Bungeejumpen
De resultaten waren in een aantal opzichten verrassend. Niet alleen bleken de meisjes veel avontuurlijker - zij wilden bijna allemaal bungeejumpen, deltavliegen of parachutespringen, terwijl de jongens het meestal wat dichter bij huis zochten - maar vooral viel op dat de groepjes op sterk verschillende manieren over hun wensen onderhandelden. Als een jongen een voorstel hoorde waar hij het niet mee eens was, maakte hij een grapje of bracht hij het gesprek op een ander onderwerp. Veel meisjes reageerden veel steviger op zo'n voorstel. ‘Gadverdamme!’ riepen ze dan, of ‘Ik vind daar geen reet aan!’ Van Alphen: ‘Als een meisje “nee” bedoelt, windt ze daar geen doekjes om. Ook als ze een voorstel wél positief waardeerden, lieten meisjes dat veel duidelijker blijken dan jongens.’
Van Alphens resultaten lijken op dit punt strijdig met alles wat er tot nu toe geschreven is. Hoe kan dat? ‘Eerdere onderzoekers concentreerden zich vaak op maar enkele gesprekken “in het wild”’, zegt Van Alphen. ‘Ik heb zelf ook een paar jaar lang als vrijwilligster in een buurthuis gewerkt om “echte” gesprekjes te kunnen opnemen. Het probleem was dat er nauwelijks jongens naar het buurthuis kwamen, en áls ze er waren, sleutelden ze liever aan hun brommer dan dat ze met elkaar spraken. Het is moeilijk om zulke gesprekken met elkaar te vergelijken. Voor mijn promotieonderzoek heb ik de meisjes en jongens in ieder geval over hetzelfde onderwerp laten praten.’