Jemig de pemig
De invloed van Van Kooten en De Bie op het Nederlands
Ewoud Sanders
Doemdenken, vrije jongens, en wel hierom: Kees van Kooten en Wim de Bie verrijkten het Nederlands met zeker veertig woorden en uitdrukkingen - een unieke prestatie. Een overzicht en een toptien.
Hoe kan het dat Kees van Kooten en Wim de Bie, die in maart aankondigden het volgende seizoen niet samen op televisie te zullen terugkeren, tot nu toe zoveel invloed op het Nederlands hebben gehad? Een van de belangrijkste redenen is dat zij een feilloos gevoel hebben voor trends, waar ze vervolgens op een spraakmakende manier de draak mee steken. Daarnaast zijn ze buitengewoon populair bij een invloedrijke groep. De woorden en uitdrukkingen die zij verzonnen, werden vrijwel onmiddellijk geadopteerd door de jeugd en door journalisten, schrijvers, politici en wetenschappers. Ze gingen een eigen leven leiden en lokten reacties uit. Zo leidde het door Van Kooten en De Bie verzonnen positivo onder andere tot de negativo; de regelneef baarde de regelnicht, en zo verder.
Overigens zijn zeker niet alle woorden en uitdrukkingen die aan Van Kooten en De Bie worden toegeschreven, werkelijk door hen verzonnen. Jemig de pemig, mozes kriebel en vrije jongens bijvoorbeeld bestonden al veel langer, maar Van Kooten en De Bie maakten ze bij een groot publiek bekend. Ze worden nu geassocieerd met bepaalde onderwerpen en typetjes. In totaal voegden Van Kooten en De Bie de afgelopen decennia zeker veertig woorden en uitdrukkingen aan de algemene spreektaal toe. Vooral via hun televisieprogramma's, maar tevens via hun boeken, platen en bescheurkalenders.
Dit is - ook historisch gezien - een unieke prestatie. Of sommige woorden, uitdrukkingen en typetjes over vijftig jaar nog zullen bestaan, is natuurlijk de vraag, maar nu kom je ze regelmatig tegen. Soms zijn ze al twintig jaar oud.
Om onderstaande toptien te kunnen samenstellen, moest uit de duizenden vindplaatsen in de digitale bestanden van NRC Handelsblad, de Volkskrant, Vrij Nederland, Het Parool, Trouw, het Algemeen Dagblad, de ANP-berichten en tientallen regionale dagbladen, eerst alle ruis worden verwijderd. Zo zijn alle verdubbelingen en naamgenoten (Mick Clavan, de fotograaf Juinen) niet meegeteld. Dat geldt eveneens voor vermeldingen in berichten over boeken of programma's van Van Kooten en De Bie. Je kunt immers alleen zeggen dat woorden en uitdrukkingen tot de álgemene spreektaal zijn doorgedrongen als ze niet steeds direct in verband worden gebracht met hun makers.
Wat overblijft, is een momentopname die laat zien hoe er met de woorden, uitdrukkingen en typetjes van Van Kooten en De Bie wordt gespeeld, hoe ze worden gebruikt, aangepast, uitgebreid - kortom, hoe ze leven in onze taal. Hiermee blijft hun grootste taalkundige prestatie overigens nog buiten beschouwing: niemand heeft zoveel betekend voor de verbreiding en popularisatie van het plat Haags als Kees van Kooten en Wim de Bie.
Voor de rekenaars onder u: hoeveel woorden er in al die krantenbestanden staan, is helaas niet bekend. Het gaat in ieder geval om honderden miljoenen woorden.