De geografie van de frituur
Snackbar, cafetaria en alles wat ernaar riekt
Ubel Zuiderveld - hoofdredacteur Snackkoerier
Waar koop je patat mét, een broodje kroket en een frikandel speciaal? Het hangt ervan af waar je woont. In Vlaanderen en Limburg ga je naar een frituur, in Midden-Nederland naar een cafetaria, en in het westen en noorden spreekt men overwegend van een snackbar. Vanwaar die verschillen? En waarom zouden er nog zoveel andere aanduidingen zijn voor de snackshop, patatterie of bikbar?
In Vlaanderen heten bedrijven die bereide fritten verkopen doorgaans ‘frituur’ of ‘friture’. In Nederland is de verscheidenheid in de naamgeving veel groter. Geen enkele vorm van detailhandel kent zoveel benamingen voor de eigen winkel als de snackbranche. De drie meest voorkomende benamingen voor snackverkopende bedrijven zijn cafetaria, snackbar en frituur. Maar er zijn er nog veel meer. Wat te denken van snackshop, restaria, snackcorner, snelbuffet, mini-resto, snackcounter, patatterie, restopoint, snackcenter, restocorner, snack-o-theek, automatiek, snackwagen, snackoord of bikbar? Het is slechts een beperkte bloemlezing uit een enorm reservoir. Meestal zeggen de gebruikte benamingen wel iets over het soort bedrijf. Bij een automatiek kun je per slot van rekening uit de muur eten, en een snackwagen is een frituurbedrijf op wielen. Een geoefende verstaander weet wat voor bedrijf er achter een bepaalde benaming schuilgaat. De enige term waarvoor dit niet geldt, is lunchroom. Lunchroom wordt zowel voor cafetaria-achtige bedrijven gebruikt als voor zaken die daadwerkelijk ingericht zijn op de lunchklant die een uitsmijter, een klein gerecht en een kop koffie in een ongedwongen sfeer wil, en net iets meer comfort te bieden hebben dan de - doorgaans wat kil aandoende - snackbedrijven.