Perslucht, een emmer - Ook: een bus compressie.
Postboei, postbootje Nieuwelingen worden op de voorplecht gezet om uit te kijken naar de postboei, de denkbeeldige boei waar de bemanning post kan droppen. Ook in het buitenland bekend: onder Engelse en Amerikaanse zeelui is de mail buoy watch de populairste fopdracht.
Variant: ‘Schepen die de Straat van Gibraltar passeren, sturen de jongste matroos naar de boeg met een rode vlag. Indien een schip nadert - en dat gebeurt vrijwel altijd in deze trechter - moet de matroos uitbundig zwaaien met de rode vlag. Het zou een aandachtsteken zijn voor schepen die belangrijke post moeten uitwisselen. Schepen van dezelfde rederij die elkaar passeerden op de lijndiensten, plaatsten beide een matroos op het voordek; de gefopte matrozen begonnen dan zelfs uitbundiger te zwaaien naar elkaar.’ (Robert Tetteroo)
Een andere zeeman hoorde op zijn eerste reis dat ter hoogte van de Azoren het postbootje langs zou komen om de brieven voor Nederland op te halen. ‘Om de bemanning van het postbootje duidelijk te maken dat er inderdaad post was, moest iemand met een grote enveloppe op het voorschip gaan staan en daar flink mee zwaaien. (...) Het leek mij nogal raar om op het voorschip van de Westerdam met een grote enveloppe te gaan staan zwaaien, terwijl we twee goed opgeleide marconisten met een flinke zender aan boord hadden om per radio de bemanning van het postbootje te kunnen waarschuwen. Verder was het zo dat de Westerdam bijna twintig mijl liep, zodat de boeg van het schip ook bij kalm weer soms tot aan het bovenste puntje in de golven verdween en een verblijf op het voorschip dus niet zonder gevaar was.’ (Wout Udo)
Scheepsvlakladdertje Het scheepsvlak is de bodem van het schip, en kan dus niet met een ladder bereikt worden.
Sleutel van de boutkist Van sleepboot-bemanningen in de haven van Rotterdam. Andere imaginaire sleutels: de sleutel van het potdeksel (een deel van de brede zij van het schip), het waterslot, de bootsmanskist, of de tornsleutel van de voedingwatervoorverwarmer. Zeekadetten zoeken de boldersleutel.
Spermafoon Op zoek naar dit apparaat klopte een leerling-stuurman eens aan bij de hut van de chef-elektricien, ‘die over een gespierd soort humor beschikte’. Hij zei dat hij hem eigenlijk zelf nodig had, maar liet toen zijn broek zakken: ‘Hier heb je hem.’
Stagzijgertje Geheimzinnig onderdeel uit de zeilvaartwereld. Misschien een contaminatie van stag (‘touw dat of staaldraad die de mast steunt’) en bramzijgertje, volgens Van Dale visserstaal voor de fosforische dampen die uit zee kunnen opstijgen en waarin vissers de duivel dachten te ontwaren, maar vooral bekend uit de titel van een roman van Jan de Hartog, waarin het een jongen is die als geronselde werkkracht meevaart op een botter.
Steeltjes voor de Lolaborstels ‘Ik ben ooit, toen ik tijdens een schoolvakantie op de grote vaart meevoer als koksmaatje, het hele schip rondgestuurd op zoek naar steeltjes voor de Lolaborstels. Nu is dit niet helemaal kolder - die steeltjes zijn te vervangen - maar ik was wel zo naïef dat ik een en ander door het hele schip ben gaan vragen, tot bij de kapitein en de machinist aan toe.’ (Ewoud Sanders)
Stemfluit voor de scheepshoorn ‘Tijdens een van mijn eerste reizen werd ik er in Londen opuit gestuurd om een “stemfluit voor de scheepshoorn” te gaan lenen bij een ander Hollands schip. Ik bleef twee dagen logeren bij een Engelse vriendin en kwam toen terug aan boord, met het verhaal dat ik van het kastje naar de muur was gestuurd. Algehele hilariteit, maar die ouwe vertrouwde het niet helemaal.’ (Jaap van der Wijk, De taal van het water)
Stoom Veelgevraagd: een ‘mandje stoom’ (Engels: bucket of steam). Op de grote vaart moesten nieuwelingen 's winters wel ‘stoom op de reling zetten’ (‘anders krijgt de kapitein koude handen’). En op zondag kon er behoefte zijn aan ‘stoom op het orgel’.
Streepje zetten waar iets overboord is gegaan ‘Mocht tijdens de werkzaamheden op een varend schip een nieuwe matroos een stuk gereedschap overboord laten vallen, dan vraagt de stuurman nog weleens: “Heb je dan geen streepje gezet op de plaats waar het overboord ging? Dan hadden we het later kunnen opdreggen...”’ (Robert Tetteroo)
Thermometers ijken Na het passeren van de evenaar moeten de thermometers geijkt worden voor het zuidelijk halfrond, omdat ze daar ondersteboven hangen ten opzichte van het noordelijk halfrond. Ook moeten de horloges magnetisch omgepoold worden.
Trimtest aan boord van een onderzeeboot ‘Betrokkene werd te licht bevonden en moest dan enkele dagen met extra gewichten zoals een duikersloodgordel rondlopen, zodat de trim (het zweven) van de boot onderwater beter in de hand bleef.’ (Fré Harmsen, Van baroe tot branie)
Uitkijk keerkring Wanneer een marineschip een van de keerkringen nadert, krijgt iemand de functie ‘uitkijk keerkring’ toebedeeld. Hij moet dan letten op veranderingen in de kleur van het water en in de golfstroom. Heel belangrijk, want tussen de keerkringen krijgt de bemanning een tropentoelage.
Valrepen Valrepen kopen in de scheepstoko, het winkeltje dat ook Marsen en ander snoep verkoopt. (Een valreep is het touw, de touwladder of de trap die langs het schip neergelaten kan worden.)
VDS-duiker, de opleiding volgen tot - VDS is de afkorting voor ‘Variabele DiepteSonar’ op M-fregatten.
Waterlijn, een metertje - Ook in de Verenigde Staten bekend: plimsoll line, waterline.
Literatuur:
• | Morgiana P. Halley, An Ethnography of Marine Convoys during World War II. Dissertatie, University of Sheffield, 1995. |
• | Fré Harmsen, Van baroe tot branie. Termen en zegswijzen bij de Koninklijke Marine. Bergen, 1991. |
• | Henk Salleveldt, Het woordenboek van Jan Soldaat. Nederlandse soldatenfolklore. Alphen aan den Rijn, 1978. |
• | Website AVOM (‘De marine ná de marine’): http://home.wanadoo.nl/~p.j.klein. |