beginnen; dat wordt teruggebracht tot ongeveer 30. Ook verouderde woorden worden geschrapt, zoals aalgeer, diergelijk en haspelwerk. Daar staat tegenover dat er een paar duizend woorden worden toegevoegd, waaronder nieuwe (leen)woorden en Surinaams- of Belgisch-Nederlandse woorden. Zie het kader voor enkele voorbeelden.