Onze Taal. Jaargang 68
(1999)– [tijdschrift] Onze Taal– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 236]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
Taalhulp via de computer
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
Uiteenlopende doelgroepenDe drie taaladviesprogramma's die ik onderling heb vergeleken zijn de ‘DigiTaalbaak’, de ‘Taaladviesbank’ van de Nederlandse Taalunie, en de adviesrubriek van de Taaladviesdienst op de weblocatie van Onze Taal. De drie programma's zijn verschillend van aard. De DigiTaalbaak is vooral bedoeld voor professionele taalgebruikers (medewerkers van bedrijven die brieven of andere teksten schrijven). De Taaladviesbank is een overheidsuitgave, oorspronkelijk bestemd voor taaladviseurs en taalkundigen. De weblocatie van Onze Taal, een uitgave van het Genootschap Onze Taal, is bedoeld als gratis service voor iedereen die in taal geïnteresseerd is. Het vragenarchief van de Taaladviesdienst is niet opgezet als praktische taalhulp. Dat blijkt ook uit de vragen en antwoorden: niet alleen spelling- en grammaticale vragen maar ook vragen over de herkomst van woorden en uitdrukkingen worden behandeld. Hoe verschillend de drie programma's ook zijn, ze hebben toch zeker iets met elkaar gemeen: alledaagse taalgebruikers met belangstelling voor taal zullen overwegen om een of meer van de programma's te gebruiken. Schieten ze daar iets mee op? De programma's doen nauwelijks voor elkaar onder als het gaat om de strekking van de adviezen. Ik heb me daarom geconcentreerd op het gebruiksgemak en de zoekmogelijkheden. Daarnaast heb ik gelet op een aantal criteria die van belang zijn voor | |||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 237]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
computerprogramma's in het algemeen (installatie en documentatie). Tot slot heb ik een oordeel geveld over de verhouding tussen de prijs en de hoeveelheid adviezen. De adviesrubriek van de Taaladviesdienst op de weblocatie van het Genootschap Onze Taal
De adviesrubriek van de Taaladviesdienst op de weblocatie van het Genootschap Onze Taal
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
DigiTaalbaakSinds 1993 is de ‘Taalbaak’ op de markt, een losbladig systeem van uitgeverij Bohn Stafleu Van Loghum dat een breed scala aan taaladviezen geeft. De Taalbaak is vanaf 1998 verkrijgbaar op cd-rom onder de titel ‘DigiTaalbaak’, voor f 350,- (f 279,- voor wie een abonnement neemt op de twee keer per jaar verschijnende ‘updates’, die f 150,- per stuk kosten). Het programma bestaat voor het grootste deel uit een vraagbaak, waarin de adviezen te vinden zijn. Behalve op spelling en grammatica wordt er ook ingegaan op schrijfkwesties, zoals ‘Wat zijn de onderdelen van een beleidsnota?’ en ‘Hoe schrijf je een inleiding?’ Daarnaast bevat de DigiTaalbaak een overzicht van taaltermen en een zogeheten bulletin met artikelen waarin wat dieper wordt ingegaan op uiteenlopende onderwerpen (bijvoorbeeld het gebruik van de komma en de kwaliteit van handleidingen). Tot slot bevat de DigiTaalbaak een trefwoordenregister. Voor wie tijdens zijn werk snel iets wil opzoeken, is de DigiTaalbaak niet ideaal. Telkens als je hem wilt raadplegen, moet je de cd-rom in de computer plaatsen. Zo wordt het weer verleidelijk om gewoon een boek te pakken. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
OnoverzichtelijkMeteen na het starten van de DigiTaalbaak valt op dat het programma niet erg overzichtelijk en prettig is vormgegeven. Bovendien zit het onnodig ingewikkeld in elkaar. Je raakt onherroepelijk de weg kwijt. Het programma is opgeknipt in verschillende onderdelen zonder dat meteen duidelijk is hoe je van het ene onderdeel in het andere terecht kunt komen. Ook de handleiding weet het niet. Het is mogelijk om een overzicht van alle adviezen door te bladeren, maar ze zijn niet onderverdeeld in rubrieken. Gebruikers worden dus gedwongen zelf woorden in te typen en die door het programma te laten opzoeken. Om bijvoorbeeld het juiste advies te vinden bij de kwestie ‘reizigers wordt/worden verzocht’ moest ik zoeken naar de combinatie van de woorden wordt en verzocht Dat leverde acht zoek-resultaten op, waarvan het eerste al meteen bruikbaar was. Maar toen ik zocht naar informatie over ‘u hebt’ werd ik in het eerste zoekresultaat verwezen naar de zin ‘Hartelijk dank voor uw aanschaf van de DigiTaalbaak. U hebt [cursivering van mij - MU] een veelzijdig taalnaslagwerk in huis gehaald...’ Voor wie daar prijs op stelt, biedt de DigiTaalbaak geavanceerde zoekmogelijkheden. Alleen is het wel jammer dat je dat in de zogenoemde helpteksten moet ontdekken; het had natuurlijk gewoon in de handleiding moeten staan. Een ander minpuntje: na een zoekactie krijg je geen overzicht van alle zoekresultaten. Je moet ze stuk voor stuk bekijken. De DigiTaalbaak biedt redelijk goede zoekmogelijkheden, maar scoort ronduit slecht als het gaat om gebruiksgemak; bovendien is de prijs tamelijk hoog. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
TaaladviesbankNaar aanleiding van een congres in 1989 nam de Nederlandse Taalunie zich voor een databank te ontwikkelen met ‘kwesties waarover Nederlandse en Vlaamse taaladviesdiensten inhoudelijk hadden afgestemd’, zoals het in de gebruikershandleiding heet. Tien jaar later is het resultaat voor iedereen beschikbaar: de Taaladviesbank, een taaladviesprogramma dat in vijf delen wordt uitgegeven door Sdu Uitgevers. Het eerste deel is begin 1999 verschenen en bevat 500 taaladviezen. Als in 2001 het laatste deel er is, zal het programma 1500 adviezen bevatten. De prijs van het volledige programma (vijf delen) bedraagt f 295,-. Voor wie in een computerprogramma weleens ‘on-linehelp’ raadpleegt, ziet de Taaladviesbank er redelijk vertrouwd uit. Hij is gegoten in de vorm van een hulpprogramma en werkt met verwijzingen (‘hyperlinks’). Als er een verwijzing naar een onderwerp wordt aangeklikt, verschijnt op het beeldscherm een advies over dat onderwerp. In tegenstelling tot de DigiTaalbaak is op elk scherm duidelijk te zien hoe je terug kunt naar het begin van het programma. Goed is dat je op elk adviesscherm in één oogopslag ziet wat het antwoord op een vraag is. Pas daaronder wordt een uitgebreid antwoord gegeven, met | |||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 238]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
vermelding van de gebruikte naslagwerken. Geregeld wordt zelfs aangegeven wat verschillende naslagwerken over een kwestie vermelden. Illustratie: Reid, Geleijnse en Van Tol
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
Met tekstverwerkingsprogramma'sDe Taaladviesbank biedt voldoende zoekmogelijkheden (die uitgebreid worden beschreven in de handleiding), al zal lang niet iedereen de weg weten te vinden in de hoofdrubriek ‘Taalkundige indeling’, die duidelijk is toegesneden op taalkundigen. De kwestie ‘reizigers wordt/worden verzocht’ bijvoorbeeld zit in die rubriek verstopt onder het kopje ‘Congruentieprobleem met een als onderwerp gevoeld meewerkend voorwerp’. Maar niet-taalkundigen kunnen deze kwestie en al hun andere vragen ook gewoon vinden in de alfabetisch geordende hoofdrubriek ‘Taaladviezen’. De Taaladviesbank biedt mogelijkheden om samen te werken met tekstverwerkingsprogramma's. Gebruikers kunnen een apart zoekprogrammaatje starten dat automatisch in de Taaladviesbank gaat zoeken zodra ze in een tekstverwerkingsprogramma een woord kopiëren. Jammer genoeg moeten er veel handelingen worden verricht om het zoekprogramma te kunnen gebruiken. Bovendien heeft het de storende eigenschap dat het ook in beeld verschijnt als er een woord wordt gekopieerd dat je niet in de Taaladviesbank wilt opzoeken. De Taaladviesbank biedt prima zoekmogelijkheden en is redelijk gebruikersvriendelijk. De prijs is lager dan die van de DigiTaalbaak, maar nog steeds hoog. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Weblocatie Onze TaalSinds de zomer van 1997 is de weblocatie van Onze Taal op internet te vinden. Een belangrijk onderdeel daarvan is het archief van de Taaladviesdienst van het Genootschap Onze Taal. Daarin zijn honderden vragen (met duidelijke antwoorden) opgenomen die aan de Taaladviesdienst zijn gesteld. Elke week worden nieuwe adviezen aan de verzameling toegevoegd. Twee jaar na de start zijn er ruim 600 adviezen beschikbaar. De vormgeving is prettig: kleurrijk en overzichtelijk. De rubrieksindeling is duidelijk, ook voor wie weinig kennis heeft van taalkundige termen: ‘Spelling en leestekens’, ‘Grammatica’, ‘Betekenis’ en ‘Overige kwesties’ vormen de vier hoofdrubrieken. Als je een rubriek aanklikt, krijg je meteen een hele lijst taalkwesties, die weer zijn onderverdeeld. Vervelend is dat die onderverdeling pas zichtbaar wordt als je door alle adviezen bladert. Dat er ook adviezen te vinden zijn over woordvolgorde, zie je pas als je onder aan de rubriek ‘Grammatica’ bent beland. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Actuele adviezenDoordat de weblocatie van Onze Taal op internet staat, is de Taaladviesdienst als enige ook toegankelijk voor iedereen die geen Windows (maar bijvoorbeeld een Apple) gebruikt. Een ander voordeel van internet is dat de adviezen goed kunnen inspelen op de actualiteit. Zo wordt regelmatig de betekenis uitgelegd van een nieuw woord dat (nog) niet in Van Dale is opgenomen. Overigens houdt internet ook een groot nadeel in. Wie geen gebruik kan maken van een vaste internetverbinding moet telkens eerst contact leggen met internet, en dat kan bij elkaar aardig wat tijd kosten. Het grootste bezwaar tegen de weblocatie van Onze Taal is het ontbreken van een zoekmachine. Het is daardoor niet mogelijk om zelf ingetypte woorden op te zoeken. Ik moest bijvoorbeeld veel moeite doen om erachter te komen dat hazewind zonder tussen-n gespeld wordt. Een lijst van lastige samenstellingen zonder tussen-n bleek alleen te vinden onder de vraag hoe apekool gespeld moet worden. Een gemiste kans is dat de taaladviezen geen koppelingen bevatten met artikelen die in het tijdschrift Onze Taal zijn verschenen. Het zou prachtig zijn als | |||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 239]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
bezoekers van de weblocatie onder aan een advies een verwijzing kunnen aanklikken naar een eventueel ooit verschenen artikel dat iets dieper op de stof ingaat. De weblocatie van Onze Taal is redelijk gebruikersvriendelijk, maar biedt te weinig zoekmogelijkheden. Het heeft als groot voordeel dat het (als enige van de drie programma's) gratis te raadplegen is. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
ConclusieDe DigiTaalbaak is duur (zeker voor particulieren) en biedt weinig gebruiksgemak, maar op dit moment bevat het programma de meeste adviezen. De Taaladviesbank is het handigst in gebruik, maar ook van dit naslagwerk is de prijs hoog. Bovendien is de Taaladviesbank pas begin 2001 compleet. De weblocatie van Onze Taal is gratis te raadplegen, maar zij is alleen handig voor wie beschikt over een vaste internetverbinding. De momenteel beschikbare taaladviesprogramma's zijn nog lang niet volwassen. Dat komt voor een deel doordat ze zijn toegesneden op een standaard die al bijna vijf jaar oud is (het besturingssysteem Windows 3). De uitgevers van de DigiTaalbaak en de Taaladviesbank moeten snel werken aan een nieuwe versie waarin meer aandacht wordt besteed aan gebruiksgemak. Hopelijk durven ze daarin te investeren, want het zou jammer zijn als deze projecten zouden doodbloeden. Als de Taaladviesdienst van Onze Taal meer zoekmogelijkheden biedt en eventueel ook een koppeling met artikelen uit het tijdschrift, kan het taaladviesarchief een stuk aantrekkelijker worden. De momenteel beschikbare taaladviesprogramma's zijn nog lang niet volwassen. De taaladviesprogramma's hebben nog te weinig te bieden aan gebruiksgemak en zoekmogelijkheden om een goed alternatief te zijn voor taaladviesboeken.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
CriteriaInstallatie Is de installatie Nederlandstalig en volgens de huidige conventies van Windows? Wordt de mogelijkheid geboden een zogeheten ‘snelkoppeling’ te plaatsen op het bureaublad? | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Resultaten
(-- = zeer slecht, - = slecht, -/+ = redelijk, + = goed, ++ = zeer goed) | |||||||||||||||||||||||||||||||||
Naschrift redactieSinds begin september is het ook mogelijk om de weblocatie van Onze Taal op trefwoord te doorzoeken. Bovendien wordt het bezoekers mogelijk gemaakt om alle adviezen van de Taaladviesdienst op hun eigen pc op te slaan. Het grote voordeel daarvan is dat iedereen de taaladviezen ook kan raadplegen zonder eerst een internetverbinding tot stand te brengen. Een nadeel is wel dat het om technische redenen dan niet meer mogelijk is om gebruik te maken van de zoekmogelijkheden. |
|